Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 25 september 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 24 september 2019 om 00.15 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
De stroming is zuidwestelijk. Een complex frontaal systeem boven de
Britse Eilanden trekt oostwaarts. Een zwak warmtefront (herkenbaar aan
een band met hogere theta-w 850 hPa) boven het zuidwesten neemt sterk in
activiteit af. Een occluderend gedeelte bereikt vanmiddag het zuidwesten
en aan het begin van de nacht naar woensdag het noordoosten. Een trog op
500 hPa ligt aan het einde van vanmiddag van Londen naar
Zeeuws-Vlaanderen, zwaait tegen de klok mee en ligt in de nacht naar
woensdag van Newcastle naar Groningen. Een lagedrukgebied ten westen van
Ierland, waar een occlusie omheen draait, trekt opvullend oostwaarts.
Deze ingedraaide occlusie bereikt woensdagmiddag het zuidwesten, trekt
noordoostwaarts en ligt aan het einde van woensdagavond boven het
noordoosten. Hier vooruit bevinden zich nog enkele kortgolvige
verstoringen.

MODELBEOORDELING:
Een erg complexe situatie zorgt ervoor dat er op detailniveau
verschillen zichtbaar zijn in de modellen, maar in grote lijnen zijn die
verschillen niet eens zo groot.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanmiddag alleen in Harmonie40 en in mindere mate Harmonie36 7 Bft op de
Noordzee. Woensdagmiddag is dit signaal weer aanwezig, maar nog
kleiner.

BEWOLKING:
Bij de occlusie lage Sc gezien het tijdstip van passeren, maar in de
avond kan de basis met name in het noordoosten naar St-niveau zakken.
Vooral boven zee ook enkele Cb's, zie neerslag. Vooral woensdagmiddag
kunnen bij de ingedraaide occlusie opnieuw enkele (ingebedde) Cb's tot
ontwikkeling komen. De vraag is echter hoe hoog de toppen zullen kunnen
komen. In het meest extreme geval is FL250 mogelijk. Verder is er vooral
Sc aanwezig, met vooral in de avond en nacht ook kans op St als gevolg
van doorvallende neerslag en convergentie.

NEERSLAG:
Neerslag is voornamelijk stratiform met mogelijk wat inzaaiing bij het
warmtefront. Ten W van de occlusie vooral coalescentie met convectie tot
ongeveer FL100. Bij de hoogtetrog alleen boven de westkust en de
Noordzee convectieve neerslag, CAPE is dan 700-1000 J/kg, schering
gering, tot ca 10 kn, toppen tot FL300. Enkele buien, meest single cel
met een kleine kans op onweer. Kustconvergentie zorgt mogelijk voor
forcering, al zit de grootste onstabiliteit vooral noordwestelijker
boven de Noordzee. Langs de westkust aanzienlijke neerslaghoeveelheden,
tot en met woensdag 12 UTC ca 20 mm, tot lokaal 30 mm in de Harmonie36
uitvoer. Woensdagmiddag bij de ingedraaide occlusie opnieuw enkele
buien. CAPE dan 400-700 J/kg, schering circa 20 kn.

ZICHT:
Zichtbeperking (mistbanken) lijkt vannacht beperkt te blijven tot het
noordoosten. Met het toenemen van de hoge bewolking en wind loopt het
zicht in de loop van de nacht weer op.

TEMPERATUUR:
-



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI