Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op zaterdag 31 oktober 2020 om 02.45 uur

Geldig van maandag 02 november tot zaterdag 14 november

Synoptische ontwikkeling:
Op maandag bevindt er zich een sturend lagedrukgebied boven de Noorse
Zee. Een bijbehorend golvend frontaal systeem ligt NO-ZW georienteerd
ten noordwesten van ons land over de Noordzee. Aan de zuidflank ervan
wordt met een zuidwestelijke stroming zeer zachte maritiem polaire lucht
aangevoerd. Het frontale systeem passeert maandagmiddag ons land van
west naar oost waarna we in maritiem polaire lucht terecht komen. Na
passage van een trekrug dinsdagochtend passeert dinsdagavond en in de
nacht naar woensdag een (hoogte)trog met daarin frontale restanten. Een
krachtig hogedrukgebied op de Atlantische Oceaan verplaatst zich in de
tweede helft van de week geleidelijk naar West-Europa. Het centrum van
het hoog ligt donderdag boven de Britse Eilanden, vrijdag boven onze
omgeving om in het volgende weekeinde naar Zuidoost-Europa. De polaire
lucht zal onder het hoog onder een subsidentieinversie opgesloten
worden. De zachtere lucht die donderdag aan de noordflank van het hoog
weer onze omgeving opkomt zal op vrijdag enigszins gaan opglijden tegen
een relatief koude plaklaag. Op de langere termijn blijft het
stromingspatroon boven Noordwest-Europa geblokkeerd, na het volgende
weekeinde lijkt zich boven de Noorse Zee en het zuiden van Scandinavie
een nieuw hogedrukgebied te vormen.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
Tot en met donderdag is er een vrij grote eensgezindheid in het
ensemble, getuige de geringe spreiding in de EPS-pluim. Maandag is de
kans op zware windstoten langs de kust ca. 80%, landinwaarts ca. 50%, de
kans op zeer zware windstoten bedraagt slechts 5-10%. Opvallend zijn ook
de hoge maxima op maandag, de Tx loopt uiteen van 17?C in het
noordwesten tot lokaal 20?C in het zuidoosten. Maandag is ook gelijk de
laatste dag met een hoge neerslagkans, het golvende frontale systeem kan
lokaal nog tot ca. 10 mm aan neerslag produceren. Op dinsdag en woensdag
zorgt de (hoogte)trog nog voor een ca. 40% neerslagkans, daarna lijkt
het onder invloed van het opbouwende hoog voor langere tijd droog te
blijven, de neerslagkans neemt af naar ca. 10%. De temperatuur doet na
maandag een flinke stap terug. De maxima gaan terug naar waarden rond
het langjarig gemiddelde van ca. 11?C. Vanaf donderdag worden ook de
nachten een flink stuk kouder, in de polaire lucht kan bij weinig wind
en weinig bewolking dichtbij het vriespunt komen. Het ensemble laat in
de nachten naar donderdag en vrijdag een vrij grote kans op (dichte)
mist zien. Op de langere termijn blijven de leden met hogedrukinvloed in
de meerderheid. Alhoewel de exacte positie van het hoog steeds
onzekerder wordt lijkt een aflandige stroming het meest waarschijnlijk.
De spreiding in de temperatuur wordt geleidelijk groter, aan het einde
van de verwachtingsperiode zien we een klein cluster met een oostelijke
stroming met kans op lichte vorst en maxima ruim beneden de 10?C. De
neerslagkans komt rond 30% te liggen en de wind blijft erg rustig.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Maandag zeer zacht, veel wind en in de middag perioden met regen. Vanaf
dinsdag beduidend frisser met op dinsdag en woensdag nog een enkele bui.
Later in de week droog en meer ruimte voor zon, wel koudere nachten en
in de nacht en ochtend bovendien kans op (dichte) mist.

Samenvatting EPS-periode:
Grote kans (ca. 70%) op een rustig en droog weertype met temperaturen
rond het langjarig gemiddelde.



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI