Guidance modelbeoordeling voor Nederland

06-04-2021 17:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 07 april 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 06 april 2021 om 17.39 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Aan de zuidwestflank van een laag boven Noord Scandinavië voert een
krachtige noord-noordwestelijke stroming maritiem arctische lucht aan.
Een hoogtetrog gevuld met zeer koude bovenluchten (-40 °C) passeert het
land in de eerste helft van de avond, waarachter op hoogte geleidelijk
minder koude lucht binnenstroomt. Aan de grond bevindt zich een
kleinschalig lagedrukgebied met een geoccludeerde warme kern, dat
vanavond over de Noordzee zuid-zuidoostwaarts trekt en vannacht via de
Duitse Bocht Duitsland in zal trekken. Het windveld aan de zuidwestflank
en de bijbehorende ingedraaide occlusie bereiken de noordkust aan het
begin van de nacht ent trekken gedurende de nacht en vroege ochtend
zuidoostwaarts over de rest van het land. Het bijbehorende grotendeels
stratiforme neerslaggebied trekt vannacht over het land zuidoostwaarts,
waarna de 'staart' van de occlusie nog enige tijd zal blijven slepen
boven het zuidwesten en midden. Morgen overdag blijven we in de
noordwestelijke stroming maar is de aangevoerde luchtsoort (vooral op
hoogte) minder koud. Later op de dag neemt op nadering van een zwakke
rug ook de onstabiliteitsdiepte af.

MODELBEOORDELING:
De belangrijkste aandachtspunten zijn de occlusie en het windveld bij
het kleinschalige laagje vannacht, dat volgens de modellen nog iets
verder zou moeten ontwikkelen/uitdiepen. Het gaat overigens dus niet om
een Polar Low, ook al is de neerslag vooral boven zee nog wel deels
convectief. Er zijn nog wel enige verschillen in de evolutie en timing
van het systeem, dit blijft nowcasten. De aandacht gaat vooral uit naar
de neerslag die aan de voorzijde van het systeem enige tijd als (natte)
sneeuw zal vallen en daardoor mogelijk voor enige accumulatie kan
zorgen, dit geldt vooral voor het midden, oosten en zuidoosten van het
land. M.u.v. het zuidoosten gaat de neerslag al na 2-3 uur over in
regen, in het zuidoosten duurt dit iets langer en in Zuid-Limburg kan
dit zelfs tot in de ochtend duren. M.u.v. Hirlam hebben de modellen
actueel al een 1-5 cm virtueel sneeuwdek liggen, dat ligt er natuurlijk
niet. Volgens de modellen zou er verder landinwaarts nog 1-3 cm bij
kunnen komen, lokaal iets meer, dit is dan ook waar we vanuit gaan;
m.u.v. het noordwesten en westen plaatselijk kortdurend 1-3 cm, in het
uiterste oosten, zuidoosten en vooral in Zuid-Limburg in totaal mogelijk
3-5 cm, in de eerste helft van de ochtend van het noordwesten uit
wegdooiend. Een code geel lijkt dus voldoende wat dat betreft. Bij een
geringe neerslagintensiteit zal er geen/nauwelijks accumulatie optreden
doordat de bodemtemperatuur en waarschijnlijk ook de wegdektemperatuur
bij aanvang (ruim) boven nul zal liggen. Hirlam komt bijvoorbeeld ook
niet verder dan een sneeuwdek van circa 1 cm in de zuidoostelijke helft.
Voor het windveld, zie onder het kopje wind.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
6-7 Bft boven zee, bij de occlusie vanavond en vannacht 8 Bft en een
kans op 9 Bft wat verder buitengaats. De exacte locatie van het gebied
met 9 Bft hangt nog af van de evolutie en koers van het kleinschalige
laagje, momenteel laten alleen HAP2 en EC dit nog zien. In het westelijk
en noordwestelijk kustgebied zijn daarbij vannacht en in de vroege
ochtend zware windstoten mogelijk van 80-100 km/uur (KEPS: 30% kans op
meer dan 100 km/uur aan zee). Overdag geleidelijk afnemend tot 6 Bft
boven zee en aan de kust. Het blijft vlagerig boven land en bij buien
zijn dan nog windstoten tot 30-35 kn mogelijk, langs de kust mogelijk
tot 40 kn (75 km/uur). Morgenavond en in de nacht naar donderdag neemt
de wind sterk af op nadering van een rug.

BEWOLKING:
Convectieve bewolking met toppen tot circa FL200, op nadering van de
occlusie dalend naar circa FL150. Bij de occlusie een mix van
stratiforme en convectieve bewolking met toppen tot FL200, dit is dan
waarschijnlijk niet meer de diepte van de onstabiele laag die minder
diep zal zijn. Verder landinwaarts overheerst de stratiforme bewolking
en is er tevens kans op stratus. Achter de occlusie convectieve
bewolking met toppen van circa FL120, met een afnemend aantal CB's en
brede opklaringen, op nadering van de rug.

NEERSLAG:
Winterse buien met korrelhagel/sneeuw en (natte) sneeuw en tevens kans
op onweer. Lokale gladheid t.g.v. winterse buien is vanavond zeer lokaal
al mogelijk. Voor vannacht zie de modelbeoordeling. De kans op onweer
lijk dan al heel klein geworden. In de loop van de nacht gaat de sneeuw
van het noorden uit in regen over, in de (vroege) ochtend ook in het
uiterste zuidoosten. Morgen overdag is de luchtsoort net iets minder
koud waardoor de vaste fractie klein zal zijn. We gaan uit van
regenbuien met een grote kans korrelhagel, landinwaarts mogelijk nog met
een vlok natte sneeuw. De kans op onweer is verwaarloosbaar, op AIL na,
en het aantal buien is iets kleiner dan vandaag. De activiteit neemt op
nadering van de rug ook geleidelijk verder af.

ZICHT:
In actievere buien en vooral in (natte) sneeuw uiteraard slecht zicht.
Verder goed zicht.

TEMPERATUUR:
Tijdens buien daalt de temperatuur plaatselijk rond of zelfs onder het
vriespunt, vanwege de lage natteboltemperatuur. In de loop van de avond
m.u.v. de kustgebieden temperaturen dalend naar rond het vriespunt,
afhankelijk van het aantal opklaringen. Vannacht in de sneeuw rond nul,
wanneer de sneeuw overgaat in regen oplopend naar circa 3, in de
kustgebieden nog iets hoger. Tot en met morgenochtend vroeg dus kans op
gladheid door bevriezing en sneeuw. Morgen overdag buiten buien 6-7 °C.
In de nacht naar donderdag landinwaarts lichte vorst en tevens lokaal
kans op gladheid.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI