Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 20 maart 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 19 maart 2020 om 04.46 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een complex lagedrukgebied boven het noorden van Scandinavië trekt
oostwaarts. Een aan dit laag gekoppeld koufront ligt aan de grond op de
lijn Hoogeveen-Schiphol en is herkenbaar aan bijbehorende windsprong
(van zuidwest naar noord) en lage bewolking. Het frontvlak helt in de
verticaal in noordwaartse richting waardoor ten noorden van het
grondfront nog veel bewolking aanwezig is. Het grondfront trekt steeds
verder vertragend zuidwaarts, ligt rond het middaguur op de lijn
Twenthe-Rotterdam en bereikt in de nacht naar vrijdag het zuidoosten.
Pas vrijdagmiddag verlaat het front Limburg, op hoogte is dat pas het
geval zaterdagochtend vroeg. Een rug bouwt op boven onze omgeving
waardoor de stroming in het gehele land noordoostelijk wordt en de
windsprong bij het front verdwijnt. De rug is gekoppeld aan een
hogedrukgebied ten westen van Ierland dat gedurende vandaag en morgen
verplaatst naar het noorden van de Noordzee.

MODELBEOORDELING:
De passage van het koufront met bijbehorende lage bewolking en lichte
neerslag is het belangrijkste aandachtspunt. De verschillen tussen de
modellen m.b.t. de ligging van het front en de timing van de windsprong
zijn nu nagenoeg verdwenen. Wat in de huidige runs opvalt is dat de
stratus die boven het noorden van het land aanwezig is, niet door de
modellen wordt weergegeven. Dauwpunten liggen daar ook 1 a 2 graden
hoger dan door de modellen wordt berekend.
Verder is ten zuiden van het front sprake van een gebied met lage
bewolking en mist boven het westen van het land die indicatief redelijk
wordt weergegeven door de Harmoniemodellen (zie verder het item
bewolking).
In de loop van vanavond en morgen overdag vindt op hoogte activatie van
het front plaats boven de zuidelijke helft van het land. Dit wordt
veroorzaakt doordat van het zuiden uit op enige hoogte sprake is van
warmteadvectie met optilling en verzadiging van de luchtkolom als
resultaat. Qua neerslagactiviteit zijn de modellen opgeschoven in de
richting van Hirlam, waarbij Hirlam nog steeds wel de meest intensieve
neerslag berekent.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanaf de nacht naar vrijdag zuid van de rugas (zuidwestelijke
kustdistricten) mogelijk 6 Bft.

BEWOLKING:
Bij en noord van het grondfront gelaagde bewolking, bij het grondfront
tevens een zone met stratus. Ook zuid van het front bevindt zich boven
het westen een gebied met stratus (lokaal aan het dek). Dit gebied trekt
wegens de west- tot zuidwestelijke stroming oostwaarts over het land.

NEERSLAG:
Bij het front lichte regen en motregen. Vanaf donderdagavond activerend
(zie modelbeoordeling).

ZICHT:
Bij het front en voornoemd stratusveld nevel en lokaal ook mist, overdag
langzaam verbeterende condities. Daarbuiten goede zichtwaarden.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI