Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 12 oktober 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 11 oktober 2020 om 23.33 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen en rug boven de Britse Eilanden en een wegtrekkend lagedrukgebied
boven Zweden wordt met een noordwestelijke stroming maritiem polaire
lucht aangevoerd. In de eerste helft van de nacht passeren er nog enkele
zwakke troggen van noord naar zuid ons land. De onstabiliteitsdiepte
wordt door warmteadvectie op hoogte van het westen uit steeds lager. De
rug beweegt overdag oostwaarts over het land. Een lagedrukgebied nabij
IJsland trekt zuidoostwaarts en komt morgenmiddag boven Schotland aan.
Daarvandaan trekt het langs de Engelse oostkust en East Anglia verder
zuidwaarts en ligt dinsdagavond laat boven het midden van Frankrijk. Het
bijbehorende occluderende systeem dat om het laag gedraaid is trekt
maandagavond het westen van de FIR binnen. De occlusie komt dan aan het
einde van de nacht naar dinsdag enkele tientallen kilometers ten westen
van onze westkust tot stilstand, trekt vervolgens weer westwaarts en
verlaat het westen van de FIR weer in de tweede helft van de middag.
Doordat de occlusie niet door komt zullen we de gehele periode in de
maritiem polaire lucht blijven, met uitzondering van het westen van de
FIR boven de Noordzee.

MODELBEOORDELING:
Qua synoptische ontwikkelingen ontlopen de diverse modellen elkaar
weinig, de verschillen in positie van de stagnerende occlusie voor onze
westkust zijn minimaal. HAP2 laat de occlusie het dichtst tot op de
westkust komen, zelfs tot over het zuidwesten van ons land. Bovendien
houdt HAP2 vervolgens deze occlusie tot in de middag boven het
zuidwesten alvorens het naar het westen wegtrekt. Ander aandachtspunt is
de kans op mist in het oosten van het land, in de nacht naar dinsdag is
dit signaal zelfs vrij sterk.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vannacht en overdag geen bijzonderheden. Aan de oostzijde van de
occlusie zien we in de nacht naar dinsdag in de westelijke
kustdistricten in alle modellen een 6 Bft verschijnen, de Harmonies
laten zelfs een kleine gebiedjes met 7 Bft zien, hetgeen waarschijnlijk
veroorzaakt wordt door de convectieve neerslagcomponent. De seinen voor
6 Bft zullen in loop van dinsdagochtend weer westwaarts uit de
kustdistricten verdwijnen.

BEWOLKING:
Actueel op de zwakke troggen nog enkele actieve Cb's, tophoogten lopen
uiteen van FL150 in het zuidwesten tot lokaal nog FL220 in het uiterste
noordoosten. Verder stroomopwaarts zien we op de Noordzee al dat er rond
6000 vt een zwakke inversie zit die diepe convectie verhindert, wel nog
Cu/TCu waarvan de toppen vervolgens als Sc-bewolking uitspreiden. Ander
aandachtspunt vannacht is de kans op stratus in het zuiden van Limburg
a.g.v. stratus. In de middag zorgt de passage van occlusie restanten nog
ervoor dat de toppen van de convectieve bewolking nog even tot 8000 vt
kunnen reiken, nog steeds resulterend in TCu's. In de loop van de middag
en avond zien we op nadering van de occlusie van het westen uit de hoge
en middelbare frontale bewolking van het westen uit toenemen. Aan de
oostzijde van de occlusie blijft boven de Noordzee convectieve bewolking
mogelijk, deze Cu/TCu's kunnen aan de toppen worden ingezaaid door de
ijsdeeltjes in de frontale bewolking waardoor er toch nog buien worden
gegenereerd. In de occlusie kan lokaal ook stratus tussen 500-1000 vt
voorkomen. Verder zien we dinsdagochtend in het noordoosten nog enige
tijd stratus a.g.v. optrekkende mist, in HAP1 is deze stratus ook in de
middag nog hardnekkig. In de loop van dinsdag zien we de frontale
bewolking geleidelijk naar het westen terug trekken, later in de middag
en avond klaart het van het westen uit op.

NEERSLAG:
Actueel op de zwakke troggen nog enkele buien, in het noordoosten
aanvankelijk nog kleine kans op een klap onweer of korrelhagel. De rest
van de nacht en ook overdag zien we nog steeds lichte geïsoleerde
regenbuien vanaf de Noordzee het land op bewegen. Boven land speelt
overdag de dagelijkse gang nog een rol. In de loop van maandagavond zien
we van het westen uit frontale neerslag het westelijk deel van de FIR
binnentrekken, daarbij zien we boven de Noordzee ook enkele buien
ontstaan a.g.v. inzaaiing. Op de occlusie zelf zien we een zone met
regen, die soms wat buiig van karakter oogt. De frontale neerslag zal in
het westen van het land tot en met dinsdagochtend voor lichte regen
zorgen, al houdt HAP2 deze neerslag wat langer boven het westen. In de
oostelijke helft van het land blijft het dinsdag sowieso droog.

ZICHT:
10+ km, in buien 5-8 km. Vannacht langs de oostgrens kans op enkele
mistbanken. In de nacht naar dinsdag is het signaal voor mist in het
oosten en noordoosten een stuk sterker en uitgebreider.

TEMPERATUUR:
Bij brede opklaringen vannacht landinwaarts minima rond 5°C. In de
nacht naar dinsdag alleen in het oosten en noordoosten nog minima rond
5°C, in het westen door de bewolking duidelijk hogere temperaturen.
Overdag zowel maandag als dinsdag Tx rond 13°C.



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI