Guidance modelbeoordeling voor Nederland

03-01-2021 04:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 04 januari 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 03 januari 2021 om 04.35 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen een complex laag boven de Middellandse Zee en een vandaag
geleidelijk ontwikkelende rug van hogedruk van Scandinavie naar het
noorden van Schotland wordt met een in kracht toenemende oostelijke
stroming vrij vochtige continentaal polaire lucht aangevoerd. Een NO-ZW
georienteerde occlusie ligt boven de westelijke Noordzee, beweegt
westwaarts en verlaat in de loop van vanmiddag het westen van de FIR.
Van het oosten uit treedt op hoogte warmteadvectie op en in de loop van
vanmiddag bereikt een NO-ZW georienteerd hoogte-warmtefront het
(zuid)oosten in de (het beste zichtbaar op 700 hPa). Dit
hoogte-warmtefront blijft tot en met zondagavond geleidelijk in
activiteit afnemend boven onze omgeving aanwezig. Aan de grond blijft
het front boven het oosten van Europa liggen.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch gezien zijn de modellen consistent en bruikbaar.
Belangrijkste aandachtspunten zijn de grenslaagcondities en de
neerslagsoort bij het warmtefront.
In de beschrijving van de grenslaagcondities zien we grote
detailverschillen tussen de modellen. HAP1 beschrijft de huidige
situatie met lage St en opklaringen/mist boven het westen indicatief het
beste, maar is slechter dan de werkelijkheid. HAP1 laat boven het midden
van Duitsland in de aanvoer teveel lage bewolking zien, hoewel dit boven
het noorden van Duitsland (aanvoer van de noordelijke helft) wel
redelijk goed overeenkomt. In Ha40/Hirlam/EC komen zelfs opklaringen
voor in de oostelijke helft, terwijl deze niet aanwezig zijn. We gaan
uit van het HAP1 scenario, met de kanttekening dat de condities in de
zuidelijke helft van het land in de loop van de nacht en een deel van de
ochtend mogelijk tijdelijk wat beter zijn. In neerslag bij het
warmtefront geven alle modellen de kans op St redelijk eenduidig weer.
Vanaf later vanmiddag en vanavond is de neerslagsoort een aandachtspunt.
Op dit moment geven de modellen vooral in de zuidoostelijke helft regen
en natte sneeuw (daar ook de 'hoogste' intensiteiten), in de Limburgse
heuvels mogelijk sneeuw. HAP1 komt op zondagavond en in de nacht naar
maandag met een signaal voor onderkoelde motregen (toppen die dan rond
of warmer dan -10 worden), maar dan moet wel het hele profiel onder nul
zijn. Helemaal onderin lijkt dat niet waarschijnlijk. Zie ook Neerslag.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanaf vanochtend in de noordelijke kustdistricten kans op O 6 Bft. In de
loop van zondagmiddag en -avond buitengaats overal een 6 Bft en vanaf
later vanavond en een groot deel van maandag ook kans op een 7 Bft.

BEWOLKING:
Boven zee Cb's, boven land TCu's. Toppen boven zee FL150/-30°C,
landinwaarts tot max. 9000 vt/-12°C. Landinwaarts op uitgebreide schaal
(lage) St en velden Sc. In de loop van vanochtend in de zuidelijke helft
mogelijk tijdelijk betere condities of een enkele opklaring, in de
noordelijke helft kan het tijdelijk wel iets verbeteren, maar St boven
het noorden van Duitsland kan advectief binnen blijven lopen. Op
nadering van het warmtefront Sc/Ac en geleidelijk overal ook weer St,
vooral in neerslag.

NEERSLAG:
Enkele buien, vooral boven zee en in het noordelijke kustgebied. Boven
het zuiden van de Noordzee kunnen de buien geclusterd zijn en sporadisch
gepaard gaan met korrelhagel en een klap onweer. Vanmiddag en vanavond
gaat het van het oosten uit licht regenen en vooral in het zuidoosten is
er dan ook kans op wat natte sneeuw, in de heuvels mogelijk tijdelijk
ook droge sneeuw. De kansen op droge sneeuw zijn in de EC-EPS-leden erg
klein (0-15% voor het uiterste zuidoosten). Bovendien zijn ook de
hoeveelheden neerslag gering (2-4 mm) verspreid over een lange periode
(vanaf vanmiddag tot en met zondagmiddag). Naar verwachting blijven de
wegdektemperaturen morgen en maandag overal boven nul. Het is dus maar
de vraag of het überhaupt even wit zou kunnen worden. Kijkende naar de
progtemps lijkt de kans op (natte) sneeuw in het zuidoosten, indien de
intensiteit groot genoeg is, aannemelijk. Elders in het land lijken de
progtemps vooral op regen en mogelijk wat natte sneeuw te wijzen. In de
loop van zondagavond neemt de dikte van de bewolking af met toppen rond
-10°C, dan is er in het zuidoosten tevens kans op motregen. De
temperatuur lijkt dan een fractie boven het vriespunt te liggen, maar
bij lichte vorst kan de motregen dan onderkoeld zijn.

ZICHT:
Onder de St boven land op veel plaatsen nevel, in het noorden en westen
plaatselijk mistig, in enkele (kleine) opklaringen kan het kortdurend
komen tot dichte mist. Door de aantrekkende oostelijke stroming
verdwijnen de mistcondities in de loop van de ochtend. Later vanochtend
verdwijnt ook de nevel door de toenemende wind op de meeste plaatsen.
Vanaf vanmiddag in neerslag overwegend matig zicht, in (natte) sneeuw
kans op slecht zicht.

TEMPERATUUR:
In een spaarzame opklaring tijdelijk temperaturen rond het vriespunt.
Onder de bewolking St/mist temperaturen boven nul. In de neerslag bij
het warmtefront daar waar de modellen met (natte) sneeuw komen, laat het
wegdekmodel geen accumulatie zien, dit is het meest aannemelijke
scenario. Als de de neerslagintensiteit wat forser uitpakt is
kortdurende accumulatie niet helemaal uitgesloten in het uiterste
zuidoosten.



Paraaf meteoroloog: boonstra
Bron: KNMI