Guidance modelbeoordeling voor Nederland

27-03-2021 16:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 28 maart 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 27 maart 2021 om 15.12 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een rug behorend bij een hoog boven de Alpenlanden ligt boven het
zuidwesten van het land, trekt oostwaarts en verlaat in de loop van de
avond het land. De aanvoer is van maritiem polaire oorsprong. Ten oosten
van de rugas is de stroming westelijk, ten westen van de rugas wordt de
stroming zuidwestelijk. Morgen overdag nadert van het westen uit een
NO-ZW georienteerd hoogtewarmtefront, waarvan de meeste activiteit over
het noorden en de Duitse Bocht trekt. In de grenslaag komt het
warmtefront niet door, op hoogte is dit wel het geval, duidelijk te zien
in de cross-secties. Na passage van het hoogtewarmtefront wordt met een
toenemende zuidwestelijke stroming geleidelijk opwarmende polaire lucht
aangevoerd. Pas vanaf maandagochtend mengt de grenslaag geleidelijk
dieper door en wordt de aanvoer ook aan de grond geleidelijk van
tropische oorsprong.

MODELBEOORDELING:
De modellen zijn consistent en bruikbaar. De neerslag bij het
hoogtewarmtefront komt in Hirlam wat zuidelijker dan in de andere
modellen. Omdat Hirlam geen rekening houdt met verdamping tijdens het
vallen van de neerslag is aannemelijk dat Hirlam overdrijft. In zowel
HAP1 en in Hirlam zien we komende nacht boven het noordwesten
(turbulentie)ST-kansen, waarschijnlijk op kustconvergentie. Het signaal
is niet erg groot, maar we noemen de kans hierop in de berichten.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
In de kustdistricten seinen nog seinen voor 6 Bft, vanavond geleidelijk
afnemend. Bij de buien uitschieters 30, maximaal 35 kn. Komende nacht en
morgenochtend weer flink aantrekkend naar 6-7 Bft. Alle modellen laten
in het noordwestelijke kustgebied her en der uitschieters zien rond 41
kn/75 km/u, maar niet op grote schaal en dit lijkt dan ook de maximale
waarde. Later morgenmiddag en in de avond weer afnemend naar 6 Bft aan
de kust.

BEWOLKING:
In de polaire lucht cumuliforme bewolking (Cu/Sc) met vooral boven het
oosten nog enkele Cb's/TCu's, toppen aanvankelijk nog tot FL150,
geleidelijk afnemend naar FL080. Door warmte-advectie van het westen uit
sterk afnemende onstabiliteitsdiepte. Komende nacht en morgenochtend een
signaal voor turbulentiestratus in het noorden, zie ook
modelbeoordeling. Bij het warmtefront zelf geven Hap1/2 en Hirlam een
signaal op ST in het noorden van de FIR en de Duitse Bocht. Morgen
overdag in het algemeen de dikste frontale bewolking (Sc/Ac) in het
noorden, dunste in het zuiden waar de zon ook nog wel doorheen komt.
Maandagochtend zien we in het noorden van de FIR in HAP1 en Hirlam ook
signalen voor ST, aandachtspunt.

NEERSLAG:
Vooral in het oosten aanvankelijk nog enkele buien in een regime met
afnemende CAPE EN schering, convectieve modus single cell. Morgen op het
hoogtewarmtefront (lichte) stratiforme regen boven zee en de noordelijke
helft van het land, meer naar het zuiden toe droog.

ZICHT:
Overwegend goed, in een bui mogelijk matig.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: boonstra
Bron: KNMI