Guidance modelbeoordeling voor Nederland

08-09-2019 04:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 09 september 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 08 september 2019 om 05.54 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
De stroming is noordelijk en voert vrij droge polaire lucht aan. Een
occlusie (ongeveer Theta-w 850 hPa 8°C en Td 10°C) lag om 04 UTC boven
het uiterste (zuid)oosten en blijft voorlopig slepen. Verder beweegt een
(lij)vore/laag met ingedraaide occlusie boven het Skagerak vannacht
zuidwaarts en dit geheel komt later vandaag boven het noord(west)en te
liggen. Hier bevindt zich weer wat vochtiger lucht (Td 10-12°C). Een
hoogtelaag ligt momenteel pal boven ons land en splitst komende nacht
waarbij het ene laag boven de Noordzee en het andere boven Duitsland
komt te liggen. Maandag hebben we te maken met een zwakke rug aan de
grond, vult de (lij)vore verder op en beweegt de ingedraaide occlusie
weer een fractie noordwaarts.

MODELBEOORDELING:
De positie van de occlusie en weergave van de bewolking zit vrij goed in
de modellen, hier is nog vochtiger lucht aanwezig en zou vanmiddag nog
een wat zwaardere bui kunnen vallen. De zwaarste buien lijken echter
vrijwel zeker boven Duitsland te gaan ontwikkelen. Is wel een
aandachtspunt. Er zijn nog steeds verschillen in het kleinschalige
laag/vore, wat leidt tot kleine verschillen in de wind en het
neerslagpatroon aan de zuidwestflank van het laag. Beide Harmonies
hebben signaal voor 6 Bft, kan echter ook door convectie komen. Daarmee
zijn er ook verschillen in de positie van de ingedraaide occlusie, al
zijn de verschillen klein. Hirlam is het noordelijkst, Ec het
zuidelijkst. Dit is dan weer van belang voor eventuele vorming van mist
in de nacht naar maandag. Bij de occlusie zit namelijk vochtiger lucht
en is daarmee een voorkeursplaats voor mist zoals de modellen laten
zien. Vooral voor het noorden/noordoosten zijn de signalen vrij sterk,
Hirlam heeft ze ook verder zuidelijk. Enigszins opvallend omdat dit
model de occlusie en dus hoogste dauwpunten juist het noordelijkst
heeft.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanavond zou aan de zuidwestflank van het laag mogelijk even 6 Bft
kunnen staan, de Harmonies laten dit zien. In de kustdistricten wordt de
6 Bft echter niet verwacht. Overdag bij een bui maximale uitschieters
tot 20 kn.

BEWOLKING:
Boven de Limburgse heuvels in de nabijheid van de occlusie St-bewolking
(+ stuw). Verder is de onstabiliteitsdiepte bij en oost van de occlusie
nog zo'n FL170, na passage van de occlusie dalend tot ongeveer FL120 en
overdag FL080. Het gaat dan enkel nog om TCu's. Echter vanmiddag zou bij
de slepende occlusie langs de oostgrens toch nog een Cb met toppen
FL250-300 kunnen ontwikkelen, is een aandachtspunt. Bij de ingedraaide
occlusie rond de vore/laag enkele Sc-velden. Ook op maandag zien we die
velden boven het noorden terugkomen, elders dan wat Cu/Tcu. In de loop
van de middag in het zuidwesten mogelijk wat dikkere Ci, deze waait af
van een frontale zone die ruim ten zuiden van ons land gaat passeren
maandag-dinsdag.

NEERSLAG:
Bij de slepende occlusie langs de oostgrens is nog 400-700 J/Kg Sbcape
aanwezig en dit zou een zwaardere bui kunnen opleveren, mogelijk met
onweer. MUCape west van deze occlusie overdag rond 200 J/Kg, bij de
ingedraaide occlusie een fractie meer. Deze buien zijn minder zwaar.
Effectieve schering is in de orde 5-10 kn, hoofdzakelijk single
cel-convectie dus. Buiigheid lijkt op maandag nog aan te houden bij de
ingedraaide occlusie, verder moet het op de meeste plaatsen droog
blijven. In de nacht naar maandag in Hirlam overigens een duidelijk
neerslagsignaal a.g.v. kustconvergentie.

ZICHT:
In de nacht naar maandag reële kans op mist(banken) in met name het
noorden en noordoosten. Dit wordt ook ondersteund door TAFg en het KEPS
(Harmonie40-EPS). KEPS komt zelfs met > 50% kans op zichten < 200 m voor
het noorden.

TEMPERATUUR:
Landinwaarts tijdens opklaringen wat grotere dagelijkse gang dan in de
Hir- en EC uitvoer, met als mogelijk gevolg wat grotere kans op
mistbanken.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI