Guidance modelbeoordeling voor Nederland

29-10-2019 17:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 30 oktober 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 29 oktober 2019 om 16.41 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied met het centrum tussen IJsland en Schotland heeft een
uitloper naar de Duitse Bocht. Aan de zuidflank hiervan voert een
(noord)oostelijke stroming polaire lucht aan. Het zwaartepunt van het
hoog verplaatst zich geleidelijk zuidoostwaarts en trekt woensdagmiddag
via de Noordzee naar het oosten van Duitsland. Hierdoor wordt de
stroming geleidelijk oost tot zuidoost.

MODELBEOORDELING:
Het synoptische beeld wordt door de modellen op vrijwel gelijke wijze
beschreven. Aandachtspunten zitten in de grenslaagparameters zoals zicht
en lage bewolking.
Mistkansen zijn kleiner dan afgelopen nacht. Komende nacht blijft er net
iets meer wind staan en bovendien is de aangevoerde lucht ook iets
droger. Lokaal wat grondmist of een enkele mistbank, veel meer dan dat
lijkt het niet te worden. H40 en H40-EPS geven met name in het oosten
van het land een verhoogde kans. Indien het tot mistbanken komt dan is
in de vroege ochtend bij het optrekken/oplossen ervan zeer lokaal St
mogelijk. HA40-EPS geeft hier een kansje voor.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Geen bijzonderheden.

BEWOLKING:
In de polaire lucht is de Cu inmiddels alweer grotendeels opgelost.
Boven de Noordzee nog een lijntje Cu/TCu als gevolg van convergentie.
Komende nacht boven land geen bewolking. Morgen overdag zeer lokaal
enkele kleine Cu.

NEERSLAG:
Boven het noorden van onze FIR soms een klein buitje op het
convergentielijntje.


ZICHT:
Goed. Komende nacht en woensdagochtend lokaal nevel en een enkele
mistbank.

TEMPERATUUR:
Komende nacht hier en daar lichte vorst, vooral opnieuw in het
noordoosten. Wegdektemperaturen blijven vanwege de bodemwarmte op de
meeste plaatsen boven nul, maar kunnen plaatselijk onder nul komen,
vooral in het noorden waar de minste wind staat. Bruggen en viaducten
maken een dan kleine kans op condensatiegladheid.



Paraaf meteoroloog: nolet
Bron: KNMI