Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 04 oktober 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 03 oktober 2020 om 17.31 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Het centrum van een sturend laag boven Frankrijk verplaatst zich naar de
Britse Eilanden. Een koufrontocclusie, om 15 UTC boven het noorden (goed
herkenbaar aan de windsprong) trekt noordwaarts. Zondagnacht en in de
vroege ochtend passeert een (hoogte)trog met aan de zuidkant daarvan een
ingedraaide occlusie. In de nacht naar maandag trekt opnieuw een
ingedraaide occlusie om het laag, dat dan boven East Anglia ligt, over
Nederland oostwaarts.

MODELBEOORDELING:
De uitvoer is consistent. Er zijn de gebruikelijke verschillen in de
grenslaag en de wind. Bij de occlusie van vandaag zat meer en lagere
stratus dan in de uitvoer.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Aan de oostflank van het laag boven East Anglia zondag in de loop van de
dag in alle uitvoer Z-ZW 7-8 op de zuidelijke Noordzee met aan de kust
uitschieters tot ongeveer 45 kn. Deze zullen waarschijnlijk vanwege de
windrichting en de stabiliteit tot de kust zelf beperkt blijven. We
maken het nog niet geel. Na passage van de occlusie in de nacht naar
maandag ruimt de wind, maar neemt dan ook tegelijk sterk af.

BEWOLKING:
In sommige uitvoer in het noorden wat turbulentie ST in de opklaringen
aan de zuidkant van de occlusie. Is mogelijk, het is nogal vochtig in de
grenslaag. Bij de (hoogte) trog ook een signaal voor stratus, maar niet
overtuigend, en bij de occlusie van zondagochtend nog minder. De
bewolking bij de (hoogte)trog heeft boven zee een duidelijk convectief
karakter, toppen tot FL240. Boven land is dat veel minder duidelijk
omdat de forcering vanaf de grond ontbreekt. Zondag een convergentielijn
met CB's vanaf het Nauw van Calais, aanvankelijk langs de westkust maar
naar mate de stroming meer zuid wordt boven de Noordzee. Tophoogte is
onduidelijk, lijkt maximaal FL150, er zijn geen representatieve
progtemps beschikbaar omdat het een smalle lijn is. Daarboven zit
stratiforme bewolking van de occlusie bij het laag boven East Anglia.
Naarmate deze occlusie oostelijker komt wordt de basis steeds lager, tot
stratus in de nacht naar maandag. In de Hap1 uitvoer lijkt dit te veel.
Aan de westkant van deze occlusie ook weer een convectief signaal aan de
kust, toppen tot FL240.

NEERSLAG:
Patronen komen met elkaar overeen met uiteraard een meer convectief
karakter in de harmonie uitvoer dan in de rest. CAPE boven zee bij de
diverse convectieve gebieden 400-700 J/kg. Bij hogere toppen (boven
FL180) is onweer mogelijk. Boven land lijkt bij de passage van de trog
en de occlusies het stratiforme karakter te overheersen met vooral
relatief ondiepe convectie vanaf de grond. CAPE is boven land ook
gering.

ZICHT:
In de nacht naar maandag nevel, te veel wind en later weer bewolking
voor mist of mistbanken.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: Huiskamp
Bron: KNMI