Guidance modelbeoordeling voor Nederland

09-12-2020 05:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 10 december 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 09 december 2020 om 05.36 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Het centrum van een zadelgebied ligt om 06 UTC net ten oosten van ons
land en beweegt heel langzaam verder oostwaarts Duitsland in. De
aanwezige lucht is van polaire origine maar is in de grenslaag zeer
vochtig. Aan de westflank van het zadelgebied neemt de zuid- tot
zuidwestelijke stroming geleidelijk in kracht toe. Vanuit een
lagedrukgebied boven Schotland snoert een kleinschalig laagje af boven
East Anglia en beweegt vandaag de westelijke Noordzee op. Een
bijbehorende occlusie komt van het westen uit naderbij en bereikt in de
eerste helft van de ochtend Zeeland, alwaar het stagneert. De rest van
de dag blijft de occlusie ten westen van onze kust slepen om in de avond
geleidelijk noordwaarts te bewegen. In de loop van donderdag draait de
stroming weer naar zuid tot zuidoost en wordt de aangevoerde lucht
geleidelijk weer droger.

MODELBEOORDELING:
De aandachtspunten liggen vandaag en morgen in de grenslaag. Alle
modellen hadden hier tot dinsdagavond grote moeite mee, afgelopen nacht
is de afwijking t.o.v. de actualiteit duidelijk afgenomen. Het
mist/stratus veld boven het zuidwesten en zuiden ( en België en het
noorden van Frankrijk) wordt nu wel vrij goed door de Harmonies
weergegeven. De advectie van dit gebied lijkt met en toenemende stroming
dan ook vrij betrouwbaar. De gevormde mist zal vandaag geleidelijk
overgaan in stratus waarvan de basis geleidelijk steeds hoger komt te
liggen, dat proces wordt in alle modellen goed eenduidig weergegeven, op
Hirlam na dan, deze laat de mist grotendeels oplossen. Het oplopen van
de basis is iets dat we boven België en Frankrijk al zien gebeuren. De
neerslag bij de occlusie rondom het kleinschalige laagje wordt door alle
modellen vergelijkbaar berekend. Donderdag zien we wel weer verschillen
in de mate waarin de opklaringen van het zuiden uit terrein winnen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
In de middag/avond in de westelijke kustdistricten mogelijk seinen voor
6 Bft bij de occlusierestanten, verder geen bijzonderheden.

BEWOLKING:
Voor de stratus vandaag, zie modelbeoordeling. In het noordoosten zien
we ook nog Sc-bewolking die mistvorming aldaar tot nu toe heeft
tegengeghouden. Verder zien we in het westelijke deel van de FIR op de
Noordzee enkele TCu/Cb's, deze zijn het gevolg van het relatief warme
zeewater en een klein koudeputje in de bovenlucht. Deze TCu'sCb's
bewegen tezamen met het koudeputje in noordwestwaartse richting weg. Bij
de occlusie bij het kleinschalige laagje zien we een mengeling van
stratiforme en convectieve bewolking. Deze zone komt niet verder dan de
westelijke helft van de FIR en beweegt in de nacht naar donderdag en
donderdag in noordelijke richting weg. Boven land zien we in de nacht
naar donderdag nog vrij veel stratus, met name in de noordwestelijke
helft van het land, in het zuidoosten zorgt lijwerking van de Ardennen
al voor minder bewolking en bovendien een hoger basis. Donderdag overdag
wordt de stratus met een zuidelijke wind geleidelijk de Noordzee op
gedreven, hierbij zien we bovendien een stijging van de wolkenbasis naar
Sc-niveau. Helemaal opklaren zal het waarschijnlijk niet, plaatselijk
kan ook weer nieuwe Sc-bewolking ontstaan.

NEERSLAG:
In het westen van de FIR zien wen nog altijd enkele buien, vannacht is
daar nog zeer lokaal een klap onweer op waargenomen. Deze buien trekken
in de loop van de dag in noordwestwaartse richting weg de FIR uit. Op de
occlusie zien we een wat actievere neerslagzone, deze bereikt vanochtend
Zeeland, maar zal daar ook stagneren. Vervolgens blijven de buien dat
aan de oostflank van het laagje boven de westelijke helft van de FIR
aanwezig, het stratiforme karakter verdwijnt hierbij. Ook dan valt een
klap onweer niet helemaal uit te sluiten. In de nacht naar donderdag en
donderdag overdag bewegen de buien dan in noordwaartse richting
geleidelijk de FIR uit.

ZICHT:
Boven land nevelig en in opklaringen vorming van mist en mistbanken. Van
het zuidwesten uit breidt ook een echt mistgebied zich uit over ons
land. In welke mate dat gebeurt is lastig in te schatten op basis van
modelvelden, deze geven namelijk een verstoord wolkenbeeld (teveel
stratus/mist in het noorden en noordwesten). De mist zal vanochtend
geleidelijk overgaan in nevel, in de loop van de middag zullen de
zichtwaarden geleidelijk oplopen naar matig, misschien goed. In de nacht
naar donderdag vooral in de noordwestelijke helft opnieuw vorming van
nevel, in het zuidoosten blijven de zichten door lijwerking van de
Ardennen zeer waarschijnlijk goed. Boven de Noordzee buiten buien goede
zichtcondities.

TEMPERATUUR:
Actueel vooral in opklaringen temperaturen onder het vriespunt, evenals
aan de voorste rand van het grootschalige mistgebied. Onder de bewolking
en dieper het grootschalige mistgebied enkele graden erboven. De
temperatuur zal vandaag in hardnekkige mist/stratusgebieden niet verder
komen dan 1 a 2 boven nul, langs de kust kan het nog lokaal 4°C worden.
In de nacht naar donderdag minima uiteenlopend van rond het vriespunt in
het zuidoosten tot enkele graden erboven in de noordwestelijke helft.
Donderdag overdag maxima rond 4°C.



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI