Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 17 januari 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 16 januari 2021 om 16.31 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied nabij IJsland is vrijwel stationair. Een bijbehorende
N-Z georiënteerde occlusie bereikt aan het einde van vanavond het
zuidwesten, trekt noordoostwaarts en verlaat in de loop van zondagmiddag
het noordoosten. Op hoogte is de occlusie nu al aan het passeren.
Achter de occlusie wordt met een westelijke stroming maritiem polaire
lucht aangevoerd.

MODELBEOORDELING:
Wat neerslagtiming betreft zijn de verschillen tussen de modellen klein.
Aandachtspunt is vooral de neerslagsoort. Eerst sneeuwt het op veel
plaatsen op passage van de hoogteocclusie. Na passage ervan wordt de
bewolking minder dik en de toppen niet kouder dan ongeveer -10°C. Dat
betekent dat de stabiel gelaagde bewolking vooral uit onderkoelde
wolkendruppeltjes bestaat. Coalescentie zorgt dan voor onderkoelde
motregen. Afhankelijk van de gesteldheid (temperatuur, aanwezigheid
sneeuwdek) van het wegdek/fietspad/trottoir kan dit ijzel tot gevolg
hebben. Bij de occlusie van vanavond en vannacht wordt valt vooral
regen. Er ontstaat een smeltlaag (ijsdriehoek) van 1-3°C. Deze regen
zal minder snel bevriezen op de wegen (grotere druppels, niet
onderkoeld), maar dat uiteindelijk wel doen bij wegdektemperaturen die
mogelijk net onder nul zijn. In het (uiterste) oosten en noordoosten is
de lucht mogelijk nog koud genoeg om daar ook nog sneeuw te geven. Na
passage van de occlusie draait de wind en wordt zachte maritieme lucht
aangevoerd. In het oosten gebeurt dit pas in de middag.
Het hierbovenstaande is uiteraard sterk afhankelijk van de temperatuur.
Het val;t op de EC het snelst opwarmt en in dit model lijkt de ijzel
geen kans te krijgen.Harmonies en Hirlam warmen net iets minder snel op
zijn en dit zijn de modellen met een ijzelsignaal (of regen op een
bevroren ondergrond).

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
ZZW 6-7 Bft op zee, na passage occlusie tijdelijk afnemend en vervolgens
tijdelijk NW 6 op de zuidelijke Noordzee.

BEWOLKING:
Ee dik pakket bewolking frontale bewolking. Zolang het grondfront niet
gepasseerd is komt er ook veel St voor. Achter de grondocclusie weer
cumuliforme bewolking Cu/Sc/TCu/Cb toppen FL100/-12°C. Aandachtspunt
voor de nacht naar maandag is het sterke St-signaal dat Hirlam laat
zien. Andere modellen geven minder lage basis en een kleiner gebied.

NEERSLAG:
Bij de hoogteocclusie lichte tot matige sneeuw. Tussen hoogteocclusie en
occlusie motregen, mogelijk onderkoeld. Bij de occlusie regen, boven zee
mogelijk regenbuien. Met name in het noordoosten mogelijk overgaand in
sneeuw. Na passage nog een paar buien.

ZICHT:
In sneeuw slecht. In andere neerslagsoorten matig.

TEMPERATUUR:
In sneeuw dalend naar waardes rond het vriespunt. Na passage van de
occlusie in korte tijd enkele graden stijgend. In het noordoosten, waar
de occlusie maar moeizaam doorkomt. In de nacht naar maandag zijn de
temperaturen in het noordoosten van het land nog een aandachtspunt. Die
liggen daar dan mogelijk dicht bij het vriespunt en de wegdektemperatuur
kan onder nul uitkomen met mogelijk bevriezing van natte weggedeelten
als gevolg.



Paraaf meteoroloog: nolet
Bron: KNMI