Guidance modelbeoordeling voor Nederland

29-09-2019 18:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 30 september 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 29 september 2019 om 18.12 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een actieve depressie, om 15 UTC ten N van de Waddeneilanden trekt
noordoostwaarts. De frontale constructie kan niet met de Noorse School
beschreven worden aangezien het laag restanten van een tropisch systeem
(Jerry) bevat. We bevinden ons in maritiem tropische lucht. Een diffuus
koufront, (ongeveer theta-w 950 hPa/Td 16°C) om 15 UTC boven de
westkust trekt oostwaarts en wordt gevolgd door een trog. De trog lag om
15 UTC boven East Anglia in een relatief laag in een NO-ZW
georiënteerde vore. Na passage van deze vore met daar in een eveneens
diffuse ingedraaide occlusie komen we in polaire lucht (Td ongeveer 13
°C). Maandagmiddag passeert van het westen uit een rug/zadelgebied.
Daarna komen we onder invloed van een eveneens complex frontaal systeem
van een laag met meerdere kernen dat min of meer dezelfde vorm en
frontale kenmerken heeft als het laag van zondag/maandag, maar een iets
zuidelijker baan volgt. Ook is het windveld minder sterk. Maandagavond
en in de nacht naar dinsdag passeert een warmtefront. Dinsdagochtend
passeert een gemaskeerd koufront.

MODELBEOORDELING:
De grootschalige patronen zijn consistent, in de details zitten de
gebruikelijke verschillen, bijv in de timing van de passage van de trog
en de ingedraaide occlusie, die 1-2 uur verschilt in de diverse uitvoer.
De uitgebreidheid en basis van de ST wordt in alle uitvoer onderschat,
alleen bij de ingedraaide occlusie is het beeld realistisch.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Beeld is consistent in de diverse uitvoer. In de Harmonie36 uitvoer
enkele zeer lokale sterke uitschieters van meer dan 50 kn, deze lijken
weinig realistisch. We gaan nu uit van circa 75 km/uur langs de kust en
in het zuiden van Limburg.

BEWOLKING:
Bij de frontale systemen stratiforme bewolking met bij het koufront en
de trog verscholen CB, (van boven goed zichtbaar op de Vis Satelliet
Loops) toppen tot FL230. ST zit bij en ten O van het koufront algemeen
tussen 500 en 1000 vt, bij de ingedraaide occlusie lokaal onder 500 vt.
Maandag geisoleerde CB's waarbij de tophoogte geleidelijk tot onder
FL100 daalt. Het warmtefront van het volgende laag bestaat uit standaard
stratiforme warmtefrontbewolking. Bij en ten westen van het koufront
opnieuw (verscholen) CB, toppen tot ongeveer FL200-250.

NEERSLAG:
Kans op onweer is alleen bij de trog nog realistisch, en dan alleen
boven zee. KOUW kans (1521) is groot (tot 85%) boven het IJsselmeer,
daarna zeer gering.Tot en met 17 UTC is er nog nergens iets waargenomen.
Bij en ten W van het koufront van dinsdag CAPE 700 van het ZW uit
oplopend naar 1000 J/kg, dus daar lijkt de kans op onweer groot.
Schering is met 30-40 kn (afhankelijk van de tophoogte) vrij hoog, dus
multicel en mogelijk zelfs een enkele supercel met relatief lage top is
mogelijk. De hoeveelheden zijn tot en met dinsdag 12 UTC aanzienlijk, in
het noorden valt op veel plaatsen tot dinsdag 12 UTC ongeveer 40 mm.
Criterium van 50 mm/24 uur voor een gele waarschuwing wordt nergens
gehaald.

ZICHT:
Alleen in neerslag en mogelijk in de lagedrukgebieden
zichtvermindering.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: Huiskamp
Bron: KNMI