Guidance modelbeoordeling voor Nederland

08-11-2019 17:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 09 november 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 08 november 2019 om 17.40 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied met een kern boven het westen/midden van de Noordzee
(exacter: boven het Noordzeedistrict "Humber"), verplaatst zich langzaam
in de richting van de Nederlandse noord(west)kust. Er zitten twee
occlusies om het laag gekruld: een over de Noordzee naar het zuiden en
een noordoostwaarts richting Denemarken. Tussen de occlusies en de
westkust ligt ook nog een hoogtetrog (T500 is -31C). Vannacht trekt het
laag zeer langzaam zuidoostwaarts. Zaterdag rond het middaguur ligt de
kern waarschijnlijk boven Texel om daarna noordoostwaarts richting de
Duitse Bocht te trekken. Vanaf de nacht naar zondag lopen de
modelberekeningen lopen echter wel wat uiteen betreffende de positie en
de kerndruk (zie modelbeoordeling). In de nacht naar zondag en
zondagochtend komt ons land onder de invloed van een (zwakke) rug
behorende bij een hoog boven Centraal Europa.
Een ander lagedruksysteem met een frontaal systeem vanaf de Atlantische
Oceaan trekt zaterdag en zondag oostwaarts over Frankrijk,
waarschijnlijk zal dat ons land net niet beïnvloeden.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch liggen de modellen op een lijn en berekenen het laag op de
goede plek. Vanaf de nacht naar zondag lopen de modellen vooral qua
kerndruk van het laag uiteen met de laagste kerndruk in Ha40 en Ec (met
dan ook de meeste wind) terwijl vooral Hap1 het laag laat opvullen.
Hirlam zit hier tussenin.
Komende nacht is de grenslaag een aandachtspunt. Vochtvelden in Hirlam
geven een goed beeld: stralingsafkoeling boven land en vorming van een
grondinversie, in de loop van de nacht en ochtend toenemende
cyclonaliteit en drukgradiënt op nadering van het laagje waardoor de
wind en dus ook menging/opglijding van het westen uit toeneemt bij een
geleidelijk aanlandige wind. Mist en mistbanken zijn het meest
waarschijnlijk in de (noord)oostelijke helft van het land, Ha40 en
Hirlam laten dat goed zien. EC laat de mist vooral in Duitsland
ontstaan, doordat de wind in het oosten net wat sterker is dan in de
andere modellen. We gaan uit van mistbanken en lokaal mist in het
(noord)oosten. Verder naar het westen zal het meer om St en nevel gaan
vanwege meer (geo)wind.
Voor de nacht naar zondag berekenen Hir en EC mist aan de noordflank van
de rug, Ha36 heeft daar teveel bewolking voor en Ha40 laat in KEPS zo'n
30% kans op mist zien. Enige mist(banken) zijn wel te verwachten.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Grootste windsnelheid momenteel aan de noordwestflank van het
Noordzeelaagje met 8 Bft, Ha40 en Hap1 geven zelfs actueel 9 Bft, 9 Bft
is (nog) niet gemeten en verwerpen we voorlopig. Dit windveld komt
geleidelijk meer aan de zuidwest-, later zuidflank van het laagje te
liggen, resulterend in 7 Bft zaterdagochtend in de westelijke
kustdistricten. Voor zondag is de windverwachting nog onzeker door
onzekerheid in de sterkte en positie van het laag (zie
modelbeoordeling).

BEWOLKING:
Boven zee Cb's met toppen rond FL200, soms geclusterd bij de trog. De
trog loopt langzamerhand het land op en dan verdwijnen de Cb's
geleidelijk. Bij de occlusie Sc bewolking en enkele ingebedde Cb's met
toppen tussen FL100 en FL150. Mogelijk dat een St-gebied van het zuiden
uit nog net het uiterste zuiden van de Noordzee op loopt en vandaag nog
de zuidwestkust bereikt. Het is nog wel onzeker, ook omdat er actueel
bewolking van de trog over het St-gebied schuift. Komende nacht en
zaterdagochtend vorming van St in een groot deel van het land, deels
door menging/opglijding (vooral in het westen) en deels door optrekkende
mist (vooral in het oosten). In het uiterste noorden zou de hele dag St
kunnen voorkomen door de nabijheid van het laag. Zaterdag overdag in het
noorden Cb's met toppen rond FL180.

NEERSLAG:
Bij de occlusie regen en ingebedde buien. Verder enkele buien boven zee
bij de trog wegens de koude bovenlucht. In het noorden actueel een
onweersklap. Met het verplaatsen van het laagje kunnen de buien vanaf
vanavond van het westen uit ook weer geleidelijk het land op lopen.
Zaterdag overdag de meeste buien in de noordelijke helft met een zeer
kleine kans op onweer. Zondag mogelijk in het uiterste noorden nog
neerslag, de modellen zijn echter niet eenduidig met de locatie van de
occlusie.

ZICHT:
In neerslag matig tot slecht, daarbuiten in de polaire lucht uitstekende
zichten. Komende nacht en zaterdagochtend nevel, in de (noord)oostelijke
helft mist(banken). EC doet dit laatste slechts alleen op beperkte
schaal in het uiterste oosten wegens een sterkere drukgradiënt.
Zaterdag van het westen uit verbeterend door dagelijkse gang maar vooral
door de toenemende wind. Zondagnacht weer kans op mistbanken in het
noorden (zie modelbeoordeling).

TEMPERATUUR:
Komende nacht in het noordoosten en oosten mogelijk lichte vorst.
Wegdektemperaturen kunnen in de (noord)oostelijke helft op gevoelige
punten net onder nul komen met een kleine kans op condensatiegladheid.
In de nacht. In de nacht naar zondag op uitgebreidere schaal lichte
vorst, vooral in de oostelijk helft. Door de buien van zaterdag overdag
(nat wegdek) en wegdektemperaturen onder nul is er dan vooral in het
noord(oost)en kans op bevriezingsgladheid, vooral op gevoelige punten.
Elders in de oostelijke heflt kan aan het eind van de nacht
condensatiegladheid voorkomen.



Paraaf meteoroloog: tuenter
Bron: KNMI