Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 23 juni 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 22 juni 2019 om 18.14 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hoog ligt met het centrum boven de Duitse Bocht en gedurende deze
periode beweegt het zich naar het zuiden van Noorwegen. Tussen het hoog
en een vlak laag boven het Alpengebied en het zuiden van Duitsland staar
er een oost- tot noordoostelijke stroming die continentaal polaire lucht
aanvoert. Zondag draait de stroming naar oost tot zuidoost en wordt de
aangevoerde lucht aanmerkelijk warmer. Op hoogte ontwikkelt zich, ten
gevolge van sterke warmte-advectie aan de oostflank van een Atlantisch
hoogtelaag, een hoogterug boven het westen van Duitsland. Een frontale
zone (thetaw850 ongeveer 15 graden) die de begrenzing vormt tussen de
relatief droge en gematigd warme lucht boven onze omgeving en zeer warme
lucht boven Zuid-Europa, ligt van Polen via het zuiden van Duitsland
naar Zuidoost-Frankrijk. Met het naar zuidoost draaien van de stroming
dringt deze zone zondag langzaam naar het noorden op. In de loop van
zondagavond beweegt de warme lucht op enige hoogte noordwestwaarts over
het aandachtsgebied.

MODELBEOORDELING:
Ha36 wijkt met name in de grenslaag boven zee sterk af van de overige
modellen: er wordt een mistveld berekend dat er in werkelijkheid niet
zit. Dit gebeurt al een aantal runs achter elkaar. In werkelijkheid is
er sprake van een dauwpuntsdepressie van een graad of 4. Overdag zien we
in H36 een groot gebied boven het westen van Duitsland, een deel van de
Achterhoek en Twente waar nauwelijks verdamping optreedt (latente
warmteflux minder dan 25 W/m2). Dit is niet realistisch. Hierdoor loopt
de temperatuur in dit gebied in dit model waarschijnlijk een graad of 2
te hoog op.
Komende nacht is er in Hirlam een vrij uitgebreid neerslagsignaal in het
hele land, in H40 alleen in het noordoosten. Progtemps laten zien dat
het zou moeten gaan om Cu/Ac tussen 5000 en 7000 voet met toppen tot
uiterlijk FL100. Wolkentoptemperaturen waarschijnlijk niet of nauwelijks
onder nul, dus waterwolken. Daaronder een vrij droge laag. Dit
neerslagsignaal honoreren we voorlopig niet.
Ook het signaal in Hirlam voor de zondagavond, vooral boven zee een
(convectief) neerslagsignaal, lijkt op dit moment niet erg realistisch.
Blijft wel een aandachtspunt.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
In de middag zien we een zeewind-component in de kustgebieden. In het
noorden komt de zeewind iets verder landinwaarts doordat de wind daar
parallel aan de kustlijn is. Ook rond het IJsselmeer is de land/water
invloed merkbaar. Komende, en mogelijk ook de volgende nacht
ontwikkeling van een windmaximum van 20-25 knopen.

BEWOLKING:
Inzakkende Cu. Zondag vrijwel geen Cu meer als de lucht in de grenslaag
droger is, maar mogelijk wel wat meer sluierbewolking en mogelijk ook
wat Ac die te koppelen lijkt aan een dikterug. Aandachtspunt is de
mogelijke ontwikkeling van enkele CB's vanaf enige hoogte in de
thetaw-rug in het Hirlam scenario zondagavond, met name boven de
Noordzee overigens, maar mogelijk nog net boven het zuidwesten van
Nederland. MUCAPE 700-1000 J/kg boven Zeeland. CB-toppen zouden boven
zee misschien nog FL200 kunnen halen. MLCAPE in EC stelt vrijwel niets
voor, het signaal begint pas boven Engeland.

NEERSLAG:
Met name Hirlam berekenen zondag lokaal wat zwakke neerslagsignalen uit
wat Ac-bewolking. De laag daaronder is echter zo droog dat evt. neerslag
daarin verdampt. Aandachtspunt is de ontwikkeling in de thetaw-rug in
het Hirlam scenario. Dat laat met name boven zee zondagavond enkele
buien toe, evt. onweer waarschijnlijk alleen boven zee maar
waarschijnlijker boven Engeland. Har40 en EC laten ook wel iets van een
ontwikkeling zien, echter op het uiterste NW puntje van onze FIR. Har36
doet hier helemaal niets mee.

ZICHT:
Goed.

TEMPERATUUR:
Morgen 30 graden in het zuidoosten, maandag op meer plaatsen.



Paraaf meteoroloog: veeken
Bron: KNMI