Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 13 april 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 12 april 2020 om 00.38 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied boven de Duits-Poolse grens trekt oost- en later
zuidoostwaarts en komt in de nacht naar maandag boven de boven de Zwarte
Zee aan. Een lagedrukgebied, vandaag 18 UTC boven de Noorse Zee, trekt
eveneens oostwaarts richting Scandinavië waar het zondagmiddag aankomt
om vervolgens maandag 18 UTC boven Finland aan te komen. Een zwakke
occlusie, gevolgd door een weinig actief koufront, boven de Noordzee en
de Britse Eilanden komen langzaam naderbij. Zondagochtend bereikt de
occlusie het noorden en trekt langzaam zuidoostwaarts, gevolgd door het
koufront. Nabij de occlusie bevindt zich vochtigere lucht. In de nacht
naar maandag trekt het koufront (daar zijn dan inmiddels ook
occlusierestanten op ingelopen) zuidwaarts over ons land. Gevoelig
koudere lucht (arctisch van oorsprong) spreidt zich dan over ons land
uit.

MODELBEOORDELING:
De convectieve neerslag zondagmiddag in het oosten/zuidoosten met
daarbij kans op windstoten (door koeling als gevolg van verdamping) door
de Harmonies zijn in de huidige runs dermate afgeschaald dat het de
vraag is of het nog waard is om de windstoten in de verwachting op te
nemen. Verder zien we dat HAP1 en Hirlam achter de occlusie en voor het
koufront uit boven zee een groot mist/stratus-veld laten ontstaan.
Boven zee lijken deze kansen niet geheel uitgesloten.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
De windstoten bij de heel sporadische buien op zondag in de
zuidoostelijke helft van het land rond 65 km/u.

BEWOLKING:
Bij de occlusie blijft steeds minder bewolking over, op wat velden Sc
3000-5000 vt na, maar zondag in de loop van de dag door convergentie en
opwarming kans op een enkele Cb vanaf 5000 vt met toppen FL150: Cb's
kunnen met name in het oosten en zuidoosten zondagmiddag vanaf de grond
ontstaan, toppen rond FL200.
De kans op lage bewolking (Harmonie en Hirlam heeft een zwak signaal) op
passage van het koufront is vooralsnog niet groot.

NEERSLAG:
Op nadering van de occlusie zien we lichte neerslagsignalen bij de
genoemde gebieden met vochtigere lucht en convergentie boven het noorden
van het land. Kijkende naar de progtemps
gaat het om lichte buien die vanaf de top van de inversie ontstaan
a.g.v. convergentie. Lijkt allemaal niet heel veel voor te stellen.
Naarmate de dag vordert kunnen in het oosten en zuidoosten buien vanaf
de grond tot ontwikkeling komen. Hoogste CAPE-waardes in het zuidoosten
en oosten van het land, 400-700 J/kg, schering gering: single cell.

ZICHT:
Morgen langzaam aan minder goed zicht omdat de lucht geleidelijk
vochtiger wordt. Mocht er lokaal mist ontstaan boven zee (zie
modelbeoordeling) dan kan dit in de avond het noordwestelijk kustgebied
bereiken. Boven land trekt de mist dan snel op.

TEMPERATUUR:
Zondag nog een warme dag in het midden en zuiden.
Alle modellen laten een gevoelige daling van de temperatuur (en
dauwpunt) zien na koufrontpassage.



Paraaf meteoroloog: debie
Bron: KNMI