Guidance modelbeoordeling voor Nederland

22-07-2016 11:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 23 juli 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 22 juli 2016 om 11.45 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hoogterug boven Duitsland beweegt langzaam iets verder oostwaarts.
Vanuit het westen nadert een hoogtetrog waarvan op zaterdag een apart
hoogtelaag afsnoert boven Frankrijk. In het drukpatroon, waarin sprake
is van weinig gradient, zien we boven de Noordzee een zwak
hogedrukgebied, boven het zuiden van Duitsland een laag. Als gevolg
hiervan staat in onze omgeving een zwakke noordelijke stroming. Wel
wordt de wind erg verstoord door de aanwezigheid van zwakke
convergentielijnen en het aanwezige buiencomplex boven het oosten van
het land. De komende 48 uur blijven we te maken houden met dezelfde
luchtsoort. Deze is warm, vochtig en onstabiel van opbouw.

MODELBEOORDELING:
De modellen laten alle het hierboven beschreven hoogte- en
gronddrukpatroon zien. Wel zijn er duidelijk verschillen vwb de positie
van diverse convergentielijntjes, de hoeveelheid instraling en dus de
Tx. Als gevolg hiervan zien we in de modellen de buiigheid steeds op en
andere plaats tevoorschijn komen. De buien kunnen ontstaan bij zo'n 27
graden of al eerder wanneer er sprake is van convergentie of wanneer een
lichte forcering in de bovenlucht aanwezig is. Een scherpe verwachting
van de convectie in tijd en plaats is dan ook niet goed mogelijk. Wel is
het zo dat wanneer het tot buien komt dit zeer waarschijnlijk forse
buien zien, die langzaam bewegen en veel waterinhoud hebben. Omdat de
hoogste CAPE-waardes vooral boven Duitsland en het oosten van ons land
aanwezig zijn is de kans op forse buien daar het grootst.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Bij buien zijn windstoten mogelijk. Waterloading levert daar de grootste
bijdrage aan. Waardes rond 35 kn zijn m.i. mogelijk. Harmonie38 komt
morgen zeer lokaal nog een fractie hoger uit.

BEWOLKING:
Op de Noordzee komen nog gebieden met St-voor. De modellen geven hier
een redelijke indicatie voor en ze laten ook zien dat er geen
structurele verbetering te verwachten is. Vannacht en morgenochtend ook
ST-kansen boven land. Verder met name nog een complex met CB's boven het
oosten van het land met toppen lokaal tot boven FL300. Later vanmiddag
kunnen opnieuw CB's ontstaan, evenals vanavond en vannacht. Vanmiddag
kan een temperatuur van 26 graden voldoende zijn, vanavond en vannacht
spelen convergentie onderin of bovenluchtforcering mogelijk een rol. Ook
morgen overdag kans op enkele CB's. In feite is de situatie niet
wezenlijk anders dan vandaag. Hoogste toppen lijken in het oosten voor
te kunnen komen, lokaal tot FL400.

NEERSLAG:
Een wegtrekkend onweerscomplex boven het oosten van het land. Daarna
zijn nieuwe buien mogelijk met daarbij nog steeds een onweerskans en
gezien de hoge waterinhoud van de buien en de geringe treksnelheid, veel
neerslag in korte tijd. Voor vannacht en morgen overdag blijft de
buienkans aanwezig, waarbij die het grootst is in het oosten van het
land. Veel nauwkeurig dan dit is eigenlijk niet goed aan te geven.
Cape-waardes liggen in het oosten net boven de 2000 J/kg, windschering
is gering en komt niet of nauwelijks boven de 20 kn uit. Single
cells/multicells is de meest waarschijnlijke convectiemodus.

ZICHT:
Goede zichten, in neerslag matig tot slecht. Vannacht en morgenochtend
boven land nevel en kans op enkele mistbanken.

TEMPERATUUR:
Duidelijk verschillen in temperatuur. Harmonie is nog hoog met Tx van 27
in het (zuid)oosten. Andere modellen zijn duidelijk lager. 20 graden in
het Waddengebied en lokaal 26 in het zuidoosten lijken mij haalbare
waardes. Morgen lokaal iets hogere waardes in het oosten, uiteraard wel
afhankelijk van waar en wanneer de buien voorkomen.



Paraaf meteoroloog: nolet
Bron: KNMI