Guidance modelbeoordeling voor Nederland

06-09-2019 00:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 06 september 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 05 september 2019 om 23.57 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Aan de noordflank van een rug boven Frankrijk en Duitsland is in onze
omgeving sprake van een westelijke stroming die maritiem polaire lucht
aanvoert. Een zwakke occlusie ligt net ten noordwesten van Nederland en
passeert het noorden van de FIR en het noorden van het land in de nacht.
Een frontale zone die momenteel ten noordwesten van Schotland ligt
bereikt ons land enigszins golvend in de loop van de middag,
waarschijnlijk nog net niet helemaal geoccludeerd. Deze zone trekt in de
avond en nacht verder zuidoostwaarts en verlaat het land in de ochtend.
Tegelijkertijd loopt een hoogtetrog in op deze frontale zone die in de
avond boven het land komt te liggen. Ook zaterdag bevindt ons land zich
nog onder invloed van deze hoogtetrog. Een backbent occlusie bereikt
vanuit het noordwesten onze omgeving in de ochtend en trekt gedurende de
dag zuidoost over het land.

MODELBEOORDELING:
In grote lijnen laten alle modellen eenzelfde synoptische ontwikkeling
zien, wel zien we vrijdag verschillen in de berekening van de
neerslaggebieden. Hirlam komt al aan het einde van de ochtend en begin
van de middag met de eerste neerslag terwijl de overige modellen in de
tweede helft van de middag met de eerste neerslag komen. Inzaaiing lijkt
in deze situatie zeker van toepassing en door het gebrek aan wolkenwater
tussen 0 en -20°C in Harmonie36 zal dit proces niet goed kunnen worden
gerepresenteerd.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Op nadering van de frontale zone toenemende wind met 6 Bft in de
kustdistricten, in het noorden 7 Bft. Na passage neemt de wind sterk af.
Zaterdag bij en na passage van de backbent occlusie 6 Bft in de
noordelijke kustdistricten.

BEWOLKING:
Boven zee en het uiterste noorden van het land CU en vooral bij de
zwakke occlusie ook enkele CB's met toppen rond of net boven FL100.
Langs de westkust wordt e.e.a. wellicht nog getriggerd door
kustconvergentie (in Hirlam zichtbaar). Op nadering van de frontale zone
een dikker wordend pakket middelbare en hoge bewolking, nabij de
frontale zone SC bewolking. Boven land in de nacht vooral aan de
achterzijde (koufront) mogelijk wat ST. Tevens wegens de nadering van de
hoogtetrog geleidelijk een toenemende onstabiliteitsdiepte boven zee,
later op de dag ook boven land. Tophoogte van de CB's ligt over het
algemeen tussen FL100 en FL150. Bij de backbentocclusie wederom
convectieve bewolking met toppen tot zo'n FL150, boven land overdag tot
ca. FL250.

NEERSLAG:
In het noorden op de zwakke occlusie enkele buien. Bij de frontale zone
af en toe regen, maar ook enkele buien waarbij inzaaiing ook een rol kan
spelen. Onweer is mogelijk bij het koufront boven zee en het noordwesten
van het land. Een grotere kans op onweer doet zich voor op passage van
de backbentocclusie boven land. Dan is ook korrelhagel niet uitgesloten.
MUCAPE bij en voor het koufront uit 400-700 J.kg, effectieve schering
15-20 kn. Convectiemodus multicell. Zaterdag MUCAPE verder oplopend naar
700-1000 J/kg boven land met 5-10 kn schering, single cell modus.

ZICHT:
In de polaire lucht buiten buien goede zichten. Vannacht te veel
(geo)wind voor mistbanken.
In de nacht naar zaterdag na passage van het frontale systeem
wegvallende wind en opklaringen. Gecombineerd met de gevallen neerslag
levert dit een duidelijke kans op mist op.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI