Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 13 juni 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 12 juni 2020 om 09.48 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een O-W georiënteerde occlusie boven het noorden van het land beweegt
vrijdagochtend geleidelijk noordwestwaarts en verlaat vrijdagavond het
noorden van de FIR. Een lagedrukgebied boven de Golf van Biskaje trekt
noordwaarts en ligt zaterdagavond boven het zuidwesten van Engeland.
Rondom dit laag is een occlusie aanwezig die vrijdagmiddag het
zuidwesten bereikt en gedurende vrijdagavond en de nacht naar zaterdag
noordwestwaarts over het zuidwesten van het land en de FIR trekt. Ten
noorden van de occlusie bevindt zich nog een oud front dat eerder ons
land passeerde. Hierop is een windsprong aanwezig, net als bij de
occlusie. Deze NW-ZO georiënteerde convergentielijnen bewegen
gezamenlijk noordoostwaarts en gaan in de nacht naar zaterdag samen.
Vanaf dit moment noemen we dit systeem een vore. Vanaf zaterdagmiddag
komt deze vore boven het noordoosten te liggen en verandert vervolgens
nog maar weinig van plaats. Aan de oostzijde wordt onder invloed van een
hogedrukgebied boven Scandinavië steeds vochtigere en warmere lucht
aangevoerd.

MODELBEOORDELING:
De keuze om uiteindelijk van een vore te spreken is een poging om de
situatie makkelijker te kunnen duiden. Het dichterbij komen van steeds
vochtigere en warmere lucht in het oosten zou verbonden kunnen worden
met de occlusie die nu boven het noorden ligt en dus weer boven de FIR
komt te liggen met een ZO-NW oriëntatie. Door het sterke doormengen van
de grenslaag in dit jaargetijde is het echter lastig om nog te kunnen
spreken van klassieke frontale systemen van de Noorse school. Er zijn
voor de komende 48 uur vijf belangrijke aandachtspunten. Ten eerste de
occlusie die actueel boven het noorden ligt. Harmonie had en heeft de
lage bewolking hier het beste te pakken en dit model volgen we. Op de
eerste windsprong die vanmiddag het zuidwesten bereikt kunnen enkele
buien vanaf de grond ontstaan. Harmonie is hier fanatieker mee dan
EC/Hirlam, maar heeft ook (zoals bekend) minder bewolking tussen 0 en
-20°C. Dat zou kunnen betekenen dat er in werkelijkheid een dikker
pakket bewolking aanwezig wat de vorming van de buien en de
aanspreekbare CAPE mogelijk beïnvloedt. In de avond volgt een tweede
lijn, met buien die al eerder in Frankrijk zijn ontstaan en zichzelf in
stand hebben weten te houden boven de grondinversie. De opbouw van de
lucht in het noorden is vanaf vanmiddag potentieel onstabiel. Hoewel de
modellen vanavond/vannacht in het noorden geen buien laten ontstaan
(behalve wat neerslag uit hoge bewolking in Hirlam), is dit wel een
aandachtspunt. Er is maar een klein zetje nodig voor het ontstaan van
een bui. Dit zetje zou kunnen komen van outflow-boundaries van de
aanwezige buien boven het zuidwesten. Het laatste aandachtspunt is
zaterdagmiddag, als de vore in het noordoosten ligt en er steeds
vochtigere lucht van het oosten uit wordt aangevoerd. Td's aan de
oostflank kunnen oplopen naar meer dan 20°C. Tijdseries van
Nieuw-Beerta laten zien dat de precieze positie van deze grens nog
onzeker is. In Hirlam blijft dit station aan de "koude" kant, in alle
Harmonie-versies lopen de Td's op naar 21°C en zakken in de namiddag
weer terug naar 16°C. In de nacht naar zondag zien we verschillen
tussen de Harmonies en EC/Hirlam, waarbij opvalt dat EC en Hirlam een
convectief gebied boven het midden van het land laten ontstaan terwijl
dit niet te zien is in de Harmonies. Voorlopig houden we de grootste
convectieve kansen morgen en in de nacht naar zondag voor het
noordoosten in onze verwachtingen aan.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Als er vanmiddag buien vanaf de grond ontwikkelen dan hebben deze een
vrij hoge basis, waardoor afkoeling door verdamping en in mindere mate
precipitation loading de primaire processen zijn voor windstoten.
Harmonie komt al in meerdere runs met windstoten tot lokaal 75 km/u,
deze signaalfunctie nemen we over. Voor de buien die later in de avond
komen verwachten we deze waardes in mindere mate omdat er sprake is van
een grondinversie. Wel moet opgemerkt worden dat ook zonder buien de
wind even vlagerig wordt bij de convergentielijnen als gevolg van deze
buien. Zaterdagmiddag komt er een zeewindcirculatie op gang, die vrij
ver het land op loopt. Dit is heel goed te volgen in de
convergentieplaatjes van Harmonie. Zaterdag bij buien in het noordoosten
is het primaire proces voor windstoten de precipitation loading, hoewel
aanvankelijk de verdampingscomponent ook een rol speelt. In de harmonies
zien we lokaal uitschieters tot ca. 60 km/u, dit nemen we over in de
verwachting.

BEWOLKING:
Bij de occlusie in het noorden van de FIR St, veelal 500-1000 vt, lokaal
beneden 500 vt. Bij de occlusie van vanavond en daar vooruit Ac/Sc. Op
de eerste convergentielijn kunnen Cb's ontwikkelen met toppen tot FL350.
Bases zijn vrij hoog met 5000 vt. In de avond en de nacht daarna trekken
Cb's over het zuidwesten noordwestwaarts. Deze Cb's zijn al veel eerder
ontstaan boven Frankrijk en hebben een lagere basis en top.
Zaterdagmiddag ontwikkelen er in het noordoosten Cb's met een basis rond
3000 vt, toppen kunnen dan tot FL370 komen. Ook elders is het
ontwikkelen van een Cb niet helemaal uitgesloten, maar het zwaartepunt
ligt in het noordoosten (of mogelijk net buiten de landsgrenzen).

NEERSLAG:
Ten noorden van de occlusie in het noorden van de FIR lichte regen met
een verscholen bui. De reden dat de neerslag noordelijker zit is te zien
in N-Z dwarsdoorsnedes: de occlusie ligt schuin in de verticaal.
Vanmiddag kunnen in het zuidwesten enkele buien vanaf de grond ontstaan,
mogelijk met hagel en onweer. Hierbij is een CAPE van ca. 1000-1500 J/kg
voorhanden, met een effectieve schering van 25 tot mogelijk 30 kn. De
buien bevinden zich dus in een relatief goed georganiseerd multi-cell
regime. Bij de buien die vanaf de grond kunnen ontstaan is hagel <2 cm
mogelijk. De buien die in de avond komen zijn gevoed vanaf de inversie
en hebben daardoor ook een effectieve schering rond de 25 kn. De buien
zijn eerder ontstaan boven Frankrijk/België, hebben a.g.v. latente
warmteprocessen een minder onstabiel profiel gekregen met een MUCAPE van
400-700 J/Kg. Ook deze buien bevinden zich in het multi-cell regime. De
bovenluchtstroming en dus de trekrichting van de buien vanmiddag en
later vanavond is parallel aan de forcering waardoor de buien op de
actieve cellen na, meer kunnen overgaan in een actief neerslaggebied.
De buien die zaterdagmiddag ontstaan boven het noordoosten (of net
buiten de landsgrenzen) voeden zich door de zeer vochtige lucht met
CAPE-waarden tot lokaal 2000+ J/kg, en effectieve schering van 15-20 kn.
De convectiemodus is ook hier multicel met in de vore mogelijk ook
pulse-achtige vormen, waarbij naast (mogelijk grote) hagel (mogelijk
meer dan 2 cm) ook lokaal waterlast kan ontstaan door oplijning op de
vore en de geringe treksnelheid. De waterinhoud van de kolom loopt
uiteindelijk op naar meer dan 35 mm in combinatie met een bovenstroming
op 700 hPa van minder dan 10 kn. Harmonie komt lokaal met uursommen van
20-40 mm/u. In totaal zou er lokaal meer dan 50 mm kunnen vallen, maar
de vraag is nu nog of dat binnen de landsgrenzen gebeurt.

ZICHT:
Op zee mogelijk nog slechte zichten door hoge dauwpunten (14/15) over
zeewater van een vergelijkbare temperatuur. Vanaf de nacht naar zaterdag
en zondag overdag, wanneer nog hogere dauwpunten de noordelijke FIR
bereiken neemt de kans hier opnieuw verder toe en is er daar ook mist
mogelijk. In (zware) buien slechte zichten.

TEMPERATUUR:
Tx vandaag lokaal 28°C in het zuidoosten. Zaterdag bevindt de warmste
lucht zich boven het oosten/noordoosten. Hirlam en Harmonie40 (HAP2)
komen hier lokaal met 30°C. Of dit gehaald wordt hangt af van hoe snel
en ver de convergentielijn doorloopt en hoe vroeg de convectie op gang
komt. Dit is dus nog erg onzeker. Verder wordt de 25 gradengrens in de
loop van de middag dieper landinwaarts teruggedrongen als gevolg van de
noordenwind die opsteekt.



Paraaf meteoroloog: boonstra
Bron: KNMI