Guidance modelbeoordeling voor Nederland

07-09-2019 12:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 08 september 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 07 september 2019 om 13.05 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een laag boven zuid-Noorwegen vult geleidelijk op. Tussen dit laag en
een hoog boven Ierland staat er in ons aandachtsgebied een noordelijke
stroming. In deze stroming trekken enkele occlusierestanten
zuidoostwaarts over het land. Met name die later vanavond en komende
nacht over het land trekt is enigszins te volgen in dauwpunten/thetaW.
Zondag komt de rug boven de Britse Eilanden dichterbij. Komende nacht
ontstaat zuid van Noorwegen een lijlaagje dat in de loop van de dag het
noorden van het land bereikt. Om het lijlaag zit een occlusie-restant
gedraaid. Op hoogte hebben we te maken met een hoogtetrog waarvan de as
vanmiddag boven het land komt te liggen. Zondag splitst zelfs een apart
hoogtelaag af, precies boven onze omgeving.

MODELBEOORDELING:
De synoptische verschillen zijn niet groot. Na passage van het
occlusie-restant (thetaw=9) dat vanavond het noordwesten bereikt, zien
we de onstabiliteitsdiepte sterk afnemen. Op de satellietbeelden is deze
overgang duidelijk zichtbaar. Na passage van deze occlusie lijken de
dauwpunten ook omlaag te gaan (naar < 10°C). Dit systeem vormt
bovendien de begrenzing van het gebied met aanmerkelijk hogere
CAPE-waarden en lagere waarden ten noordwesten ervan. Zondag 12 UTC zou
deze grens dan boven het uiterste oosten en zuidoosten liggen, met de
diepste onstabiliteit boven Duitsland. Er ontstaan zondag geleidelijk
wel kleine verschillen in de representatie van het lijlaag, maar de
verschillen zijn kleiner geworden. Met name Hirlam, dat in de 00 UTC een
uitgesproken laag had, is nu veel gematigder. De ingedraaide occlusie
rond het lijlaag is wel goed te volgen in de modeluitvoer. Hierop zien
we de onstabiliteitsdiepte tijdelijk weer iets toenemen in alle
modellen, mede geholpen door enige cyclonaliteit in de bovenlucht.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
In de loop van de dag enige uren 6 Bft langs de kust. Zondagavond zou
aan de westflank van het lijlaag lokaal een 6 Bft kunnen staan. Bij
buien vandaag uitschieters rond 25 kn.

BEWOLKING:
Convectieve bewolking, profielen hellen vanaf FL150 wel wat voorover,
maar toppen tot FL200 of FL250 vanmiddag lijken wel mogelijk. Bij het
occlusierestant in de nacht naar zondag ook wat meer Sc-bewolking.
Aandachtspunt is vorming van lage St boven het zuidoosten
(occlusierestant + stuw). Bij de ingedraaide occlusie later op zondag
weer velden Sc-bewolking. Zondag enkele TCu's en mogelijk Cb's, toppen
max. FL100.

NEERSLAG:
Op dagelijkse gang toenemende buienactiviteit. Overdag is over het
algemeen 400-700 J/Kg SBCAPE beschikbaar, na passage van de occlusie
aanmerkelijk minder. Effectieve schering is in de orde 5-10 kn,
hoofdzakelijk single cel-convectie dus. Af en toe een klap onweer en
mogelijk ook korrelhagel (FZL 5000-7000 vt). Vanavond landinwaarts in
eerste instantie op dagelijkse gang afnemend, maar op de occlusie
aanhoudend buiig. Deze zone trekt in de nacht langzaam in activiteit
afnemend over het land en leeft zondag overdag met name boven Duitsland
of nog net boven het uiterste oosten en zuidoosten op.

ZICHT:
In de nacht naar zondag is er met name voor passage van het
occlusierestant kleine kans op een enkele mistbank, maar er lijkt vrij
veel bewolking voor te komen. Na passage is de lucht te droog voor
mistbanken, wellicht wat grondmist.

TEMPERATUUR:
Conform modellen.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI