Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 07 januari 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 06 januari 2020 om 10.17 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
In een brede warme sector is de stroming aan de flank van een
Midden-Europees hoog zuidwestelijk onder een subsidentie-inversie rond
4000 vt. Een gebied met vochtigere lucht met ST en motregen ligt boven
het noorden van het land en trekt noordwaarts. Vanuit het zuiden wordt
de aangevoerde lucht droge.In de avond en de nacht naar dinsdag trekt
een NO-ZW georiënteerd koufront (van oorsprong een dubbelcontructie)
over Nederland oostwaarts. Dit front passeert op geringe hoogte, aan de
grond komt dit front echter wat moeizamer door. In de NW-ZO doorsnedes
is te zien dat we te maken hebben met een relatief koude plaklaag boven
het continent. Morgen overdag hebben we daardoor nog te maken met een
ondiepe maar vochtige grenslaag onder een inversie op 500-1500 voet.
Morgen in de middag nadert uit het westen een volgend warmtefront vanuit
het westen. Dit trekt in de avond en de nacht naar woensdag over het
land,

MODELBEOORDELING:
Actueel aandachtspunt is de het gebied met nevel en ST boven het noorden
van het land. Dit wordt door HAP1 en HAP3 redelijk weergegeven, de
andere modellen hebben de wolkenbasis al te hoog. De enorme mistgebieden
die boven Noord-Frankrijk hadden moeten ontstaan, zouden -- opgetrokken
tot St -- het zuidwesten moeten bereiken volgens de Harmonies. Dit tonen
ze nog wel, maar is niet gebeurd,. De situatie van morgen is een
lastige. De modellen geven indicaties voor een koude plaklaag achter het
front, Hierin laten de Harmonies en zelfs Hirlam, ondanks een geowind
van ca. 25 knopen, stralingsmist ontstaan. Wel grote verschilllen tussen
de modellen, Normaal gesproken zou hiervoor te veel wind zijn. We gaan
er nu vanuit dat waar HAP3 nu stralingsmist berekent er eerder sprake
zal zijn van nevel en lage St, die tot ver in de middag hardnekkig kan
zijn. Wat ook nog meespeelt dinsdag is kustconvergentie die ook weer
leidt tot vochtfluxconvergentie. Later op dinsdag neemt de wind verder
toe en lijkt menging voor een verbetering te gaan zorgen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vandaag overdag zuid tot zuidwest 6 Bft in de kustdistricten, in
district Texel mogelijk 7 Bft. In de nacht naar dinsdag verdwijnen de
zessen tijdelijk. Dinsdagmiddag en -avond weer 6 Bft in de
kustdistricten, in de noord(west)elijke kustdistricten 7 Bft. Ten
noorden van de Wadden is dan een 8 Bft mogelijk.

BEWOLKING:
Actuele ST boven het noorden: trekt de komende uren noordwaarts weg. Bij
het koufront gelaagde bewolking, modellen tonen (lage) ST hierbij.
Achter het front in de opklaringen in de vroege ochtend kans op het
ontstaan van lage ST (kans op mist schatten we in als klein). Overdag
met name in de zuidoostelijke helft ST, in het westen opklaringen. Later
in de middag en avond toenemende frontale bewolking (warmtefront). Dit
lijkt gepaard te gaan met onstabiliteit op middelbaar niveau,

NEERSLAG:
In het noorden soms wat lichte motregen, van het zuiden uit droog. Bij
het koufront enige uren regen, later ook motregen. Morgen overdag in het
zuidoosten mogelijk af en toe wat motregen. Morgenavond bij het
warmtefront van het westen uit regen, mogelijk wat buiig. Hirlam
berekent al rond 12 UTC een bandje met neerslag boven het westen. Dit
lijkt, gezien de progtemps, niet reëel.

ZICHT:
IIn motregen overwegend matig zicht. Bij het koufront slecht zicht .
Achter het front ook nog hier en daar nevelig boven land en
stroomafwaarts van het land; de modellen tonen mist, maar die kans
schatten we (gezien de wind) klein in. in de loop van de middag en avond
verbeterend door een windtoename.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: berge
Bron: KNMI