Guidance modelbeoordeling voor Nederland

23-05-2021 00:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 23 mei 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 22 mei 2021 om 23.38 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied boven het noorden van Denemarken beweegt al opvullend
noordoostwaarts van ons vandaan. De bijbehorende secundaire occlusie
sleept actueel boven het zuidoosten maar zal in de loop van de nacht en
ochtend in activiteit afnemend noordoostwaarts over het land trekken om
tegen de middag het noordoosten te verlaten. We zien daarbij ook
duidelijk een noordwest-zuidoost georienteerde vore meebewegen in het
drukpatroon aan de grond. Daarachter passeert een (relatieve) trekrug in
de middag, waarna de stroming in de avond geleidelijk zuidelijk wordt en
in kracht toeneemt op nadering van een volgend lagedrukgebied dat vanaf
de Atlantische Oceaan richting Groot-Brittanniƫ trekt. Het duidelijk
herkenbare, bijbehorende occluderende frontaal systeem bereikt Nederland
in de nacht naar maandag en trekt oostwaarts, het verlaat aan het einde
van de ochtend het oosten. Daarachter komen we dieper in de polaire
lucht en stroomt er vooral op hoogte vrij koude lucht binnen waardoor de
opbouw veel sterker onstabiel wordt. Later in de middag en maandagavond
volgt er vanuit het zuidwesten een actieve trog (wellicht evoluerend tot
een Comma of een CAD), aan de voorzijde van een hoogtetrog.

MODELBEOORDELING:
De uitvoer is onderling consistent, uiteraard zijn er de gebruikelijke
verschillen in de grenslaagbewolking en weergave van de convectie.
Actueel zien we al (turbulentie)stratus bij de occlusie boven Brabant,
hetgeen door de modellen pas later vannacht en in de eerste helft van de
vroege ochtend wordt berekend. EC en HAP1 lijken uiteindelijk het meest
realistisch. Zondagavond en in de nacht naar maandag zien we in HIR een
neerslaggebied van zuidwest naar noordoost over het land trekken,
terwijl de andere modellen dan slechts met een enkel (inzaaiings)buitje
komen. Mogelijk smeert HIR de neerslag teveel uit of berekenen de
Harmonies te weinig lichte stratiforme neerslag. Het occluderende front
daarachter wordt weer eenduidig berekend. Bij de trog
maandagmiddag/avond zien we in de Harmonies en nu ook in HIR signalen
voor het ontstaan van een actieve buienlijn met windstoten, een
aandachtspunt.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Voorafgaand aan de occlusie van maandag 6-7 Bft. Bij de buien
maandagavond mogelijk stevige windstoten (orde 75 km/uur).

BEWOLKING:
Bij de occlusie een mix van stratiforme en convectieve bewolking (toppen
rond FL100) en vannacht en in de eerste helft van de ochtend vooral
landinwaarts lokaal ook stratus, mogelijk ook beneden 500 vt. Elders wat
ondiepe convectieve bewolking en een enkele TCu (toppen beneden FL100).
Op nadering van de occlusie van maandag toenemende gelaagde bewolking,
waaronder inzaaiing optreedt bij de nog aanwezige ondiepe convectieve
bewolking. Bij de occlusie zelf een smalle band met lage bewolking.
Achter de occlusie convectieve bewolking en Cb's, vooral bij de trog,
met toppen tot circa FL250.

NEERSLAG:
Bij de occlusie buiige regen, elders een enkele lichte bui. De CAPE is
niet meer dan 200-400 J/kg, de schering is gering, rond 15 kn, de
convectie bij de occlusie is dus voornamelijk single-cell. De triggering
is vooral convergentie in de grenslaag. Bij de occlusie van maandag
stratiforme neerslag met aan de voorzijde enkele inzaaiingsbuitjes.
Achter de occlusie stevige buien met kans op hagel, onweer en
windstoten. CAPE dan in de orde van 700 J/Kg en een schering van 25 kn,
multicells.

ZICHT:
Zichtverminderingen vooral door neerslag, vannacht ook bij de occlusie
door vochtconvergentie.

TEMPERATUUR:
Aanhoudend te lage Tx voor de tijd van het jaar.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI