Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 19 augustus 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 18 augustus 2016 om 18.11 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen een zwakke rug van hogedruk boven de Noordzee en een vore boven
België staat er een oost tot noordoostelijke stroming. Hiermee wordt
droge continentale lucht aangevoerd. In de vore ligt een west-oost
georiënteerde barokliene zone, die vrijdag overdag langzaam noordwaarts
gaat bewegen als de stroming geleidelijk zuidwestelijk wordt. Op hoogte
bevindt ons land zich tot vrijdag 15 UTC aan de oostzijde van een zwakke
rug. Morgen komen we in de loop van de middag en avond kortstondig aan
de grond in vochtiger lucht met Td van 17-18 graden. Deze zone lijkt
eveneens gekoppeld de thetaw850-tong die vrijdag rond 14 UTC het
zuidwesten en zuiden bereikt. Het 'koufront' , nu nog geanalyseerd boven
het westen van Frankrijk wordt steeds minder goed herkenbaar als
luchtmassagrens vanwege de sterke warmteadvectie op nadering van een
actief laag. De bij dit laag horende occlusie passeert in de nacht van
vrijdag op zaterdag, waarna we zaterdag overdag in een vrij stevige
zuidwestelijke stroming terechtkomen.

MODELBEOORDELING:
De grote lijnen in de diverse modellen komen wel overeen.
Neerslagpatronen zijn enigszins te koppelen aan de verschillende
systemen. De voorste neerslag lijkt te koppelen aan de thetaw850-rug,
gekoppeld aan een vore aan de grond en hogere Td. Het is allereerst de
vraag of er (diepe) convectie vanaf de grond mogelijk is. Dat lijkt
lastig in het grootste deel van het land vanwege de aanwezigheid van een
(zwakke) inversie. De aanwezigheid van de hoogterug is een factor die
tegenwerkt en ook de Td lijken gewoon te laag. Pas achter de vore komend
de hogere Td binnen en dan zou het lokaal kunnen. Echter, op hoogte
lijkt er juist dan warmte-advectie plaats te vinden aan de voorzijde van
het naderende laag. Dit verhindert waarschijnlijk al te diepe convectie,
maar het zorgt er wel voor dat de hele kolom wel steeds vochtiger wordt,
met PPW-waarden die oplopen tot ruim 30.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Pas zaterdagmorgen vroeg op nadering van het laag ZW 6-7 Bft.

BEWOLKING:
Morgen overdag van het zuiden uit meer hoge en middelbare wolken en
later in de middag in het zuiden kans op een zeer geïsoleerde Cb met
hoge basis. Van het zuidwesten uit in de avond een meer frontaal
wolkendek, daaronder Cu/TCu die met de toppen in dit dek komen. Mogelijk
bij wat langdurige neerslag wat St.

NEERSLAG:
Morgen in de loop van de middag en avond vooral net op of achter de vore
kans op een bui. Van het zuidwesten uit in de loop van de avond wat
buiige regen op het naderbij komen van het koufront. CAPE-waarden
400-700, effectieve schering beperkt met 10-20 kn. CAPE*Shear maximaal
25-35 tegen de westkust aan. Lokaal kan het even goed doorregenen. Kans
op onweer lijkt op voorhand niet groot, INDECS is laag, 10-20%, Harmonie
komt nog wel met een zwak signaal.

ZICHT:
Ook komende nacht kans op een heel ondiepe mistbank in het
noordoostelijk deel van het land, maar de aanvoer gaat komende nacht
meer oostelijk worden en dan niet meer advectie van iets vochtiger lucht
over zee. In buien matig zicht.

TEMPERATUUR:
Komende nacht tussen 10 in het noordoosten en 15 in het zuiden. Morgen
Tx; 22 tot lokaal 27 °C.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI