Guidance modelbeoordeling voor Nederland

22-11-2019 17:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 23 november 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 22 november 2019 om 15.47 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen een actief laag boven de Golf van Biskaje en een hogedrukgebied
boven Rusland staat een zuidoostelijke stroming, waarmee continentale
lucht wordt aangevoerd. Een zwakke WNW-OZO georiënteerde occlusie in
een bovenluchttrog ligt boven de Noordzee en verlaat spoedig het noorden
van de FIR. Het laag trekt langzaam opvullend naar het westen van
Frankrijk, waardoor de stroming in de loop van de avond naar oost draait
en de gradient toeneemt. Aan het laag is een occluderend frontaal
systeem gekoppeld. Voor dit systeem uit is nog een occlusie geanalyseerd
(vanuit de historie, is vooral op TFP goed te volgen). In de loop van de
nacht en morgen overdag komt de voorste occlusie tijdelijk boven het
zuidwesten te liggen. De activiteit ervan is beperkt en lijkt vooral te
koppelen aan een lokaal maximum van warmte-advectie. Er ontwikkelt
hierdoor een sterke inversie met top tussen 1500-2000 vt. In de loop van
morgenavond vult het genoemde laag op en blijft er slechts een WNW-OZO
georiënteerde vore over, die zondagochtend het uiterste zuiden bereikt.
De gradient neemt op nadering van de vore sterk af.

MODELBEOORDELING:
Boven Duitsland bevindt zich een veld met stratus en slechte zichten,
welke volgens de Harmonies in de loop van de avond en nacht het
noordoosten van het land zou moeten gaan binnenlopen, hetgeen heel goed
mogelijk is en ook is opgenomen in de verwachtingen. In werkelijkheid
strekt dit gebied zich zuidelijker uit dan in de modellen, echter zou
dit zuidelijke deel door de toenemende gradient en enige lij-werking van
de Duitse middelgebergten geleidelijk moeten oplossen. We gaan dus
alleen uit van het noordoosten, waarbij het nog onduidelijk is hoelang
deze stratus zal blijven worden aangevoerd aangezien er mogelijk ook
aanmaak boven Noord-Duitsland zal plaatsvinden ten gevolge van afkoeling
van de vochtige laag onder de inversie. Wat betreft de activiteit van de
occlusie van vannacht en morgenochtend is Hirlam het meest enthousiast,
al lijkt het vooral uit middelbare bewolking te vallen en vervolgens
door een droge laag. De neerslag lijkt door Hirlam dan ook iets
overschat te worden; Hirlam verdampt te weinig neerslag in de droge laag
tussen 1000-5000 vt.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Op steeds meer plaatsen 6 Bft, vannacht en morgen mogelijk een 7 Bft
buitengaats. Verder zien we dat met name H40 iets meer ontkoppeling laat
zien komende nacht, wat relevant is voor de afkoeling.

BEWOLKING:
Boven de Noordzee aanvankelijk velden SC. In het (uiterste) noordoosten
vannacht dus waarschijnlijk advectieve ST, mogelijk ook morgen overdag
nog aanhoudend. Bij en op nadering van de occlusie gelaagde middelbare
en hoge bewolking.

NEERSLAG:
Bij de occlusies soms wat lichte regen, waarschijnlijk krijgt alleen
Zeeland daar mee te maken.

ZICHT:
Komende nacht blijft het zicht in het algemeen vrij goed, de wind blijft
redelijk doorstaan. In het noordoosten waarschijnlijk vanavond al lokaal
nevel door uitstraling, daarna mogelijk advectief nevel uit Duitsland.
De mistkansen lijken klein, al komt Harmonie daar wel mee. In de nacht
naar zondag wordt de kans op mist met name nabij de vore groter als de
wind afneemt.

TEMPERATUUR:
Vannacht in het noordoosten het koudst, waarschijnlijk net geen vorst,
aan de grond op enkele plaatsen wel onder nul. In de nacht naar zondag
op meer plaatsen rond het vriespunt, dan in het midden en zuiden als
daar de wind er meer uitgaat. Overdag de hoogste waarden, rond of zelfs
boven de 10 graden, in het oosten en zuidoosten ten gevolge van
lij-werking en omdat de hogere delen tegen de inversie aan zitten en
zich dus in warmere lucht bevinden.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI