Guidance modelbeoordeling voor Nederland

19-10-2019 04:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 20 oktober 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 19 oktober 2019 om 05.54 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tot en met de nacht naar zondag blijven we onder invloed van een
lagedrukgebied nabij de Schotse oostkust, dat zich heel langzaam
oostwaarts verplaatst en zondagmiddag geheel opvult even ten westen van
Denemarken. Met een zuidwestelijke stroming wordt daardoor maritiem
polaire lucht aangevoerd die tot in de nacht naar zondag vooral boven
zee behoorlijk onstabiel is. Een golvende barocliene zone boven Belgiƫ
en het noordwesten van Frankrijk beweegt in de stroming noordoostwaarts
en een eerste golf trekt gedurende de ochtend en het begin van de middag
over de zuidoostelijke helft. Een volgende golf volgt in de loop van de
middag en doet alleen het uiterste zuidoosten aan. Ook een derde golf
zou in de nacht naar zondag nog het zuidoosten kunnen schampen. In de
loop van de avond neemt de gradient boven ons aandachtsgebied van het
zuidwesten uit af en in de nacht naar zondag en zondagochtend komen we
in een zadelgebied terecht tussen het laag boven de Noordzee en een
lagedrukgebied dat van Portugal naar het zuidwesten van Frankrijk trekt.
Aan de noordoostflank van dit laatste systeem beweegt het
oorspronkelijke polaire front noordwaarts, waardoor deze samen met de
ingelopen barocline zone zondagmiddag het zuidoosten zal bereiken. De
stroming in onze omgeving draait hierdoor naar noordoost. Zondagavond en
in de nacht naar maandag trekt het Franse laag naar het zuidoosten van
ons land en komt het polaire front ergens boven ons land te liggen.

MODELBEOORDELING:
In grote lijnen zien we consistente modellen. Daarbij zien we tot in de
nacht naar zondag duidelijk convectieve activiteit boven zee en in de
kustgebieden. HIR laat de komende uren nog steeds stratus ontstaan,
hetgeen nog niet uitgesloten is gezien de vochtige profielen onderin.
Waarschijnlijker achtten we dat het om wat lage SC zal gaan en we hebben
de stratuskansen wat afgebouwd. Overdag zien we op beide golven ook een
duidelijk signaal voor stratiforme/frontale neerslag/bewolking in de
zuidoostelijke helft, vooral in EC en Hirlam, die de grootschalige
regengebieden doorgaans beter berekenen. Toch geven ook de Harmonies
enige indicatie. Nabij de golftop komen deze modellen ook met een
duidelijk convectief signaal, EC en HIR doen dat enkele uren later. In
de nacht naar zondag is HIR het enige model dat het neerslaggebied bij
een derde golf nog het zuidoosten laat schampen. Zondag overdag is er
nog grote onzekerheid in hoever het polaire front en de bijbehorende
frontale neerslag noordwaarts het land op trekken en of het laagje later
het zuidoosten zal bereiken (of volgens HIR zelfs het zuidwesten). Vanaf
de nacht naar zondag is ook het windpatroon daardoor vrij onzeker, al
zien we in de loop van de middag in alle modellen een noordoostelijke
wind opsteken. In die nacht is het ook belangrijk in hoeverre er
opklaringen zullen zijn, met het wegvallen van de wind en de relatief
vochtige lucht kan er in potentie een flink mistveld ontstaan, de
modellen lopen echter nog wat uiteen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
De 7 Bft in de kustdistricten zijn we inmiddels kwijt, maar de seinen
voor 6 Bft blijft tot en met de middag aanwezig. Bij buien boven zee en
aan de kust eerst kans op uitschieters tot circa 35 kn, conform met de
Harmonies. In de loop van de nacht naar zondag wegvallende wind in het
zadelgebied, pas in de loop van zondagmiddag wordt de wind duidelijk
noordoostelijk. HIR laat het laagje in de nieuwste run uitdiepend het
zuiden bereiken zondagavond laat, hetgeen vergaande gevolgen heeft voor
het windpatroon maar hier gaan we voorlopig niet van uit.

BEWOLKING:
In de polaire lucht veelal convectieve bewolking met Cb-toppen tot
FL200-250. In de loop van de nacht van het zuiden uit toenemende hoge en
middelbare bewolking op nadering van de secundaire barokliene zone. De
onstabiliteitsdiepte neemt dan van het zuidwesten uit geleidelijk af. In
de vroege ochtend kan er lokaal ook turbulentiestratus (of lage SC)
aanwezig zijn. Vandaag overdag op de barocliene zone veel frontale
bewolking, met de laagste basis in het zuidoosten en oosten. Omdat we in
de polaire lucht blijven zien we ondanks de stratiforme bewolking ook
nog steeds convectieve bewolking en waarschijnlijk ook Cb's. Toppen
boven land tot ongeveer FL150. Later in de middag en in de avond van het
zuidwesten uit opklaringen. In de loop van de nacht naar zondag en
zondagochtend van het zuiden uit toenemende (hoge) frontale bewolking en
tegelijkertijd verdwijnen de TCu's geleidelijk ook in het noorden van de
FIR. Mocht er een dikke mistlaag ontstaan in de opklaringen dan kan deze
zondagochtend nog enkele uren als hardnekkige stratus aanwezig blijven.
Zondagavond in Zuid-Limburg kans op stuw.

NEERSLAG:
CAPE-bedraagt 400-700 J/kg en de schering bedraagt 20-30 kn,
convectiemodus derhalve geclusterde multicells. Bij de buien is lokaal
ook onweer en korrelhagel mogelijk. Voorlopig beperken de buien zich tot
de Noordzee en de kustprovincies, waarbij we continu een lijn met buien
vanuit het Nauw van Calais zien. Verder zien we in het zuidoosten en
oosten vandaag een mengeling van stratiforme en convectieve neerslag op
passage van de barokliene zone. Later in de middag en in de avond van
het zuidwesten uit op steeds meer plaatsen droog, al blijft een bui
boven zee en in het kustgebied tot in de avond mogelijk. Zondag op
nadering van het warmtefront van het zuiden uit regen, m.u.v. het
noordwesten.

ZICHT:
In de polaire lucht goede zichtcondities, in neerslag matig. In de loop
van de avond en in de nacht naar zondag op uitgebreide schaal nevel en
in opklaringen mist, mogelijk zelfs een vrij dikke laag. Zondagochtend
slechts langzaam oplossend.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI