Guidance modelbeoordeling voor Nederland

29-07-2019 04:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 30 juli 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 29 juli 2019 om 05.36 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een vore boven het uiterste noorden van de FIR verlaat spoedig ons
aandachtsgebied. Noord van de vore voert een oostelijke stroming warme
en droge tropische lucht aan, zuid van de vore voert een zuidwestelijke
stroming vochtige maar nog steeds van oorsprong tropische lucht aan. Een
zwak NW-ZO georienteerd koufront boven het noordoosten van het land
markeert de overgang naar beduidend minder vochtige (van oorsprong
polaire) lucht. Het front trekt verder noordoostwaarts en verlaat het
land tegen het einde van de ochtend. In de loop van de dag komt ook het
noorden van de FIR achter het koufront, al blijft een bijbehorende
ingedraaide occlusie het uiterste noordwesten van de FIR nog enige tijd
schampen. In de loop van de dag bouwt een zwakke rug zich op boven ons
land. Dinsdag komt ons aandachtsgebied onder invloed van een depressie
boven Engeland en wordt de stroming cyclonaal. Een koufront bereikt rond
lunchtijd het zuidwesten van de FIR en verlaat al verpieterend pas in de
avond het noordoosten. Daarachter nadert een hoogtetrog onze FIR.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch gezien geen noemenswaardige verschillen, in de grenslaag wel.
In grote lijnen zit het gebied met lage bewolking en nevel/mist tussen
de vore en het koufront, maar de uitgestrektheid en de condities
verschillen enigszins in de modellen. H36 lijkt momenteel het dichtst
bij de werkelijkheid te zitten, zij het dat de band met mist boven zee
te breed en te zuidelijk is. H36 heeft wel ook een plukje lage bewolking
boven de westkust, net als HIR, in tegenstelling tot de andere modellen.
Alle modellen laten in meer of mindere mate wat buiige regen schampen
aan het uiterste noordoosten in de ochtend. H36 en HIR komen als enige
met een licht buiig neerslagsignaal op dagelijkse gang in het midden,
dit lijkt te gaan om grote cumuluswolken en significante neerslag lijkt
onwaarschijnlijk. Dinsdag op en achter het koufront meer onzekerheid;
HIR komt met een uitstervende regenzone, H36 met enkele buien. We houden
het voorlopig op een kans op een bui, er is onderin enige onstabiliteit
maar de toppen lijken vrij laag. Op nadering van de trog in alle
modellen een toenemend neerslagsignaal.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Bij een bui dinsdagmiddag kans op windstoten in de orde van 25-30 kn.

BEWOLKING:
Zie ook de modelbeoordeling. Tussen de vore en het koufront lage
bewolking, achter het koufront slechts nog heel lokaal boven zee (tegen
de westkust). Bij het koufront een gelaagd pakket, met mogelijk ook
ingebedde convectie, nog een groot deel van de dag schampend aan het
noordoosten. Elders overdag cumuliforme bewolking, toppen 7000 vt. Bij
het koufront dinsdag velden middelbare bewolking, waarschijnlijk een mix
van gelaagde en convectieve bewolking, toppen tot maximaal FL150. Op
nadering van de trog geleidelijk kans op CB's met toppen tot FL300.

NEERSLAG:
Bij het koufront af en toe wat lichte regen of een bui. Overdag mogelijk
een heel licht buitje, nog niets mee gedaan. Bij het koufront van
dinsdag waarschijnlijk enkele buien, als deze niet doorschieten dan
lijkt de kans op onweer nihil. Bij beide koufronten minimale
CAPE-waarden. Op nadering van de trog duidelijk meer, circa 1000 J/Kg.
Schering dan in de orde van 20-25 kn, dus multicel mogelijk. Dan is ook
onweer mogelijk.

ZICHT:
Tussen het koufront en de vore boven zee lokaal nevel en mist, boven
land eerst nog kans op nevel/grondmist juist in de opklaringen achter
het koufront. Verder goed, in neerslag mogelijk matig. In de nacht naar
dinsdag door uitstraling en bij weinig wind kans op nevel/grondmist.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI