Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 05 februari 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 04 februari 2016 om 18.14 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen lage druk boven het noorden van Scandinavie en hoge druk boven
Zuidwest-Europa voert een west- tot noordweststroming maritiem polaire
lucht aan. De restanten van een warmtefront-afloper verlaten vanavond
het zuidoosten. Vanavond en begin van de nacht trekt een zwakke trekrug
van west naar oost over het land, waarachter de stroming zuidwestelijk
wordt. In deze stroming trekt in de loop van de nacht en ochtend een
warmtefront over het land, waarna het gehele aandachtsgebied in een
brede warme sector terechtkomt.

MODELBEOORDELING:
Het weer speelt zich meer en meer af in de grenslaag. Daar zien we
weliswaar enige verschillen, maar alle modellen komen gewoon met een
karakteristiek warmtefront. Daarbij valt op dat zelfs Hirlam een sterk
stratus-signaal geeft. Dit laatste model laat de bewolking voor het
front uit het dunst worden met daardoor de meeste uitstraling en de
laagste Tmin. Het is de vraag in hoeverre de invloed van de rug is.
Actueel lijkt het Hirlam-scenario, met enkele opklaringen realistischer
dan dat van Harmonie dat er teveel Sc in lijkt te houden.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vrijdag in de warme sector ZW 6, mogelijk 7 later op de dag.

BEWOLKING:
Sc-velden, aandachtspunt zijn de opklaringen in de aanvoerrichting. We
volgen hierin het Hirlam-scenario als best bruikbare leidraad vanwege de
actualiteit. In de loop van de nacht van het westen uit frontale
bewolking op nadering van het warmtefront. Op en en in een zone vlak
achter het warmtefront ook weer stratus, waarschijnlijk op uitgebreide
schaal. Dieper in de warme sector zien we de opbouw snel neutraal tot
onstabiel worden.

NEERSLAG:
Bij het warmtefront van komende nacht en morgenochtend nog een smalle
band met (mot)regen. In de warme sector laten alle modellen nog af en
toe lichte motregen zien. Gezien de dikte van de bewolking in de
progtemps (basis < 2000 vt en toppen ruim 5000 voet) is
coalescentie-neerslag mogelijk. Veel dieper in de warme sector wordt de
bewolking dunner, waardoor de neerslagkans later morgenmiddag en -avond
van het zuidwesten uit afneemt.

ZICHT:
Vooral in de motregen matige tot slechte zichtcondities. Ook aan de
lijzijde van het IJsselmeer bij het warmtefront mogelijk even slecht
zicht. In de warme sector verbeterende zichten.

TEMPERATUUR:
Daling van de temperatuur is sterk gekoppeld aan de duur van de
opklaringen. Hirlam is het koudst, lokaal 1-2 graden tot in het midden
van het land. Morgen Tx rond 10 graden.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI