Guidance modelbeoordeling voor Nederland

17-07-2016 16:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 18 juli 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 17 juli 2016 om 18.00 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen een hoog boven Het Kanaal en een laag boven het noorden van
Scandinavie staat er in ons aandachtsgebied een westelijke stroming.
Boven het zuiden ligt een zwak golvend front dat door toename van de
hogedrukinvloed steeds verder oplost. Dit front vormt de begrenzing
tussen warme en vochtige lucht ten zuiden ervan en minder vochtige en
warme lucht ten noorden ervan. Een zwakke rug ligt aanvankelijk
evenwijdig aan de westkust en trekt in de loop van de avond van west
naar oost over het land. Na passage ervan kan het zwakke front weer iets
naar het N/NO trekken en kunnen de hogere Td in de loop van de nacht van
het zuidwesten uit weer iets noordoostwaarts opdringen. Maandag overdag
wordt de opbouw door dagelijkse gang onstabiel, maar door de opbouw van
een hoogterug ten westen van ons treedt er verdere stabilisatie op.
Dinsdag trekt het centrum van het hoog ten zuidoosten van ons land langs
en bouwt zich een apart centrum op boven het westen van Duitsland. De
stroming draait hierdoor naar zuidoost.

MODELBEOORDELING:
Aandachtspunt is vooral de grenslaag en de vraag in hoeverre en
(mist)banken ontstaan. Ten aanzien van de grenslaag zien we duidelijke
verschillen. Hirlam laat ten gevolgen van het binnenlopen van weer iets
hogere Td vanuit het ZW een veel sterker signaal voor
grondmist/mistbanken zien dan Harmonie. Harmonie lijkt in de warme lucht
iets te warm en te droog, terwijl Hirlam vooral boven zee misschien iets
aan de vochtige kant is.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
-

BEWOLKING:
Bij de frontale zone verder oplossende SC-bewolking. In het zuidoosten
aanvankelijk nog zeer lokaal een Cb. Verder bij de occlusie in het
noorden van de FIR voornamelijk SC. Aandachtspunt is de zuidelijke
Noordzee, waar Hirlam ST berekent, die er nu niet zit. Wel zijn de
dauwpunten daar hoog (15 graden), dus dit blijft iets om goed te
monitoren.
Maandag overdag vooral in het zuiden en zuidoosten nog Cu.

NEERSLAG:
In het zuidoosten eerst nog zeer lokaal een bui ten gevolge van de
onstabiele opbouw. In het noorden van de FIR bij de occlusie nog kans op
wat regen; modellen laten de activiteit afnemen. Morgen geven de
modellen nog wat zeer zwakke ruis uit de Cu in het zuidoosten, dit lijkt
op basis van de progtemps overdreven.

ZICHT:
Vannacht zijn de voorwaarden voor dichtere nevel of zelfs (grond)mist
duidelijker aanwezig dan de voorgaande nachten. Bredere opklaringen in
de vrij zachte lucht, weinig wind. Opvallend genoeg berekent Harmonie
geen 'mist' en lijken de onderste niveaus te droog. Hirlam en EC
daarentegen komen met een dunne mistlaag, al moet gezegd worden dat
Hirlam boven zee teveel mist/St berekent, ook actueel al. Met de hoge Td
boven zee blijft het echter oppassen, vooral als er later vannacht voor
onze ket wat convergentie lijkt op treden en vervolgens boven land nog
enige afkoeling.

TEMPERATUUR:
Vannacht een tweedeling met de laagste temperatuur in het noordoosten,
de hoogste in het zuidwesten bij of net zuidwest van het zwakke front,
16-17 graden. Morgen in brede opklaringen nog iets warmer. Harmonie is
consequent het warmste model.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI