Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 27 september 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 26 september 2019 om 04.47 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een frontaal systeem behorend bij een lagedrukgebied ten noordwesten van
Ierland, trekt oostwaarts. Het warmtefront hiervan bereikt vanochtend
het zuidwesten en passeert in de middag het noordoosten. Bijbehorend
koufront bereikt donderdagmiddag de westkust, trekt oostwaarts en
verlaat het oosten tegen middernacht. Door golfvorming blijft het
koufront boven het zuidoosten nog enige tijd slepen in de nacht naar
vrijdag. Achter het koufront wordt met een zuidwestelijke stroming
maritiem polaire lucht aangevoerd. Een NNO-ZZW georiënteerde trog,
veroorzaakt door kustconvergentie, bereikt in de loop van vrijdagochtend
de westkust en trekt daarna langzaam oostwaarts. Ten zuidwesten van
IJsland ontstaat de komende periode een secundair laag dat vrijdagavond
noord van de FIR noordoostwaarts koerst rondom het eerder genoemde laag.
Een occlusie bij dit secundaire laag bereikt vrijdagavond de westkust en
ligt tegen middernacht van noordoost naar zuidwest.

MODELBEOORDELING:
De timing van de neerslaggebieden is op bovengenoemde systemen
eenduidig. Actueel zit er vrij veel ST in het noorden, EC en Harmonie36
hebben dit het beste te pakken. Voor de ST tijdens frontpassage
vanmiddag gaan we uit van beide Harmonies, die op uitgebreide schaal ST
laten ontstaan.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanmiddag en -avond 7 Bft in de kustdistricten. Vandaag bij buien op het
koufront uitschieters 25-30 kn. Op nadering van de occlusie van
vrijdagavond neemt de wind in de kustdistricten toe naar 8 Bft, met
daarbij ook zware windstoten van 75-90 km/u.

BEWOLKING:
Bij de occlusie Sc/Ac/Ns, mogelijk met een ingebedde Cb met toppen tot
FL260 boven het IJsselmeer (dit is ook waargenomen), landinwaarts tot
ca. FL150. In de neerslag van de occlusie en achter de occlusie kans op
ST. Bij en achter het warmtefront St, Sc,Ac, Ns. Bij het koufront Cu/Cb,
met toppen tot FL150. Achter het koufront Cu en lokaal nog een enkele
Tcu/Cb, toppen rond FL100. Bij de trog van vrijdag Cb's met toppen
FL150, bij de occlusie vrijdagavond FL230.

NEERSLAG:
Vooral in het noordwesten en noorden enkele buien. Op nadering van het
warmtefront regen. Op het koufront wederom convectieve neerslag in een
regime met boven zee en langs de kust 200-400 J/kg CAPE, in het
noordwestelijk kustgebied 400-700 J/kg, landinwaarts afnemende
CAPE-waarden. Wat opvallend is, is dat op de doorkomst van het koufront
veel effectieve schering aanwezig is 30-35 kn, in de Harmonies lokaal 40
kn. De onstabiliteitsdiepte van de buien is niet groot met toppen rond
FL100-FL150. In de Harmonies, maar ook in HIR/EC worden korte felle
buien berekend. Bij buien in een regime met deze hoeveelheden schering
moet normaliter gedacht worden aan kans op georganiseerde (welliswaar
low-topped) supercells, echter het is de vraag of er niet te veel
schering staat voor een zo ondiepe onstabiele laag en vrijwel geen CAPE.
Kans op een kortdurende squall-line met enkele boogjes (LEWP) is ook
aanwezig gezien de oriëntatie van het koufront en de
bovenlucht-stroming. Aandachtspunt dus. Op nadering van de trog en de
occlusie wederom toenemende buienactiviteit. Met name bij de occlusie is
er kans op onweer door een grotere onstabiliteitsdiepte. CAPE varieert
dan van 200-400 J/kg in het zuidoosten tot 1000-1500 J/kg boven het
noordwesten van de FIR. De schering blijft hoog genoeg (25-35 kn) voor
organisatie.

ZICHT:
Zichtverslechteringen als gevolg van regen.

TEMPERATUUR:
-



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI