Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op maandag 08 februari 2021 om 03.45 uur

Geldig van woensdag 10 februari tot maandag 22 februari

Synoptische ontwikkeling:
Tot en met donderdag hebben we met een zuidelijk gelegen westcirculatie
te maken, de as ligt tussen 40 en 45? NB. Woensdag trekt een depressie
over Frankrijk oostwaarts, deze be?nvloedt Nederland niet. Onder
invloed van een hoog boven de noordoostelijke Atlantische Oceaan is de
stroming bij ons noordoostelijk. Rond het midden van de week trekt een
hoogtetrog over Scandinavi? en de Noordzee zuidwaarts. Tegelijkertijd
bouwt boven de Britse Eilanden een hoogterug op als gevolg van sterke
warmte-advectie aan de oostzijde van een groot laag op de Atlantische
Oceaan. Aan de grond vormt zich in de meeste leden aan het eind van de
week een krachtig hoog boven Scandinavie of de Noordzee. In een groot
deel van de leden trekt dit hoog na het weekeinde west tot zuidwaarts,
waarbij de spreiding van de uiteindelijke locatie toeneemt. In iets meer
dan de helft van de leden blijft het hoog boven de noordoostelijke
Atlantische Oceaan, Scandinavie of het Oostzeegebied liggen waarbij zich
daar vaak in de tweede helft van de volgende week een nieuw hoog vormt.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
Ten opzichte van de vorige uitvoer is de opbouw van de hoogterug boven
West-Europa en de vorming van het hoog boven Scandinavie vergelijkbaar.
De kans op sneeuw is in de rest van de week vrijwel verwaarloosbaar.
Vanaf woensdag is de kans op strenge vorst in de nacht ongeveer 80% in
de nacht naar donderdag, omdat er meer opklaringen komen en de wind
afneemt. De grootste kou is in het midden en oosten. Waarschijnlijk
zorgt de Oostzee ervoor dat het in het noorden wat minder koud is, zowel
door wat meer bewolking als aanvoer over water. Er ontstaat in het
weekeinde een verschil in de snelheid en de baan waarmee het hoog zuid-
of westwaarts trekt en ook komt er dan een grote spreiding in de
uiteindelijke locatie. We blijven zoals het er nu naar uitziet tot en
met maandag in de koude lucht. In ongeveer 20% van de leden komt het
hoog ten westen of noordwesten van Nederland te liggen. Het blijft dan
nog wel aan de koude kant maar de temperatuur komt overdag dan ruim
boven nul. In een naar ongeveer 30% van de leden oplopend deel wordt de
stroming westelijk of zuidwestelijk en komt er een duidelijk einde aan
het winterweer. In de helft van de leden blijven we onder invloed van
een noordelijk hoog en blijft het winters.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Zonnige perioden en droog. Zeer koud met overdag maxima meestal enkele
graden onder nul en in de nacht en ochtend matige tot strenge, in de
tweede helft van de week op veel plaatsen strenge tot zeer strenge
vorst.

Samenvatting EPS-periode:
De kans dat het (zeer) koude, meest droge winterweer aanhoudt bedraagt
ongeveer 50%. Er is 30% kans op overgang naar (vrij) zacht en
wisselvallig weer.



Paraaf meteoroloog: Huiskamp
Bron: KNMI