Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 27 december 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 26 december 2020 om 23.55 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een omvangrijk en diep lagedrukgebied noord van Schotland trekt de
komende 48 uur via de Ierse Zee en Het Kanaal naar België. Daarbij vult
het laag langzaam wat op. Tegelijkertijd vindt vanaf het einde van deze
nacht in de bovenlucht al kou-advectie plaats. Onderin is er sprake van
opglijding van relatief zachte en vochtige zeelucht over wat koudere
lucht boven land, waar de wind gekrompen is. Het koufront ligt momenteel
NW-ZO georiënteerd boven Zuidoost-Schotland en heeft een duidelijke
frontale vore (met windruiming en -afname). Dit koufront bereikt in de
eerste helft van zondagmiddag het westen en trekt vervolgens gedurende
de namiddag oostwaarts waarbij de activiteit sterk afneemt. In de nacht
naar maandag ligt dit koufront dicht bij de oostgrens en blijft daarna
in de buurt slepen. In de loop van maandagavond kan de ingedraaide
occlusie van het opvullende laag het zuidoosten bereiken.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch gezien is de uitvoer consistent en bruikbaar, qua bewolking
geeft de HAP1 uitvoer actueel het beste beeld, in de overige uitvoer is
de stratus te weinig of ontbreekt, vooral in de EC uitvoer. Qua wind is
de uitvoer consistent en bruikbaar. In de nacht naar maandag zijn er
achter het koufront brede opklaringen mogelijk, waarin bij weinig wind
mist kan ontstaan. De modellen gaan hier heel wisselend mee om maar
komen vrijwel allemaal met een duidelijk signaal. Ander aandachtspunt is
mogelijke bevriezing van natte weggedeelten, want in opklaringen kan het
licht gaan vriezen. De kans hierop is het grootst in het westen en
midden van het land. Maandagochtend neemt op nadering van het laag de
gradiënt in het westen toe, wat het signaal voor turbulentiestratus
verklaart.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Buitengaats seinen voor zuid tot zuidwest 10 Bft. Gezien de
windrichting, ZZW, blijft de meeste wind op zee en op de kustlijn. Boven
land vanaf vannacht zware windstoten tot ca. 80 km/u, in de
kustprovincies 80-90 km/u, aan zee tot 100 km/u, langs de noordwestkust
mogelijk tot 110 km/u. Met deze genoemde waarden blijven we onder de
criteria voor code oranje, code geel volstaat. Na passage van het
koufront zondagmiddag neemt de wind overal snel af en verdwijnen
buitengaats de seinen. In de Limburgse heuvels kunnen de zware
windstoten tot het einde van de middag aanhouden.

BEWOLKING:
Vooral in het noordelijke deel van de FIR stratus als gevolg van
opglijding en ook convergentie voor de kust. In de loop van de nacht
stijgt de basis als gevolg van toenemende wind en iets meer aflandige
wind in de grenslaag. Op nadering van het koufront is de stratiforme
bewolking een stuk dikker, progtemps ogen verzadigd tot ca. FL350. Bij
het koufront op de Noordzee waarschijnlijk ook ingebedde Cb's, progtemps
zijn daar onstabiel tot ca. FL100. Het relatief warme zeewater van ca.
8°C speelt hierbij een belangrijke rol, in combinatie met sterke
convergentie bij het front. Boven land zien we bij het koufront
zondagmiddag opnieuw stratus. In alle uitvoer ontstaat in de nacht naar
maandag in min of meerder mate stratus of mist, die overdag niet
makkelijk oplost. In de polaire lucht achter het koufront kunnen er
boven de Noordzee enkele Cb's ontstaan die tot op de kust kunnen komen,
dit is ook maandag het geval, toppen tot FL280.

NEERSLAG:
Plaatselijk motregen door opglijding en coalescentie, wolkenpakket is
slechts 6000 vt dik. Later vannacht, wanneer het frontale wolkenpakket
een stuk dikker wordt wordt de neerslagvorm steeds meer regen i.p.v.
motregen. Op het koufront oogt de neerslag vooral boven de Noordzee
behoorlijk buiig, deze buien lopen nog deels de kustprovincies binnen,
alvorens ze overgaan in meer stratiforme neerslag. Cumulatief kan er tot
en met zondagmiddag op veel plaatsen 10-20 mm vallen, in het westen
20-30 mm. In de avond boven de Noordzee nog een enkele bui, mogelijk ook
langs de westkust. Ook maandag beperken de buien zich tot de westkust.

ZICHT:
In frontale neerslag matige tot slechte zichtcondities, vooral in
motregen en zwaardere regen. In de nacht naar maandag vooral in het
westen en midden van het land regionaal mist. In het oosten nog lange
tijd frontale bewolking.

TEMPERATUUR:
Vandaag vrijwel geen dagelijkse gang. Temperatuur- en daarmee
gladheidsverwachting voor de nacht naar maandag is onzeker als gevolg
van de onzekerheid waar de lage bewolking ontstaat en waar het sterk kan
uitstralen en zich mist vormt. Het westen en midden maken de grootste
kans op bevriezingsgladheid.



Paraaf meteoroloog: haklande
Bron: KNMI