Guidance modelbeoordeling voor Nederland

28-01-2021 17:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 29 januari 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 28 januari 2021 om 16.36 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een trog met bijbehorende occlusie op de lijn Rotterdam-Beek trekt
vannacht noordoostwaarts en komt morgen boven Groningen en Friesland tot
stilstand. Aan de noordflank van deze trog wordt in de grenslaag met een
oostelijke wind continentaal polaire lucht aangevoerd die nabij de trog
vochtig is. Zuid daarvan wordt met een west- tot zuidwestelijke stroming
maritiem tropische lucht aangevoerd. Een andere, zwakke occlusie boven
het uiterste noordoosten blijft daar liggen en zal samen met de
naderende occlusie 1 frontale zone gaan vormen. Een volgend ontwikkelend
frontaal systeem, met kenmerken van een Cold Air Development (CAD),
loopt komende nacht op de eerder genoemde brede frontale zone in en
occludeert daarbij. Deze occlusie trekt vannacht van zuidwest naar
noordoost over ons land maar stagneert overdag boven het noordoosten.
Het bijbehorend laag trekt via het noorden van Engeland oost- tot
zuidoostwaarts en vormt vrijdagmiddag een langgerekte (WNW-ONO
georienteerde) frontale vore over het noordoosten van ons land. Zuid van
de frontale vore wordt de stroming westelijk en wordt zachte maritieme
lucht aangevoerd, die onstabiel van opbouw wordt, deels ook door
kou-advectie in de bovenlucht. Noord van de frontale vore blijft met een
oostelijk stroming koude lucht aangevoerd worden. Uiteindelijk begint de
lagedrukzone in de avond geleidelijk zuidoostwaarts te bewegen en gaat
de koude lucht vanuit het noordoosten terrein winnen.

MODELBEOORDELING:
Het belangrijkste aandachtspunt is de positie van de frontale vore
morgen boven het uiterste noorden van het land aangezien noord van deze
de neerslag grotendeels in de vorm van sneeuw valt. Tussen de modellen,
maar ook tussen de verschillende modelruns, zijn telkens kleine
verschillen te bekennen. Deze verschillen hebben echter wel grote
gevolgen; in het noordoosten van de provincie Groningen kan noord van de
vore 5-10 cm sneeuw vallen waarbij Hap1 de meest zuid(west)elijke
begrenzing weergeeft (ca. 10-20 km zuidwestelijker). In dit laatste
geval zou het oranje criterium overschreden worden. Tevens berekenen de
modellen op de overgang van de warme naar de koude lucht in het uiterste
noordoosten een smalle zone met ijzel of ijsregen wat eveneens een
aandachtspunt is. In Hirlam is het signaal het duidelijkst, echter, in
dit model is aan de grond eigenlijk niet of nauwelijks sprake van
temperaturen onder nul. Vrijdagavond zal de neerslag van het noordoosten
uit overgaan in sneeuw, maar dan neemt de intensiteit van de neerslag al
behoorlijk af. De komende runs moeten dus scherp in de gaten worden
gehouden.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Langs de Zeeuwse kust 6 Bft, in de warme sector in de loop van de
ochtend en vanmiddag, in de avond weer verdwijnend. Vrijdag vooral noord
van het laag seinen voor 6 tot 7 bft, deze verdwijnen pas in de nacht
naar zaterdag wanneer het laag naar Duitsland wegtrekt.

BEWOLKING:
Boven een groot deel van Nederland momenteel St bewolking, de laagste
basis nabij de frontale vore boven het zuiden. Tophoogte daar tot ca.
FL080. Bij de occlusie boven het uiterste noorden van het land ligt de
basis op Sc niveau, daar gelaagd tot boven FL100. Vanavond en vannacht
bij en noord van de frontale vore aanhoudend veel lage bewolking met ook
vrij veel stratus. Vrijdag nabij de volgende frontale zone een dik
pakket gelaagde stratiforme bewolking. Ten zuiden van de frontale zone
overdag geleidelijk een onstabiele opbouw met toppen rond FL150, in het
uiterste zuiden lokaal mogelijk FL200.

NEERSLAG:
In de frontale zones regen. In het uiterste noordoosten vanaf vannacht,
als het frontale pakket dikker wordt op nadering van de frontale zone(s)
geleidelijk overgaand in natte sneeuw. In de loop van de ochtend kan dit
in het uiterste noordoosten gaan accumuleren. Op de grens van sneeuw en
regen zien we diverse mengvormen terug met daarbij ijsregen maar ook
ijzel. Dit laatste is het meest prominent aanwezig in Hirlam, in de
overige modellen is deze zone uiterst smal. In deze zone is onderin nog
sprake van een oostelijke aanvoer met koude lucht, op enige hoogte is de
wind west en is er een smeltzone aanwezig. Verder zuid van de frontale
zone zien we vrijdagmiddag een convectief signaal. CAPE ligt dan in de
klasse 200-400 J/kg, schering is ca. 20 knopen, dus een enkele multi-cel
is mogelijk in het zuiden. Gezien de mogelijke toptemperaturen is in het
uiterste zuiden een klap onweer zelfs niet uitgesloten. Tot en met
zaterdag 06 UTC valt er een aanzienlijke hoeveelheid neerslag; 20-30
mm.

ZICHT:
Overwegend goede zichtwaarden. Alleen bij de vore matig tot slecht en
heel lokaal ook mist. In motregen is ook daarbuiten sprake van slechte
zichten. In sneeuwval vrijdag in het noordoosten slechte zichten, in
intensievere sneeuwval mogelijk zichten beneden de 1000 meter.

TEMPERATUUR:
Momenteel grote temperatuurverschillen, in de (valse) warme sector in
het zuiden 10-11°C. In het noordoost Tx ca. 2°C. Komende nacht geen
dagelijkse gang, de temperatuurverdeling blijft in stand. Vrijdagavond
zal de temperatuur van het noordoosten uit onder nul gaan dalen a.g.v.
kou-advectie .



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI