Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 13 januari 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 12 januari 2020 om 05.04 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een sturend laag ligt nabij IJsland. Een koufront (Td maximum) bereikt
in de ochtend het noordwesten, trekt zuidoostwaarts en verlaat
zondagmiddag het zuidoosten. Het front wordt gevolgd door een complexe,
NO-ZW georiënteerde trog die in de tweede helft van zondagmiddag het
noordwesten bereikt en aan het begin van zondagavond de oostgrens
passeert. In de nacht naar maandag trekt een goed doorstroomde trekrug
oostwaarts over het land. Maandagmiddag en -avond trekt een actieve
depressie op de oceaan noordoostwaarts. Het warmtefront bereikt in de
avond het zuidwesten, het lijkt niet al te actief te zijn. Het
grondfront ligt bij een Td van ongeveer 6 °C. Het koufront is duidelijk
herkenbaar en ligt aan de grond bij ongeveer theta-w 850 hPa 6 °C

MODELBEOORDELING:
Bij de passage van de trog zijn er timingsverschillen van 1-2 uur
tussen de div uitvoer. De verschillen in grenslaagbewolking in de nacht
naar maandag en maandagochtend zijn toegenomen ten opzichte van de
vorige uitvoer. In de div. Harmonie uitvoer van 00 UTC zit er vrijwel
niets meer, in de HAP1/3 uitvoer van 21 UTC ontstaat maandag in de loop
van de nacht ST, in de EC 18 uitvoer groeit de ST maandagochtend tegen
de stroming in vanuit het oosten uit aan.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Bij de trog van zondagmiddag boven land nergens meer uitschieters van
meer dan 40 kn. Op de Noordzee 7 Bft, zondagochtend geleidelijk
afnemend. Voor wat betreft het windveld bij het laag van maandag zijn de
verschillen niet groot meer, de EC uitvoer laat waarschijnlijk te weinig
wind zien.

BEWOLKING:
Op nadering van het koufront dalende wolkenbases. De basis is actueel
(00-04 UTC) lokaal wat lager dan in de uitvoer. De wolkenbasis lijkt pas
echt goed op te lopen achter de trog. In de doorsnedes is te zien dat
dit te verklaren is door het katafront karakter van het koufront. Bij de
trog nauwelijks onstabiliteit, niet meer dan FL100. De ST in de loop van
de nacht naar maandag en maandagochtend vormt een onzekerheid. We gaan
er vooralsnog van uit dat er weinig ST ontstaat. Bij het warmtefront van
maandagavond nog nauwelijks ST in de diverse uitvoer.

NEERSLAG:
Het koufront is min of meer eenduidig in de uitvoer aanwezig, bij de
trog zijn er wat meer verschillen, maar de nadruk van de neerslag ligt
op het noorden. In de nacht naar maandag ook verspreid
coalescentieneerslag, maar gezien de progtemps kan dit weinig
voorstellen, de verzadigde laag is maximaal ongeveer 5000 vt dik.

ZICHT:
Zichtverminderingen door neerslag. Mist in de Hir uitvoer boven de
Noordzee bij de trog in een gebiedje met weinig wind is niet
waarschijnlijk. In de nacht naar maandag trekt er weliswaar een rug over
en valt de wind weg, maar de wind op hoogte is te fors voor mist. De
situatie lijkt meer op een waarbij wat nevel icm turbulentiestratus kan
ontstaan.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: Huiskamp
Bron: KNMI