Guidance modelbeoordeling voor Nederland

10-12-2020 17:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 11 december 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 10 december 2020 om 17.04 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen lage druk boven de Britse Eilanden en hogedruk boven Duitsland
staat boven onze omgeving een zuid- tot zuidoostelijke stroming. In een
groot deel van het land wordt hierdoor geleidelijk drogere lucht
aangevoerd, mede geholpen door lij-werking van Eifel/Ardennen en
Sauerland. Het noorden profiteert hier echter veel minder van en heeft
eert nog te maken met een vochtige grenslaag aangevoerd vanuit het
noorden van Duitsland. In de loop van de avond moet hierin ook
geleidelijk verbetering n komen. In de nacht naar vrijdag en
vrijdagochtend snoert boven het zuiden van Engeland uit een frontaal
systeem een apart laag af, vrijdagavond beweegt dit laag de zuidelijke
Noordzee op. Op nadering van dit laag naderen van het (zuid)westen uit
een tweetal occlusies. De eerste (zwakke) occlusie loopt voor het laagje
uit en bereikt in de nacht naar vrijdag het zuidwesten om pas aan het
einde van de middag boven het noordoosten aan te komen. Bij het laagje
zelf zit een actievere occlusie en deze bereikt het zuidwesten vrijdag
in de eerste helft van de middag. Vervolgens smelten deze systemen samen
en in de nacht naar zaterdag beweegt deze zone langzaam naar het
noordoosten. Achter de occlusies wordt de aangevoerde lucht zachter en
vochtiger maar omdat er weinig wind staat heeft deze de neiging op te
glijden over de koudere lucht onderin.

MODELBEOORDELING:
De modellen hebben nog steeds moeite met de representatie van de
bewolking, deze wordt nu echter beter opgepakt dan in de voorgaande
runs. Belangrijk aandachtspunt is de neerslag nabij de naderende
occlusies. Met name nabij de eerste occlusie kan al wat lichte neerslag
voorkomen in de (vroege) ochtend. Hirlam geeft daar een ijzelsignaal op,
de Harmonie-versies doen dit niet of in veel mindere mate. Het lijkt
erop dat Hirlam iets te langzaam opwarmt als de frontale bewolking in
de nacht al binnenkomt. Andere modellen komen wat sneller boven het
vriespunt uit. Dat lijkt realistischer, vooral ook omdat de bodem
helemaal nog niet sterk afgekoeld is. We sluiten het zeer lokaal
optreden van lichte neerslag op een wegdek met een temperatuur van net
iets onder nul echter niet helemaal uit. Qua evolutie van het
afsnoerende laagje op vrijdag met de bijbehorende neerslaggebieden op de
occlusie wordt door de modellen vrij eenduidig weergegeven.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
In de loop van vanavond op nadering van de occlusie seinen voor ZO 6
Bft, vrijdag overdag zien we in het noordwesten van de FIR tijdelijk een
ZO 7 Bft.

BEWOLKING:
Het oosten en noordoosten blijven gevoelig voor stratus vanuit
Duitsland, mogelijk tot in de komende nacht. In de rest van het land
zien vrij brede opklaringen. In de tweede helft van de nacht in het
zuidwesten toenemende frontale bewolking van de eerste occlusie, deze
breidt zich in de loop van vrijdag noordoostwaarts uit over het land,
veelal stratiforme bewolking op Sc-niveau. In het zuidwesten kan in de
ochtend al de eerste stratus vanuit België het land binnenlopen. De
dikkere en actievere frontale bewolking van de tweede occlusie bereikt
het zuidwesten aan het begin van vrijdagmiddag, in het zuidwesten zien
we vanaf het einde van de middag ook beduidend lagere stratus
binnenlopen. In de nacht naar zaterdag breidt de ST zich waarschijnlijk
steeds verder uit.



NEERSLAG:
Bij de eerste occlusie van morgen zien we een zone met voornamelijk
lichte regen uit een wolkenlaag met overwegend toppen van ca. -8°C.
Mogelijk dat er geleidelijk wel wat inzaaiing van het tweede systeem
gaat plaatsvinden. We zien verder dat er vrij snel een duidelijke
smeltlaag aanwezig is, met daaronder alleen in Hirlam een dunne laag met
Tw net onder nul. In de overige modellen is van dat laatste niet of
nauwelijks sprake. Wel is het niet helemaal uitgesloten dat Tweg zeer
lokaal nog net onder nul is als de eerste lichte neerslag valt. Bij de
tweede occlusie is het neerslagsignaal wat sterker. In de avond in het
zuidwesten en zuiden wel op steeds meer plaatsen motregen a.g.v.
coalescentie, de progtemps ogen in de onderste 5000 vt behoorlijk
verzadigd, terwijl daarboven geen bewolking meer zit. In het uiterste
noordoosten geeft Hirlam later ook als enige model soms een minimaal
winters (natte sneeuw) signaal. Is vooralsnog slechts een aandachtspunt,
niet noemenswaardig voor de basisverwachting.

ZICHT:
Vooral in het noorden en oosten duidelijk achterblijvende zichtwaarden.
In de avond lokaal mogelijk weer uitbreidende nevel, lokaal ook mist,
vooral in het noordoosten. Vrijdag in de intensievere frontale neerslag
matige zichtcondities, later in de middag en avond in het zuidwesten en
zuiden in motregen waarschijnlijk ook slechte zichten. Ook achter de
occlusies blijven de zichtcondities slecht, met kans op mist

TEMPERATUUR:
Komende nacht op vrij uitgebreide schaal enkele graden vorst. Tx vrijdag
overdag rond 3°C, in de avond in het zuidwesten en zuiden door het
binnen lopen van zachtere lucht iets hogere maxima.Opmerkelijk dat
Hirlam die nacht in het oosten en noordoosten op grote schaal lichte
vorst geeft. Dat lukt alleen in opklaringen en vreemd genoeg zie je die
niet in de dwarsdoorsnedes. Lijkt me vooralsnog niet waarschijnlijk.



Paraaf meteoroloog: nolet
Bron: KNMI