Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 10 augustus 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 09 augustus 2021 om 05.21 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied ten noordoosten van Schotland trekt langzaam
noordwaarts en vult op. Occlusierestanten boven het noorden en
noordoosten van de FIR trekken noordoostwaarts weg. Een occluderend
frontaal systeem boven Het Kanaal bereikt vanochtend het zuidwesten en
verlaat vanavond het noordoosten. Een kortgolvige hoogtetrog loopt hier
kort achteraan. In de nacht naar dinsdag trekt er een volgende
kortgolvige hoogtetrog van west naar oost over het land. Hierbij zien we
dat een barocliene zone net ten zuidoosten van het land aangeslagen
wordt. Een voorlopig laatste kortgolvige hoogtetrog (met bijbehorend
occlusierestant) bereikt dinsdagmiddag de noordwestkust, trekt
oostwaarts en verlaat enkele uren later het oosten. Hierna begint de
luchtdruk van het westen uit te stijgen.

MODELBEOORDELING:
Bewolking en neerslagpatronen worden door alle modellen zowel vandaag
als morgen vergelijkbaar weergeven, al zijn er nu kleine
timingsverschillen. Wat opvalt is dat de Harmoniemodellen maandag bij de
randstoring met een 7 Bft voor de westelijke kustdistricten komen. Dit
lijkt een gevolg van de convectie, er ontwikkelt zelfs een minuscuul
laag. We noemen de 6 Bft met daarbij de kans op uitschieters bij buien.
Verder valt al enkele dagen op dat in het geval van opklaringen de
temperaturen consequent hoger liggen dan het warmste model, ook bij wat
meer wind. Soms gaat het om meerdere graden.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
De uitschieters bij de buien boven land zijn lokaal en lijken beperkt te
blijven tot 30-35 kn, zeer lokaal 40 kn. In de ochtend toenemende wind
op nadering van de randstoring. In de westelijke kustdistricten opnieuw
seinen voor 6 Bft, zie ook modelbeoordeling. Uitschieters boven land
25-30 kn, zeer lokaal tot 35 kn. Dinsdag wordt het rustiger.

BEWOLKING:
In de polaire lucht veelal convectieve bewolking, bij frontale
structuren steeds een kleine kans op lokaal stratus, een wat grotere
kans hierop in de nacht naar dinsdag en dinsdagochtend. Toppen van de
(ingebedde) CB's actueel bij de occlusierestanten rond FL250, lokaal tot
FL300. Bij het occluderende systeem van vandaag zien we weer een
mengeling van stratiforme en convectieve bewolking. Onstabiliteitsdiepte
in het meest extreme geval dan toch weer FL300. Bij de overige systemen
toppen FL250.

NEERSLAG:
Bij de occlusierestanten zien we naast de buien soms ook wat meer
stratiforme neerslag. Convectieve modus blijft een groot deel van de
periode hoofdzakelijk single cell. De CAPE-waardes in de kustgebieden
steeds in de ordegrootte 500-1000 J/kg, overdag zien we boven land door
dagelijkse gang steeds vergelijkbare waardes. Buiige regen bij het
occluderende frontale systeem en in de loop van de middag toch weer
convectie op dagelijkse gang. In de zuidoostelijke helft neemt de
effectieve schering dan toe naar 30-35 kn wat goed georganiseerde
convectie met windstoten mogelijk maakt. Bij de hoogtetrog op dinsdag en
de aangeslagen barocliene zone opnieuw buien met onweer. Mochten de
buien in het zuidoosten vanaf de grond ontwikkelen dan zou de schering
meer dan 40 knopen bedragen, maar waarschijnlijker is dat ze vanaf enige
hoogte ontstaan en dan is het 25-30 kn. CAPE waardes in de nacht 400-700
J/kg, nabij het warme zeewater wat hoger. Allemaal multicelregime.
Meeste neerslag wordt t/m dinsdag in het noorden verwacht, 20-30 mm.

ZICHT:
Zichtverminderingen door neerslag.

TEMPERATUUR:
Zie modelbeoordeling.



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI