Guidance modelbeoordeling voor Nederland

04-02-2020 11:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 05 februari 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 04 februari 2020 om 10.16 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
In een westelijke stroming wordt maritiem polaire lucht aangevoerd. Een
hoogtetrog met een T500 van ca. -36°C boven het zuidoosten en oosten
trekt spoedig naar Duitsland. Een lagedrukgebied boven het noordwesten
van de FIR met daar omheen een occlusie trekt in de tweede helft van de
middag zuidoostwaarts over het land. Na passage van deze trog wordt de
stroming noordwest tot noord. In deze stroming trekken in de loop van de
avond en de nacht naar woensdag nog restanten van het noordelijk deel
van de ingedraaide occlusie over het land. Tegelijkertijd verplaatst een
hogedrukgebied ten zuidwesten van Ierland zich richting onze omgeving.
In de nacht naar woensdag ligt het zwaartepunt boven het zuidwesten van
de Britse Eilanden, woensdag overdag verplaatst het zwaartepunt zich
richting België en het zuiden van Duitsland. De stroming draait
woensdag overdag geleidelijk naar west tot noordwest. Een oude occlusie
bereikt dan in de nacht naar donderdag het noordwesten van het land.

MODELBEOORDELING:
Alle modellen laten nu een trog zien, daar waar in vorige runs het
laagje minder snel opvulde. Actueel ligt het laag iets zuidelijker.
Uiteindelijk maakt het voor de wind aan de zuidwestflank van het systeem
en de neerslag niet zo heel veel uit. Alle modellen laten voor de nacht
naar woensdag nu brede opklaringen zien, hierdoor voor de kans op lichte
vorst, en daarmee de kans op gladheid een aandachtspunt. De hoeveelheid
en de verdeling van de opklaringen en wolkenvelden wisselt nogal van
model tot model en van run tot run, maar uiteindelijk laten ze allemaal
minima zien van rond het vriespunt.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Actueel seinen voor WNW 6-7 Bft. Geleidelijk verdwijnen de seinen in het
noordelijk kustgebied omdat het laag het noordwesten van ons land
nadert. In het westelijke kustgebied zien we in de middag juist nog een
iets toenemende wind naar 7-8 Bft. De waarschuwingscriteria gaan we
echter waarschijnlijk nergens halen, wel mogelijk zware windstoten tot
75 km/uur tot op de zuidwestkust. Vanaf het einde van de middag snel
afnemende wind, de laatste seinen verdwijnen in de loop van de avond.
Woensdag weinig wind.

BEWOLKING:
Veel bewolking met veelal convectieve bewolking a.g.v. koude
bovenluchten nabij de hoogtetrog. De toppen van de Cb's kunnen op
passage van de koudste bovenluchten reiken tot ca. FL220. Bij de
grondtrog/laag in de middag zien we weer meer stratiforme bewolking en
kans op stratus, vooral later in de middag meer naar het zuidoosten.
HAP1 lijkt hier iets te fors met ST, HAP2 is vaak wat te bescheiden met
de ST. HAP3 zit hier tussenin en lijkt het beste te zijn. Later zien we
ook nog een duidelijke stuwcomponent in Limburg. In de nacht naar
woensdag naast enkele Sc-velden ook brede opklaringen. Woensdag overdag
ondiepe cumuli, die onder een subsidentie-inversie rond 3000 vt wat
kunnen uitspreiden.

NEERSLAG:
Van het noordwesten uit buien, met name bij de hoogtetrog kans op
onweer, korrelhagel en natte sneeuw. Convectiemodus is hier multicel met
CAPE = 100/200 J/kg, schering = 20 kn. In de loop van de middag dag bij
de trog/occlusie perioden met meest stratiforme regen, lokaal nog wel
buiig van karakter. In het begin van de avond nog een laatste bui in het
zuiden van het land. De rest van de periode blijft het droog onder
invloed van het hoog.

ZICHT:
In de polaire lucht over het algemeen uitstekende zichtcondities, In
buien uiteraard kortstondig teruglopende zichten. In de nachten naar
woensdag/donderdag landinwaarts kans op nevel en mogelijk ook een enkele
mistbank indien het lang genoeg opklaart.

TEMPERATUUR:
In de nacht naar woensdag koelt het aan de grond tijdens opklaringen af
richting nul en kan plaatselijk het wegdek onder nul komen waarbij er
morgenochtend een kleine kans op gladheid door bevriezing is. In de
nacht naar donderdag en donderdagochtend idem, maar dan
condensatiegladheid.



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI