Guidance modelbeoordeling voor Nederland

14-10-2019 11:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 15 oktober 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 14 oktober 2019 om 11.19 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een oost-west georiënteerde trekrug boven het noorden van ons land
trekt verder noordwaarts. Een warmtefront boven het zuidoosten, trekt
noordwaarts en passeert vanavond de Wadden. Dit warmtefront hoort bij
een klein laag dat boven Bretagne ligt en vannacht East-Anglia bereikt
waarna het daar vandaan verder noordwaarts trekt. Het bijbehorende
koufront bereikt in de nacht naar dinsdag het zuidwesten, om vervolgens
enigszins golvend dinsdagmiddag het noordoosten te passeren. Op 500 hPa
zwaait een hoogtetrog ten zuidwesten van Ierland langzaam oostwaarts.
Dinsdagavond bereikt de hoogtetrog het zuidwesten, dan
noordwest-zuidoost georiënteerd. Hierdoor activeert het koufront in de
avond met name boven Duitsland. Woensdagochtend net voorbij het
noordoosten van ons land.

MODELBEOORDELING:
Nabij het warmtefront laten de progtemps van de diverse modellen enige
middelbare onstabiliteit zien en daarom ook enige convectieve neerslag,
hetgeen nu ook in de waarnemingen naar voren komt.
Het langzamere doorlopen van het koufront in Hirlam a.g.v. het
ontwikkelen van een laagje in het front is met name in Hirlam duidelijk
zeer uitgesproken. Laat Hirlam wel vaker zien, maar is wel een punt van
aandacht.
De deels convectieve componenten bij warmte- en koufront maakt dat de
modellen op sommige tijden en locaties flink uiteenlopen in de
neerslagverwachting. Dat maakt dat het geven van een gedetailleerde
neerslagverwachting in tijd en plaats bijzonder ambitieus.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Op nadering van het noordwaarts trekkende laag neemt de wind boven zee
toe naar 6 Bft.
Aandacht gaat ook uit naar de de buien op het koufront en de
mogelijkheid van het optreden van (zware) windstoten daarbij. Met name
HAR36 geeft daarvoor nog enige indicatie. Geldt vooralsnog alleen voor
het uiterste zuidwesten van ons land België. Kans op optreden is niet
groter dan 10% volgens HAR-EPS.

BEWOLKING:
Nabij de fronten is met name boven zee een St-signaal te zien. Verder
kunnen op het warmtefront enkele Cb's vanaf hoogte ontwikkelen, met
toppen tot rond FL300. Bij het koufront is dat aanvankelijk ook het
geval, maar eerst alleen in het zuidwesten omdat daarna frontolyse
plaatsvindt als het koufront noordoostwaarts trekt. In het oosten
activeert het koufront weer, maar de progtemps van bijvoorbeeld Twente
zien er stabiel gelaagd uit. Cb's dan waarschijnlijk buiten de
landsgrenzen.

NEERSLAG:
Nabij en op nadering van het warmtefront regen, maar mogelijk ook enkele
ingebedde buien. CAPE die dan aangesproken kan worden ligt rond 400
J/kg. Effectieve schering 20-30 kn, multicel. Op het koufront is de CAPE
aanvankelijk aanzienlijk hoger, tot 1000 J/kg. Schering voor de elevated
buien is circa 20 kn. Bij alle buien is onweer mogelijk, kansen zijn
niet heel groot en liggen veelal rond de 40%.

ZICHT:
Zichtverminderingen lijken voorlopig bepaald te worden door
neerslagintensiteit, behoudens mogelijk wat nevel in de nacht naar
dinsdag.

TEMPERATUUR:
Vandaag Tx van 22°C in het zuidoosten, morgen komt alleen Hirlam nog
met 20+ in het noordoosten omdat als gevolg sterkere golfvormig in het
front deze later het (noord)oosten passeert dan in de andere modellen.



Paraaf meteoroloog: nolet
Bron: KNMI