Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 16 juni 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 15 juni 2020 om 05.15 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een vrijwel stationaire OZO-WNW georiënteerde vore ligt van Tsjechië
naar het noordoosten van Nederland. De hoogtestroming is zuidoost. In
deze vore ligt een warmtefront. Aan de grond is sprake van een zwakke
min of meer variabele stroming. Het koufront ligt boven Duitsland, trekt
zuidwestwaarts waardoor de warme sector occludeert. Op maandag ligt deze
occlusie OZO-WNW georiënteerd boven het noorden, ook dinsdag ligt de
occlusie nog boven het noordoosten.

MODELBEOORDELING:
Noord van de convergentiezone is boven zee een omvangrijk
mist/stratusgebied aanwezig, ontstaan door de advectie van warme,
vochtige lucht vanuit Duitsland naar de relatief koude Noordzee. Dit zit
vrij goed in de modellen, hoewel Hirlam en EC de basis iets aan de hoge
kant berekenen. In de loop van de dag worden de dauwpunten van de
geadvecteerde lucht iets lager en stopt de aanmaak van ST/FG. De
structuur van de neerslag in het noorden zit min of meer in alle
uitvoer. De actuele neerslag boven het zuiden zien we echter alleen in
Hirlam en EC terug. Beide dagen zien we overdag weer buitjes tot
ontwikkeling komen, vooral in de zuidelijke helft.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Geen bijzonderheden.

BEWOLKING:
Noord van de convergentiezone boven zee en in het noord(west)elijk
kustgebied mist en St, boven de noordelijke helft van het land lokaal
St. In het noordoosten SC, gelaagd tot boven FL200. Bij de occlusie
vandaag nog een duidelijk signaal voor St. In het zuiden SC/AS/NS
6000-8000 ft. Vanuit het zuiden naderen langzaam opklaringen. Vanmiddag
in het zuiden mogelijk een geïsoleerde CB met toppen tot FL100-120.
Dinsdag in het zuiden en midden CAPE tot 1000 J/kg, dan toppen van de CB
tot FL200.

NEERSLAG:
Zowel in het noordoosten als in het zuidoosten nog restanten van eerdere
buien, lokaal -RA/-DZ. CAPE is niet meer noemenswaardig met waardes niet
hoger dan 40-50 J/kg. De neerslag is overwegend stratiform geworden.
Zowel maandag en dinsdag is de schering gering, hooguit 10 kn, de CAPE
neemt dinsdag in het zuiden iets toe, 50-80 J/kg. Beide dagen blijft in
het noordoosten een bui of buiige neerslag mogelijk. In het zuiden kan
zich overdag een enkele bui ontwikkelen, single cell, dinsdag in het
midden en zuiden, onweer is dan wel mogelijk.

ZICHT:
Geleidelijk enkele opklaringen, vooral in de zuidwestelijke helft. Het
mistgebied op de Noordzee gaat in de loop van vandaag langzaam iets
noordwestwaarts bewegen en is aan de zuidoostkant aan oplossing
onderhevig. In de nacht naar dinsdag meer opklaringen en een kans op
enkele mistbanken.

TEMPERATUUR:
Temperatuur sterk afhankelijk van de bewolking en de buien. Zowel
maandag als dinsdag in het zuiden mogelijk nog zomers warm, daar zijn de
meeste opklaringen.



Paraaf meteoroloog: veeken
Bron: KNMI