Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 03 maart 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 02 maart 2020 om 10.24 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een sturend laag nabij Schotland is eerst min of meer stationair, maar
trekt komende nacht naar IJsland. Met een west- tot zuidwestelijke
stroming wordt gedurende de verwachtingsperiode maritiem polaire lucht
aangevoerd. Een randstoring trekt opvullend noordoostwaarts over ons
land naar de Duitse Bocht. Het bijbehorend frontaal systeem, van
oorsprong een occlusie, wordt in de stroming gedeformeerd en krijgt
binnen de maritiem polaire lucht enigszins kenmerken van een systeem met
kou- en warmtefront. Het eerste deel van de occlusie passeert de komende
uren het land. Het westelijk deel, met geleidelijk meer en meer
koufrontkenmerken, passeert in de loop van de middag van west naar oost.
De randstoring wordt gevolgd door een rug van hoge druk die in de nacht
naar dinsdag boven ons land aankomt. De rug verlaat het oosten
dinsdagochtend, waarna de stroming cyclonaal wordt. Er volgt dan eerst
een zwakke trog. In de avond nadert van het westen uit een meer
uitgesproken trog, met daarin restanten van een occlusie ingebed.

MODELBEOORDELING:
De verschillen in de positie van de randstoring van vandaag zijn klein.
Het eerste deel van de occlusie lijkt in de ochtend te de-activeren
(afname van de gradiënt), het westelijk deel met koufront-kenmerken
lijkt in de loop van de middag lokaal juist te activeren boven land door
het inlopen van een zwakke hoogtetrog. Er zijn nog kleine verschillen in
timing in de omslag van de wind en het naar het oosten trekken van de
neerslagband aan de westzijde van de randstoring. We volgen hierin nog
steeds Har/EC. Hirlam heeft deze run geen 7 Bft meer en is in lijn
gekomen met EC en Harmonie.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Aandachtspunt voor vanavond is de trekrichting en -snelheid van de
randstoring en de gevolgen ervan voor het windveld. De diverse modellen
zitten nu behoorlijk op één lijn qua koers en windsnelheid. Aan de
oostzijde een 6 Bft in de kustdistricten in de ochtend, bij het
langstrekken van het laag weinig wind. Na passage van het westelijk deel
van de occlusie opnieuw een 6 Bft.

BEWOLKING:
Op passage van de occlusie eerst stabiel gelaagde bewolking, veelal St.
De modellen zijn met de St te behoudend. De achterzijde van het systeem
krijgt geleidelijk wat kenmerken van een koufront. Gezien de progtemps
kan de opbouw dan lokaal onstabiel worden tot FL120/150.
In de nacht van maandag op dinsdag brede opklaringen, een belangrijk
gegeven i.v.m. eventuele gladheid. Dinsdagochtend komt vooral Hirlam met
een signaal voor turbulentiestratus. Op de eerste zwakke trog enkele
TCu. Dinsdag in de loop van de dag op dagelijkse gang Cu/Cb's, toppen
tot ca. FL150.

NEERSLAG:
Op de occlusie perioden met regen/motregen. Aan de achterzijde van het
systeem mogelijk een convectieve component. Met het lagere FZL en een
CAPE van lokaal 200-400 J/kg is er dan een kans op kleine hagel.
Effectieve schering bedraagt 15-20 kn, dus in het multicelregime.
Dinsdag overdag enkele buien, CAPE is dan in de orde 200 J/kg, schering
rond 10 kn, single cel.

ZICHT:
Goede zichten. In neerslag matig.

TEMPERATUUR:
Vannacht in het noordoosten minima van +1 of +2 graden. In de nacht naar
dinsdag op uitgebreidere schaal rond +1 graden, lokaal wellicht nog iets
lager.



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI