Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op woensdag 09 oktober 2019 om 04.31 uur

Geldig van vrijdag 11 oktober tot woensdag 23 oktober

Synoptische ontwikkeling:
Gedurende de hele periode lijken lagedrukgebieden boven de Atlantische
Oceaan het grootschalige stromingspatroon boven een groot deel van
Europa te gaan domineren. Aan de zuidoostflank van deze vaak omvangrijke
lagedrukgebieden hebben we te maken met een zuidwestelijke stroming,
waarin regelmatig storingen of troggen onze FIR zullen passeren. In de
bovenlucht schuiven de Rossbygolven wel af en toe door maar zien we toch
het grootste deel van de tijd een grootschalige trog ten westen van onze
omgeving. De straalstroom bevindt zich meestentijds ten noordwesten van
onze omgeving waarmee ons land zich over het algemeen aan de warme kant
van het polaire front zal bevinden en de meest actieve (storm)depressies
zich meer boven Groot-Brittanni? en de Noordzee lijken te beperken.
Vanaf de tweede helft van volgende week zien we in ongeveer de helft van
de leden de grootschalige hoogtetrog geleidelijk oostwaarts trekken,
waarmee we geleidelijk in een (noord)westelijke aanvoer van aanzienlijk
koudere polaire lucht terecht komen.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
Er is opmerkelijk weinig spreiding in het stromingspatroon, ook op de
lange termijn. De vrij grote spreiding die na het weekeinde zichtbaar is
in met name de temperatuurverwachting is vooral het gevolg van enige
onzekerheid in de windrichting; des te duidelijker de zuid-component in
de windrichting des te zachter/warmer de aangevoerde lucht zal zijn.
Over het algemeen zullen de temperaturen daardoor boven de normaal
liggen. Daarnaast ontstaat er naar verloop van tijd steeds meer
onzekerheid in de timing van de passage van fronten en troggen, hetgeen
met name de toenemende spreiding in de neerslagverwachting verklaard.
Door het regelmatig passeren van dergelijke systemen zal het vrij nat
zijn voor de tijd van het jaar. Vanaf de tweede helft van volgende week
zien we in ongeveer de helft van de leden een overgang naar een
duidelijk koeler/kouder wisselvallig weertype, hetgeen te verklaren is
met het oostwaarts verschuiven van het zwaartepunt van de
depressieactiviteit en de (noord)westelijke aanvoer van polaire lucht
vanuit hogere breedten.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Wisselvallig met geregeld regen of enkele buien en temperaturen boven
normaal.

Samenvatting EPS-periode:
Voortzetting van het wisselvallige weertype met ongeveer 50% kans op een
overgang naar temperaturen onder normaal.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI