Guidance modelbeoordeling voor Nederland

23-05-2021 21:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 24 mei 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 23 mei 2021 om 22.37 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied ten westen van de Britse Eilanden met meerdere kernen
trekt oostwaarts. De bijbehorende occlusie passeert maandagochtend
Nederland, daarbij is er enige golfvorming. Maandagavond en in de nacht
naar dinsdag passeren troggen. Dinsdag overdag trekt de zuidelijke
lagedrukkern (met het hoogtelaag) over de Noordzee noordoostwaarts naar
de Vissersbank. De noordelijke kern boven Schotland vult op. Hierdoor
wordt de stroming bij ons noordwestelijk.

MODELBEOORDELING:
De uitvoer is consistent. Uiteraard zijn er de gebruikelijke
modelspecifieke verschillen in de convectie en weergave van de grenslaag
tussen de diverse uitvoer.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Voor de gradientwind is de uitvoer bruikbaar. Opvallend zijn de
uitschieters bij buien in het uiterste zuiden maandagavond in de
Harmonie uitvoer. De windstoten van 45+ kt lijken Nederland niet te
bereiken. Dit heeft er waarschijnlijk mee te maken dat de forcering en
organisatiegraad (dagelijkse gang, schering) meer naar het noorden toe
wat minder worden. We gaan uit van maximaal 30 kt in het (uiterste)
zuidoosten.

BEWOLKING:
Bij de lagedrukkern boven de Noordzee moet in de Hir uitvoer een groot
mist/St-Veld ontstaan, dit is niet realistisch, lokaal kan bij het laag
wel St ontstaan. Ten westen van de occlusie een signaal voor enige
grenslaagbewolking, basis waarschijnlijk niet lager dan 1000 vt. Ten
westen van de occlusie convectieve bewolking. In de nacht naar dinsdag
landinwaarts bij de trog een St-signaal, niet onwaarschijnlijk na de
neerslag, er is weinig wind. Dinsdag overdag convectieve bewolking.

NEERSLAG:
Voorafgaand aan de occlusie enige convectie tot ongeveer FL120, ook
enige inzaaiing. Bij de occlusie (de neerslag zit vrijwel alleen ten
westen van het grondfront) voornamelijk stratiforme neerslag, aan de
westkant enige convectieve component. De Cape bij de trog van
maandagavond zit rond 700 J/kg, de schering is 20 kn, in het zuiden tot
ongeveer 25 kn. Buien zullen voornamelijk multicel zijn, toppen tot
ongeveer FL270. Bij de trog in de nacht naar maandag vergelijkbare
toppen, wat minder schering (circa 15 kn) en Cape. Ook is er dan weinig
forcering vanaf de grond. Dinsdag overdag 700-1000 J/kg Cape met
ongeveer 15 kn schering, dus voornamelijk single cell. Buien van vooral
maandagavond en dinsdag overdag landinwaarts gaan gepaard met onweer,
grote hagel is niet heel waarschijnlijk, hagel tot ca 1 cm is
realistisch.

ZICHT:
Alleen tijdens neerslag zichtvermindering.

TEMPERATUUR:
Tmax in polaire lucht tussen de buien door vaak wat hoger dan in de
uitvoer, Cape daardoor mogelijk wat hoger dan in de uitvoer.



Paraaf meteoroloog: Huiskamp
Bron: KNMI