Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 28 januari 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 27 januari 2016 om 05.23 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Ons aandachtsgebied bevindt zich in een zuidwestelijke stroming binnen
een warme sector. In deze warme sector bevindt zich een secundair
frontaal systeem dat gekenmerkt wordt door een " tong" met hogere
Thetaw-waarden en ook iets hogere Td. Historisch is dit een geoccludeerd
front, dat ook weer iets lijkt te gaan golven. Woensdagavond laat trekt
van het westen uit het koufront het land over, waarin zich dan mogelijk
nog een zwakke stabiele golf heeft ontwikkeld. Halverwege de nacht naar
donderdag verlaat het koufront het zuidoosten, gevolgd door een bent
back occlusie. Het aandachtsgebied komt dan in een westelijke stroming
met aanvoer van maritiem polaire lucht. Donderdag overdag passeert een
trekrug, die voor stabilisatie zorgt.

MODELBEOORDELING:
Er zijn slechts kleine verschillen in neerslag binnen de warme sector.
Een volgende neerslagzone zorgt in de tweede helft van de ochtend en in
de middag voor af en toe regen. Hirlam00 lijkt dit nu beter op te pakken
dan EC en Harmonie, als we kijken naar de actualiteit boven het zuiden
van Engeland. Waarschijnlijk is dit te koppelen aan de secundaire
frontale structuur in de warme sector, mogelijk nog even geholpen door
forcering in de bovenlucht (kleine langstrekkende jet streak). De
neerslag van het koufront is dan in alle modellen wel weer nagenoeg
gelijk gemodelleerd, waarbij EC nog zwakke golfvorming suggereert, wat
niet helemaal ondenkbaar is gezien de stroming parallel aan het front.
De neerslag aan de achterzijde van het koufront en op de occlusie (is
die nog te onderscheiden?) vertoont mogelijk wat onstabiliteit, maar dat
ziet er vooralsnog niet al te indrukwekkend uit. Er zitten overigens
door de mogelijke zwakke golfvorming wel kleine timingsverschillen
tussen de modellen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Tot aan koufrontpassage zien we een dikke 7 Bft en af en toe een krappe
8 Bft op de kust. Uitschieters in het uiterste noordwesten tot aan
koufrontpassage soms tot 75-80 km/uur. Nadat het front woensdagavond
laat het land op is gelopen zien we de wind sterk afnemen, maar op de
kust al snel weer

BEWOLKING:
Bij de frontale systemen een pakket met stabiel gelaagde bewolking, met
vooral boven zee nabij de fronten ook stratus. Boven de Noordzee geven
de modellen daarvoor wel een indicatie als daar de hogere Td over het
koude zeewater strijken. Op het koufront/occlusie mogelijk TCu tot
FL100-120. Donderdag overdag op nadering en passage van de rug zien we
de atmosfeer sterk uitdrogen door subsidentie.

NEERSLAG:
Bij de fronten perioden met regen, daartussen vooral vannacht
waarschijnlijk meest droog met mogelijk lokaal nog wat motregen.
Woensdagavond passeert de actievere neerslag van het koufront met
mogelijk kortdurend wat ondiepe convectie. Donderdag droog.

ZICHT:
Meest goede zichten, in regen 5-8 km en soms 3-5 km.

TEMPERATUUR:
Weinig dagelijkse gang door de vele wind en bewolking, temperaturen
veelal tussen de 9 en 12 graden.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI