Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 03 december 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 02 december 2020 om 23.57 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een sturend laag ten oosten van IJsland trekt in de loop van donderdag
zuidwaarts naar Engeland. Donderdagavond ontstaat onder de linkeruitgang
van een jetstreak boven het Kanaal een randstoring en deze neemt daarbij
de sturende rol van het eerste laag over. Vannacht is de stroming nog
zuidwestelijk en trekt een zwakke NNW-ZZO georiënteerde occlusie boven
het midden van het land, met aan de westzijde ervan tijdelijk wat minder
vochtige lucht, langzaam oostwaarts. Een volgende, wat duidelijkere
NNO-ZZW georiënteerde occlusie op de Noordzee bereikt de westkust
halverwege de nacht en trekt nog iets oostwaarts. Doordat de stroming
meer zuidelijk wordt blijft deze frontale zone vandaag overdag boven ons
land golven. Op vrijdag komen we eerst in de warme sector van de
randstoring terecht en passeert in de ochtend het koufront ons land van
zuidwest naar noordoost. De ingedraaide occlusie blijft ten westen van
ons land.

MODELBEOORDELING:
De modellen hebben behoorlijk wat moeite met de grenslaag. HAP1 en HAP3
lijken er nog het best op te zitten met de stratus. Opvallend daarbij is
dat alle modellen te koud zijn boven land, EC nog het minst, maar EC
heeft veel te weinig stratus. Dat het boven land nu minder koud is dan
de modellen berekenen heeft wel gevolgen voor de condities op de tweede
occlusie die nu boven de Noordzee ligt. We gaan ervan uit dat de
Harmonies bij dit tweede front een te lage wolkenbasis berekenen, zoals
de Harmonie TAF-guidance ook heel duidelijk laat zien. Deze TAF guidance
lijkt daarom behoorlijk goed aan te houden qua grenslaagcondities.
Vrijdag is Hirlam synoptisch erg afwijkend, donderdagavond laat Hirlam
de randstoring boven het Franse vasteland uitdiepen in plaats van het
Kanaal. Hirlam is dermate afwijkend t.o.v. de andere modellen dat we
voorlopig niet uitgaan van het Hirlam-scenario.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Ten noorden van de Wadden 6 Bft. Op nadering van het laag dat vanaf
IJsland naar Engeland trekt neemt de zuidenwind eerst toe naar 6-7 Bft
op de westelijke Noordzee, om vrijdagochtend en -middag aan de oostflank
van de randstoring (dus boven de zuidelijke Noordzee) met 8-9 Bft te
komen. Aangezien de wind dan duidelijk aflandig is, blijven de zware
windstoten dan waarschijnlijk beperkt tot boven zee.

BEWOLKING:
Oost van de eerste occlusie op veel plaatsen stratus, bij de tweede
occlusie opnieuw grote stratuskansen, vooral boven het iets koudere
land. Momenteel zitten er boven zee ook ingebedde TCu's bij dit front,
met toppen tot ca. FL100, deze activiteit neemt af. Met de aantrekkende
zuidenwind moet de St vanaf donderdagmiddag gaan liften en uiteindelijk
noordwaarts het land verlaten. Bij het frontale systeem van vrijdag
wordt geen lage wolkenbasis verwacht.

NEERSLAG:
Boven zee bij de tweede occlusie aanvankelijk enkele ingebedde
regenbuien. Verder onder invloed van de fronten geregeld wat regen of
motregen. Vrijdag na de koufrontpassage boven land droog.

ZICHT:
Boven land en bij aflandige wind op veel plaatsen matig tot slecht
zicht, geleidelijk verbeterend bij een aantrekkende zuidenwind. In
neerslag eerst matig tot slecht zicht, later nog lokaal matig zicht.

TEMPERATUUR:
De modellen zijn aan de koude kant.



Paraaf meteoroloog: haklande
Bron: KNMI