Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 04 juli 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 03 juli 2021 om 23.39 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een NW-ZO georiënteerde frontale vore (behorende bij een lagedrukgebied
ten westen van Ierland) met daarin een occlusie ligt boven het midden
van ons land. De frontale vore trekt zeer langzaam noordoostwaarts en
blijft zondag overdag boven het uiterste noordoosten en oosten slepen.
Daarachter voert een west- tot zuidwestelijke stroming koelere lucht
aan. Zondag trekt een hoogtetrog in de middag en het eerste deel van de
avond van zuid(west) naar noord(oost) over het land. Een volgende,
zwakkere occlusie bereikt aan het begin van maandagnacht het zuidwesten.
Deze wordt gevolgd door een trekrug waarna maandagavond de restanten van
een frontaal systeem ons land van het zuidwesten uit bereikt.

MODELBEOORDELING:
We zien de gebruikelijke verschillen in het grotendeels convectieve
neerslagsignaal. De Harmonies zijn wel wat te enthousiast, vermoedelijk
doordat de convectie te veel vanaf de grond gevoed wordt in dit model.
Bij en achter de frontale vore ook kans op stratus, wisselend
weergegeven in de modellen waarbij HAP1 wel erg overdreven oogt.
Aandachtspunt is ook de St die boven (zuid)Engeland vannacht wordt
aangemaakt en met een zuidwestelijke stroming over de Noordzee gaat
bewegen.
Wat verder opvalt zijn de verschillen in mate van instabiliteit in het
oosten van ons land op zondagmiddag, zoals te zien is in de temps van
EHTW. Het ene model geeft tophoogtes van FL300-350 terwijl het andere
model in de temps naar rechts helt en/of warmte op een bepaalde hoogte
heeft. Dit zorgt voor onzekerheid in de tophoogte en daarmee ook voor
onzekerheid in de hoeveelheid onweer.
Maandagnacht en -ochtend geeft Hirlam bij de occlusie veel neerslag in
het westen van het land. Dit komt omdat Hirlam i.t.t. de andere modellen
een trog vormt waar de occlusie in ligt. Dit is een bekend verschijnsel
van Hirlam en honoreren we niet.


AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Windstoten zouden bij de buien vooral op water loading kunnen voorkomen.
Ha40 heeft zondagmiddag een bui met windstoten van 40 kn door water
loading, maar we gaan uit van niet meer dan 30 knopen.
In de nacht naar maandag heeft alleen Hap1 een indicatie voor 6 Bft in
de zuidwestelijke kustdistricten. Dit verwerpen we voorlopig.

BEWOLKING:
Vannacht bij de frontale vore geclusterde CB's met toppen FL250-300.
Naar het noordoosten wegtrekkend. In de nacht ook enkele opklaringen.
Zondagochtend weer snel vorming van Cb's, met minder hoge toppen dan
vandaag, veelal rond FL250, maar zondagmiddag mogelijk ook hoger, zie
ook de modelbeoordeling. In en achter de frontale vore in de nanacht en
vroege ochtend kans op enige St, boven zee aanhoudend.

NEERSLAG:
Vannacht buien, onweerskans is heel klein. CAPE in de modellen
zondagmiddag rond 1500 J/kg. Shear veelal 20-25 kn, hoewel Ha40 en EC
rond de 30 kn zitten. Convectiemodus hierdoor multicell met lokaal
onweer, vooral in het oosten. Hagelkans is klein.

ZICHT:
In buien uiteraard beperkt zicht. Komende nacht, na buien in opklaringen
opnieuw kans op nevel en mistbanken. Zondag in buien teruglopende
zichten. In de nacht naar maandag een herhaling van zetten met nevel en
in (eventuele) opklaringen weer mistbanken.

TEMPERATUUR:
Zondag en maandag wordt er met een zuidwestelijke stroming iets koelere
lucht aangevoerd vergeleken met zaterdag.



Paraaf meteoroloog: tuenter
Bron: KNMI