Guidance modelbeoordeling voor Nederland

12-08-2019 00:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 13 augustus 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 12 augustus 2019 om 00.51 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een zuidwestelijke stroming voert polaire lucht aan. De as van een dal
van een Rossbygolf (hoogtetrog op 300 hPa) bevindt zich langs 6°WL en
verplaatst zich langzaam oostwaarts. Dinsdagochtend ligt het dal boven
het zuidwesten van ons luchtruim, waarbij de amplitude iets afneemt. Aan
de voorzijde is er sprake van PVA en van tijd tot tijd enkele
kortgolvige verstoringen/hoogtetroggen. In de koude luchtmassa in de
hoogtetrog bevinden zich meerdere restanten van occlusies, waarvan
enkele een convectief karakter gekregen hebben. Voor ons weerbeeld is
vooral een NW-ZO georiënteerde occlusie van belang boven Engeland en de
Noordzee. Deze trekt maandag overdag langzaam van noordwest naar
zuidoost over het land en blijft mogelijk wat slepen boven het uiterste
zuidoosten. Een tweede occlusie bevindt zich in een scherpe grondtrog
die maandag overdag ten noorden van de Wadden oostwaarts beweegt.
Maandagavond bereikt buiigheid aan de voorzijde van een kortgolvige
hoogtetrog het (zuid)westen en dinsdag krijgt vooral de noordelijke
helft hiermee te maken. Daarbij trekt dinsdag in de nacht en ochtend een
grondtrog over ons land, mogelijk zelfs een apart lagedrukgebiedje.

MODELBEOORDELING:
Oplevingen in buiigheid (in de modellen) kunnen redelijk goed aan de
diverse verstoringen in de bovenlucht worden gekoppeld. Ten eerste, een
maximum in het IPV-veld (318K) ten westen van Bretagne beweegt maandag
richting het zuiden van het land en in de modellen is daar (i.c.m.
dagelijkse gang) een eerste opleving van de buiigheid te vinden. De
nadruk ligt hier duidelijk op het midden en zuiden van het land.
Aandachtspunt vormen hier windstoten. Een tweede intensificatie van de
buiigheid vindt maandagavond plaats op nadering van een kortgolvige
hoogtetrog vanuit het westen met de nadruk op het zuiden, midden en
westen.
Daarnaast is er enige onzekerheid in de positie van de scherpe trog
maandagmiddag ten noorden van de Wadden. In Ha40 en Hirlam diept de trog
uit tot een apart laagje met aan de zuidflank een 7 Bft, Ec/HA36 zijn
hierin wat rustiger, maar dit verschilt van run tot run. Ten slotte is
er bij en oost van de grondtrog van dinsdag in de nacht en ochtend kans
op (turbulentie)stratus, de sterkste signalen zijn in Hirlam en Ec te
vinden.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Actueel kustseinen 6 Bft, gevolgd door een (in het noorden tijdelijke)
afname later vannacht en vanochtend. Aandachtspunt vormen de windstoten
bij buien op maandag. Harmonie P2 en P3 laten de zwaarste windstoten
zien boven de zuidoostelijke helft (dus ook het KEPS, wat bij P2 hoort),
P1 en Ha36 zijn rustiger. De NW-ZO dwarsdoorsnedes van de diverse
Harmonie-versies laten het bekende fenomeen zien dat HAP2 en 3 heel veel
vloeibaar wolkenwater tot op grote hoogte laten komen (boven de -20°C,
terwijl boven -10°C het aantal aanwezige (onderkoelde) druppeltjes
normaliter al minder dan 50% is). Hierdoor ontstaat er te veel graupel
in HAP2 en 3, waardoor ook de windstoten en de temperatuurdalingen
tijdens een bui waarschijnlijk te fors zijn. We gaan voorlopig uit van
lokaal maximaal 60-70 km/u.

BEWOLKING:
Boven zee nu al CB's met toppen FL250-300. Maandagochtend ontwikkelen
zich ook boven land CB's a.g.v. kustconvergentie (en bij de occlusie).
Deze halen vergelijkbare toppen. Voor de occlusie uit ontstaan met name
in de middag Cb's door dagelijkse gang (convectietemperatuur is nog geen
20°C). Maandagavond opnieuw Cb's op nadering van de kortgolvige
hoogtetrog, in de nacht naar dinsdag zien we dat de Cb's deels over
lijken te gaan in Sc/As, met stabiele profielen (behalve in Hirlam) op
hoogte, iets wat we vaker zien gebeuren door het vrijkomen van latente
warmte. De neerslagactiviteit blijft echter hoog, dus een ingebedde Cb
zal er waarschijnlijk zeker bij zitten. Met name in de oostelijke helft
worden de profielen onderin zo vochtig dat dinsdagochtend lokaal
turbulentie-St niet uit te sluiten valt. Dat heeft vooral te maken met
het grootschalige cyclonale patroon en de dagelijkse gang.

NEERSLAG:
Boven zee nu al (onweers)buien. Verder boven het noordwesten en noorden
vorming van buien a.g.v. kustconvergentie en bij de occlusie,
plaatselijk met onweer en gaandeweg vooral landinwaarts (hogere CAPE)
ook met hagel, ook gezien de lage FZL's van FL080-FL090. De zwaardere
onweersbuien (INDECS en de bliksemdichtheidsplaatjes van Harmonie en EC
zijn daarin eenduidig) ontstaan in de middag voor de occlusie uit, aan
de voorzijde van het IPV-maximum. Met name in het zuiden en zuidoosten
kan er meer dan 20 mm vallen. De Hirlam SBCAPE-waardes liggen tussen
1000 en 1500 J/kg, in het zuiden lokaal net 1500+. Neem je een gemengd
pakketje in de onderste 50 hPa dan blijft daar ongeveer de helft van
over. In het KEPS zien we 1000+ minder uitgebreid voorkomen. De meeste
schering is aanwezig boven het zuidoosten. Afhankelijk van welke
schering je berekent (de meningen verschillen over 0-halverwege de bui
of 0-6 km) hebben we te maken met goed georganiseerde multicells of in
het meest extreme geval supercells (al slaat het updraft helicity-veld
van HAP1 nergens uit). 24uur-sommen voor maandag komen vooral in het
zuid(west)en uit op 10-20 mm en lokaal 20-40 mm. In de loop van de avond
concentreren de buien zich eerst boven het zuidwesten om in de nacht
naar dinsdag noordwaarts te trekken. Zoals al gezegd bij de bewolking,
lijkt de neerslag een stratiformer karakter te krijgen. Echter, de
bovenlucht wordt van het westen uit kouder op nadering van de trogas.
Dat de buien uiteindelijk weer de overhand gaan krijgen is daarom niet
onwaarschijnlijk. Harmonie40P2 laat dan weer enkele uursommen van 20+ mm
zien in het Waddengebied.

ZICHT:
TAFG komt voor de nacht naar dinsdag in het oosten met 50% kans op
lokaal minder dan 5 km. Dit zou dan in een opklaring moeten zijn bij een
zwakke wind, nadat er eerder regen gevallen is. De geowind is daar op
dat moment circa 15 kn.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: haklande
Bron: KNMI