Guidance modelbeoordeling voor Nederland

11-07-2021 18:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 12 juli 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 11 juli 2021 om 18.26 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een O-W georienteerde vore boven het noorden van Nederland en Duitsland
trekt langzaam noordwaarts en kantelt daarbij naar een ZO-NW positie. De
vore verlaat het land in de nacht naar maandag, maar blijft nog tot en
met morgen slepen nabij het uiterste noordoosten. Bij de vore is sprake
van vochtige lucht (Td 16-17 C) en convergentie. Noord van de vore is de
stroming oostelijk, zuid ervan zuidwestelijk. Boven het noordelijke FIR
gebied vindt komende nacht activatie plaats wegens de invloed van een
kortgolvige hoogtetrog. Maandag ontstaat boven Frankrijk een (thermisch)
laag dat aan het einde van de dag boven het uiterste noorden van
Frankrijk komt te liggen waardoor de stroming aan de grond oostelijk
wordt. Tegelijkertijd trekt een occlusie die momenteel west van Bretagne
ligt naar Frankrijk en zal steeds moeilijker te herkennen zijn wegens de
convectie die ontstaat bij het thermische laag. Een vore behorende bij
het laag bereikt mogelijk het uiterste zuiden van het land aan het einde
van de dag. Een hoogtelaag nabij Ierland komt maandag boven het westen
van Frankrijk te liggen waarmee de stroming op hoogte zuidelijk wordt.
In de nacht naar dinsdag en dinsdag overdag trekt het laag aan de grond
naar Duitsland. Bijbehorende vore komt dan waarschijnlijk boven het
zuidoosten te liggen, al is de positie nog wat onzeker. Theta-w waarden
komen dan rond 16 C te liggen.

MODELBEOORDELING:
De positie van de vore wordt door de modellen goed weergegeven.
Momenteel zijn er diverse buien aanwezig die ontstaan zijn op
convergentie. Gedurende de rest van de avond moeten we nog met enkele
buien rekening houden. Het is nog niet geheel duidelijk of wegens de
nabijheid van de vore morgen boven het uiterste noordoosten nog buien
kunnen ontstaan. EC en Hap1 laten dit wel zien, overige modellen niet.
We houden er gezien de aanwezige vochtige lucht wel rekening mee. Later
op de dag nadert een (thermische) vore vanuit het laag boven
NW-Frankrijk het uiterste zuiden. Mogelijk krijgt Zeeland dan te maken
met enkele buien. Bij de vore die in de nacht naar dinsdag mogelijk
boven het zuidoosten komt te liggen wordt door de modellen een fors
neerslaggebied berekend, er kan behoorlijk wat neerslag vallen, ook
vanwege de convergentie die daar plaatsvindt. De meeste modellen lopen
tot 12 UTC op dinsdag en berekenen vanaf de nacht cumulatief in Limburg
20-40 mm. Harmoniemodellen komen lokaal boven de 40 mm, de positie van
de neerslagzone ligt in Hirlam wat zuidelijker waardoor daar sprake is
van 10-20 mm cumulatief. Een belangrijk aandachtspunt.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Weinig bijzonderheden.

BEWOLKING:
In de vore sct/bkn Cu/SC 3000-5000 vt en enkele Cb's met toppen tot
FL200-250. In de loop van de nacht boven het uiterste noorden van het
FIR gebied enige activatie door de kortgolvige hoogtetrog. Verder in de
vore boven zee en boven het uiterste noordoosten van het land vorming
van St bewolking. Morgen overdag naast hoge en middelbare bewolking
vorming van Cu bewolking, in het uiterste noordoost en later in het
zuidwesten kans op een Cb met toppen tot maximaal FL300.

NEERSLAG:
Bij de vore enkele buien, ook vanavond zal dit nog enige tijd het geval
zijn. In de nacht naar maandag boven het uiterste noorden van de FIR
geleidelijk wat meer buien. CAPE waarden zijn momenteel langs de
noordoostgrens het hoogst met ca. 700-1000 J/kg, verder naar het westen
en op zee in de vore overwegend 400-700 J/kg. Weinig schering en dus
single cell regime. Komende nacht blijven de buien boven zee bestaan,
maar dan gevoed net boven de grenslaag en geforceerd door convergentie
bij de vore en de nadering van de zwakke hoogtetrog. Maandag lijkt een
zwakke inversie aanvankelijk buienvorming te verhinderen. In de middag
zou er rond de vore in het uiterste noordoosten toch nog een
(onweers)bui kunnen ontstaan. Deze pikt dan beduidend meer schering op
dan vandaag en deze scheringsprofielen vertonen ook wat kromming
waardoor wat beter georganiseerde cellen zouden kunnen ontstaan. Bij de
thermische vore in het zuidwesten ook kans op een bui in de avond, als
de buien dan nog net van de grond ontstaan is er beduidend meer
schering, 30-35 knopen en dan zijn goed georganiseerde multicells
mogelijk.

ZICHT:
Komende nacht vooral in het noorden bij de vore kans op mist.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI