Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 24 juli 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 23 juli 2021 om 23.49 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied ligt om 00 UTC zowel aan de grond als in de
bovenlucht bij Bretagne en beweegt langzaam noordoostwaarts richting de
zuidelijke Noordzee en ons zuidwestelijk kustgebied, alwaar het
zondagavond aankomt. Een bijbehorende west-oost georienteerde vore
bereikt in de loop van de ochtend het zuiden, aan de noordzijde van de
vore wordt vrij warme en vochtige lucht aangevoerd. In de vore ontstaat
boven Duitsland een apart thermisch laag dat in de avond noordwestwaarts
over het noorden van het land richting de Noordzee beweegt. Een zwakke
occlusie boven Frankrijk beweegt zuid van de vore eveneens noordwaarts
en bereikt aan het einde van de middag het zuiden en blijft daar in de
avond enigszins hangen. In de nacht naar zondag en zondag overdag
beweegt deze occlusie noordwaarts en verlaat aan het einde van de
ochtend het noorden. Zondag overdag bevinden we ons in getransformeerde
maritiem polaire lucht. Later op zondag bereiken bereiken van het
zuidwesten uit nog restanten van een ingedraaide occlusie ons land.

MODELBEOORDELING:
Er zijn duidelijke verschillen ten aanzien van de ontwikkeling van het
thermische laag net ten oosten van ons land boven Duitsland. In Hirlam
ontwikkelt het laag zich wat later dan in de rest van de uitvoer en
diept het zondag boven de Wadden zeer sterk uit. Dit is een typisch
Hirlam verschijnsel en we verwerpen het. In de rest van de uitvoer
ontwikkelt het zich net ten oosten van ons land boven Duitsland oosten,
maar er zijn wat verschillen in de locatie en intensiteit, waardoor er
ook verschillen in het neerslagpatroon ontstaan. De nadruk van de
(convectieve) neerslag ligt op de west- en noordkant van het zich
ontwikkelende thermische laag. Op de zondag zien we in alle modellen een
sterke dagelijkse gang in de convectieve neerslag.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
In de middag stellen stellen de uitschieters bij de buien vanwege de
geringe stroming nog weinig voor, ordegrootte 20-25 kn, aan het einde
van de middag en in de avond bij wat actievere buien in het oosten en
noordoosten mogelijk 30-35 kn. Zondag overdag zien we bij de buien
vergelijkbare uitschieters, maximaal 30-35 kn.

BEWOLKING:
De SC-Velden boven het noorden en de Noordzee zitten het beste in de Hir
uitvoer. Vannacht en in de ochtend van het zuid(west)en uit toenemende
hoge en middelbare bewolking op nadering van de vore/occlusie. In de
middelbare bewolking kan later in de middag en avond ook lokaal een
embedded Cb voorkomen. In het noorden en oosten is de bewolking
aanvankelijk nog dun en daar kan de temperatuur in de middag nog
dusdanig oplopen dat daar convectie vanaf de grond mogelijk wordt,
toppen dan mogelijk tot FL380. De Cb's lijken rondom de thermische vore
te gaan clusteren, vooral aan de west en noordzijde ervan. Nabij de kern
ontstaat in de nacht naar zondag ook steeds meers stratus. In de avond
ontstaan boven Noord-Frankrijk en België ook nog enkele Cb's die
mogelijk aan het einde van de avond nog net het zuidwesten weten te
bereiken, alvorens ze oplossen. In de nacht naar zondag in de vochtige
lucht waarschijnlijk vorming van stratus, alle modellen geven daar wel
een signaal voor. Zondag zien we in de loop van de dag weer convectieve
bewolking ontstaan, het eerst in het zuiden, tophoogten tot ca. FL350.

NEERSLAG:
Het zwaartepunt van de convectie van zaterdagmiddag/avond ligt op het
noorden en oosten. Het zal gaan om matig georganiseerde multicells, de
CAPE ligt in het noordoosten in de ordegrootte van 1000-1500 J/kg.
Stevige onweersbuien dus, met veel neerslag (PW = 30-40 mm) en hagel
maar waarschijnlijk geen zware windstoten. Maximale neerslagaccumulaties
in de orde van 30-50 mm. Nabij de occlusie kan ook al een enkele bui
voorkomen, dat is dan vooral in het uiterste zuiden, deze zijn wat
minder actief. Later in de avond en aan het begin van de nacht zou een
enkele bui vanuit België nog Zeeland kunnen bereiken. Zondag is de CAPE
hoger, 1000-2000 J/kg. De schering is dan 15-20 kn, dus multicel. De
convectie kan zondag in het gehele land optreden, er is niet echt een
bepalende dynamische forcering. Ook nu is onweer zeer waarschijnlijk en
lokaal kan weer veel neerslag in korte tijd vallen.

ZICHT:
Goed, in neerslag matig/slecht. In de nacht naar zondag vooral in
opklaringen in gebieden waar aanzienlijke neerslaghoeveelheden gevallen
zijn mistbanken.

TEMPERATUUR:
Overdag enige onzekerheid i.v.m. de bewolking, vooral in het oosten en
noordoosten zomerse temperaturen. Zondag Tx tussen 23 en 26°C.



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI