Guidance modelbeoordeling voor Nederland

23-05-2021 23:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 25 mei 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 24 mei 2021 om 00.09 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een complex lagedrukgebied boven de Britse Eilanden trekt langzaam
oostwaarts. De bijbehorende occlusie bereikt het westen van het land in
de loop van de nacht, trekt oostwaarts en zal door golfvorming pas in de
middag het oosten verlaten. Vanavond en in de nacht naar dinsdag
passeren troggen. De koudste bovenluchten passeren ons in de nacht naar
dinsdag. Dinsdag overdag trekt de zuidelijke lagedrukkern (met het
hoogtelaag) over de Zuidelijke Noordzee noordoostwaarts naar het noorden
van Denemarken. De noordelijke kern boven Schotland vult op. Hierdoor
wordt de stroming bij ons noordwestelijk.

MODELBEOORDELING:
De uitvoer is consistent. Uiteraard zijn er de gebruikelijke
modelspecifieke verschillen in de convectie en weergave van de grenslaag
tussen de diverse uitvoer. Vanaf de avond begint Hirlam wel uit de pas
te lopen met EC en de Harmonies, hetgeen te maken heeft met de vorming
van een kleinschalig laagje door convectie bij de trog dat uiteindelijk
op zal gaan in de eerdergenoemde zuidelijke lagedrukkern, die in het
model ook een andere koers heeft. Met name voor het drukpatroon en de
wind heeft dit wel grote gevolgen, voorlopig houden we echter gewoon EC
en de Harmonies aan.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Tot aan de occlusie seinen voor 6-7 Bft. Opvallend zijn verder de
uitschieters bij de felle buien in het zuiden vanavond in de Harmonie
uitvoer. De windstoten van 75+ km/uur lijken Nederland niet te bereiken,
de windstoten van 60+ km/uur waarschijnlijk wel maar dan alleen in de
zuidelijke provincies. Dit heeft er mee te maken dat de forcering en
organisatiegraad (dagelijkse gang, schering) meer naar het noorden toe
minder worden. We gaan voorlopig uit van circa 30 kt in het zuiden van
het land.

BEWOLKING:
Bij de occlusie (bij het grondfront) een signaal voor enige
grenslaagbewolking, basis waarschijnlijk niet/nauwelijks lager dan 1000
vt en verder een meest gelaagd wolkenpakket. Daaronder vannacht mogelijk
nog wat inzaaiing van ondiepe convectieve bewolking. Achter de occlusie
(geleidelijk dieper wordende) convectieve bewolking. In de nacht naar
dinsdag landinwaarts bij de trog een St-signaal, niet onwaarschijnlijk
na de neerslag, er is weinig wind. Dinsdag overdag convectieve
bewolking. Bij de (zuidelijke) lagedrukkern boven de Noordzee laten de
modellen, in mindere mate ook EC, lage stratus en mist ontstaan nabij/in
het laag, dit is zeker niet uitgesloten. Hirlam lijkt wel te vroeg en te
uitgebreid.

NEERSLAG:
Voorafgaand aan de occlusie enige convectie tot ongeveer FL120, ook
enige inzaaiing. Bij de occlusie voornamelijk stratiforme neerslag, aan
de westkant enige convectieve component. De CAPE bij de trog van
vanavond zit rond 700 J/kg, de schering is 20 kn, in het zuiden tot
ongeveer 25 kn. Buien zullen voornamelijk multicel zijn, toppen tot
ongeveer FL270. Bij de trog in de nacht naar dinsdag vergelijkbare
toppen, wat minder schering (circa 15 kn) en CAPE. Ook is er dan weinig
forcering vanaf de grond. Dinsdag overdag 700-1000 J/kg CAPE met
ongeveer 15 kn schering, dus voornamelijk single cell. Vanaf vanavond
kunnen de buien vooral landinwaarts gepaard gaan met onweer, kleine
hagel en windstoten, boven het westen van de FIR is er in de middag al
een kansje op onweer.

ZICHT:
Aanvankelijk alleen tijdens neerslag zichtvermindering. Nabij het
zuidelijke laag vanaf de nacht naar dinsdag ook kan op matige/slechte
zichten en mogelijk zelfs mist buiten de neerslag om (stratus aan dek).

TEMPERATUUR:
Tmax in polaire lucht tussen de buien door vaak wat hoger dan in de
uitvoer, de CAPE is daardoor mogelijk ook wat hoger dan in de uitvoer.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI