Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 25 juni 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 24 juni 2019 om 13.15 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een gordel van hogedruk ligt vandaag boven Noord-Europa en valt in de
loop van dinsdag uiteen in een hoog ten zuiden van IJsland en een hoog
boven Noordoost-Europa. Een vlak lagedrukgebied bevindt zich gedurende
de periode ten westen van het Iberisch Schiereiland. Tussen beide
druksystemen bevindt ons aandachtsgebied zich in een oost- tot
zuidoostelijke stroming waarmee continentaal tropische lucht wordt
aangevoerd. De hoogtestroming blijft anticyclonaal. Een NNO-ZZW
georiënteerde golvende frontale zone, net boven het zuiden van
Engeland, trekt langzaam noordwaarts en blijft gedurende de hele periode
het uiterste westen van de FIR schampen. Vanuit het vlakke laag vormt
zich in de loop van de middag/avond een (stationaire) vore net ten
westen van de (west)kust. Dinsdagnacht/ochtend zien we een volgend vlak
laag, waarschijnlijk deels van thermische aard, over Bretagne naar het
westen van de FIR bewegen, waar deze dinsdagmiddag als vore komt te
liggen. In de loop van dinsdagmiddag/avond trekt deze oostwaarts over
het land, waarmee de stroming aan de grond om gaat naar noordwest en
vochtigere maritieme lucht aangevoerd wordt. Deze koelere maritieme
lucht bereikt aan de grond in de loop van de nacht naar woensdag de
oostgrens en loopt daarna langzaam door. Op hoogte blijft de warme lucht
aanwezig.

MODELBEOORDELING:
Aandachtspunt is de neerslag bij het golvende front dat gedurende de
hele periode van tijd tot tijd het uiterste (noord)westen van de FIR
schampt. Het meest stratiforme karakter van de neerslag momenteel wordt
door HIR en EC opgepikt maar is ook zichtbaar op de radar.
Vanmiddag/avond zien we ook in H36 een minimaal signaal, dan duidelijk
convectief. In de nacht naar dinsdag volgt er in H36 een convectief
complex en hebben EC en HIR in mindere mate ook een actiever
neerslaggebied, maar deze lijken in de nieuwe runs wat westelijker uit
te komen. Voorlopig gaan we uit van af en toe wat buiige regen, de
atmosfeer blijft vanaf middelbaar niveau onstabiel, en vooral
vanmiddag/vanavond en dinsdagnacht meer (mogelijk georganiseerde) buien.
Alles boven het westen van de Noordzee.
Een ander aandachtspunt is de ontwikkeling van een potentieel diep
onstabiele atmosfeer in de loop van vanmiddag/vanavond in/nabij de vore
boven land in het westelijk kustgebied. CAPE-waarden in de orde van
1000-1500 J/kg. In de modellen zijn in het profiel meerdere (kleine)
inversies te zien en gegeven het feit dat alle modellen (zelfs in de
EPS) geen buienkansen geven lijkt het net te droog voor convectie.
Echter, het is erg subtiel, met wat meer convergentie en een iets hogere
Td bij de vores is een enkele regen- of onweersbui niet helemaal
uitgesloten. Dit geldt ook voor de vore op dinsdagmiddag, waarbij de
muCAPE >2000 J/kg bedraagd. De kans hierop is zeer klein (heel erg
conditioneel), lijkt dus onwaarschijnlijk en wordt daarom (nog) niet in
de verwachtingen opgenomen, aandachtspunt voorlopig. Op dinsdagmiddag
van het noordwesten van de FIR uit duidelijk meer vocht in de grenslaag,
alle modellen laten dit in meer of mindere mate zien.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Actueel staat een 7 Bft uit voor de 3 noordelijke Noordzeedistricten.
Vanmiddag/vanavond aan de (zuid)westkust geleidelijk zeewind, gekoppeld
aan de vore, goed te zien aan de windsprong in de modellen.
Dinsdagmiddag/avond een duidelijke windsprong bij de vore. Bij de eerder
genoemde conditionele buienkans bij beide vores (zie modelbeoordeling)
kans op windstoten. Deze windstoten worden door de modellen dus niet
opgelost, maar gezien de droge laag onder de bui is de bijdrage van de
term 'afkoeling door verdamping' groot, ook de 'waterloading' term kan
op dinsdag met hoge PW-waardes een substantiële bijdrage leveren.
Indien deze buien ontstaan dan moet er met name bij de evt. buienkans op
dinsdag gedacht worden aan criteria overschrijdende waarden.

BEWOLKING:
In het westen van de FIR Ac, boven land wat ondiepe Cu. Nabij het front
boven de westelijke Noordzee mogelijke ontwikkeling van enkele
(ingebedde) CB's vanaf enige hoogte boven het westen van de FIR.
Cb-toppen zouden boven zee tot rond FL200 kunnen komen. In het geval van
een conditionele bui vandaag en morgen boven land kans op Cb, basis op
7000 vt, toppen tot boven FL400. Dinsdagmiddag in het NW van de FIR en
later in de nacht naar woensdag ook boven land van het noordwesten uit
St/Sc, in alle modellen in meer of mindere mate zichtbaar.



NEERSLAG:
Af en toe (buiige) regen boven het uiterste (noord)westen van de FIR in
een regime met 20-30 kn schering, CAPE in de orde van 200-400 J/kg, af
en toe ook 400-700 J/kg, onderkant multicel. Conditionele (onweers)buien
op de vore voor het landgedeelte vanmiddag (zie ook modelbeoordeling) in
een regime met 20-25 kn schering, CAPE rond 1000-1500 J/kg, multicel
karakter. Conditionele kans op (onweers)buien bij de vore op dinsdag
rond 30 kn schering, en CAPE 2000-2500 J/kg, lokaal meer, deze buien
bevinden zich als ze ontstaan in het beter georganiseerde multicell
regime.

ZICHT:
Goed. In een bui en dinsdagavond in het noordwesten mogelijk matig.

TEMPERATUUR:
Vanmiddag landinwaarts op de meeste plaatsen 30+ graden, in het
zuidoosten lokaal 34 graden. Komende nacht minima rond of net boven de
20 graden. Dinsdag vrijwel overal tropisch, in het (zuid)oosten meer dan
35 graden. Het Nationaal Hitteplan van het RIVM i.v.m. aanhoudende hitte
is gisteren om 12 uur geactiveerd voor het midden, zuiden en oosten van
het land.



Paraaf meteoroloog: boonstra
Bron: KNMI