Guidance modelbeoordeling voor Nederland

28-07-2019 00:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 29 juli 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 28 juli 2019 om 01.01 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een vore behorende bij een laag boven Centraal-Europa ligt momenteel van
De Kooij naar Enschede en blijft vannacht min of meer stationair. In de
(vroege) ochtend zien we een langzame zuidwaartse verplaatsing alvorens
de vore in de middag en avond opnieuw noordoostwaarts trekt. Aan het
einde van zondagavond ligt de vore ten noorden van de Wadden. Een zwak
golvend koufront loopt tegelijkertijd op de vore in en passeert in de
nacht naar maandag en maandagochtend noordoostwaarts het land. Op 500
hPa beweegt een hoogtelaag vanaf Polen via Noord-Duitsland naar
Schotland. Het hoogtelaag passeert zondagmiddag noord van het
Waddengebied. Maandag overdag bouwt zich een rug op boven onze omgeving.
Boven de Engelse oostkust vormt zich echter een lagedrukgebied waar het
koufront als een occlusie in gaat draaien, schampend aan het westen van
de FIR. Het koufront blijft hierdoor maandagochtend mogelijk nog enige
tijd treuzelen in het uiterste noord(oost)en.

MODELBEOORDELING:
De zone met buiige regen actueel in het zuiden, ruim ten zuiden van de
vore, zit consistent in de modellen. Verschillen ontstaan er in de loop
van de middag wanneer er ook op de dagelijkse gang buien kunnen
ontstaan. De Harmonies hebben dan nog buiige regen boven het zuiden en
later het midden en losse geïsoleerde buien in het noordoosten, HIR
heeft een zone met buiige neerslag in de vore dwars over het land en EC
heeft deze zone ten zuiden van de vore boven de zuidelijke helft.
Voorlopig houden we het op buiige regen in het zuiden die langzaam
noordwaarts trekt (en afneemt) en elders enkele losse buien, vooral in
het noordoosten. Het koufront is zwak, maar markeert wel de overgang
naar de polaire lucht en betere condities. Er zijn wat verschillen in de
timing van doorkomen; HIR is enkele uren sneller dan de andere modellen.
In EC en HIR zien we het koufront vervolgens helemaal om het kleine laag
op de Noordzee draaien, waardoor het blijft schampen. Hoever de polaire
lucht dus komt is dus nog erg onzeker. Hierdoor hebben HIR en in mindere
mate H36 nog een gebied met buiige regen boven het uiterste noordoosten
maandochtend, terwijl het in de andere modellen dan al overal droog is.
Wat betreft de stratus boven land zit alleen HIR er goed op en deze kan
vannacht het beste gevolgd worden, de rest van de periode zitten de
modellen redelijk op een lijn.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Noord van de vore 5 Bft, mogelijk 6 Bft, boven zee. Morgen opnieuw kans
op windstoten bij buien, maar in de orde van 25 kn. Verder dus een
duidelijke windsprong op de vore.

BEWOLKING:
Zuid van de vore (ingebedde) Cb's vanaf middelbaar niveau, toppen tot
max FL350. Tevens zuid van de vore stratus, heel geleidelijk
oplossend/liftend boven land op de dagelijkse gang maar vooral in het
zuiden lokaal hardnekkig blijvend. Achter het koufront geen stratus
meer. Vanmiddag opnieuw verspreid over het land Cb's, in de ochtend
alleen in het zuiden, later ook elders maar vooral in de noordoostelijke
helft. Toppen tot FL200. Elders bij de geïsoleerde buien toppen tot
FL150, maar lokaal mogelijk doorschietend naar FL300. Boven de Noordzee
is er sprake Cb's die vanaf het land de zee op trekken en van stratus
tussen de vore en het koufront in en later alleen nog bij de ingedraaide
occlusie.

NEERSLAG:
Zie ook de modelbeoordeling. In het zuiden eerst CAPE-waarden in de orde
van 500-1000 J/Kg, gaandeweg de dag afnemend. Nabij de vore, eigenlijk
in het hele noordoosten, op de dagelijkse gang CAPE-waarden in de orde
van 1500 J/Kg. Als de buien daar doorschieten dan is er kans op onweer
en windstoten. In het zuiden, later midden, een zone met buiige regen
die af en toe wat opleeft met ook daar kans op onweer. In de nacht naar
maandag en maandagochtend op het mogelijk slepende koufront boven het
uiterste noordoosten mogelijk opnieuw buiige regen met kans op onweer.
CAPE-waarden daar in de orde van 500-800 J/Kg. De treksnelheid en de
schering (10-15 kn) blijven onveranderd laag.

ZICHT:
Vannacht ten zuiden van de vore boven land matig/slecht, bij de vore
mogelijk grondmist door uitstraling. Overdag geleidelijk goed, behalve
lokaal in het zuiden waar de stratus hardnekkig blijft. In neerslag
matig, in onweersbuien slecht. Boven zee kans op mist, met name bij de
vore en nabij het lagedrukgebied / de occlusie. Maandag verder goed.

TEMPERATUUR:
Grote temperatuursverschillen als gevolg van de positie van de vore en
mogelijk de hardnekkige blijvende stratus.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI